Gemeenteblad van Gooise Meren
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gooise Meren | Gemeenteblad 2016, 116920 | Verordeningen |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gooise Meren | Gemeenteblad 2016, 116920 | Verordeningen |
Financiële verordening van de gemeente Gooise Meren 2016
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
overheidsbedrijf: onderneming met privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid, niet zijnde een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon, al dan niet tezamen met een of meer andere publiekrechtelijke rechtspersonen, in staat is het beleid te bepalen of een onderneming in de vorm van een personenvennootschap, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon deelneemt;
Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording
Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten
Bij de begrotingsbehandeling geeft de raad aan van welke nieuwe investeringen hij op een later tijdstip een apart voorstel voor autorisatie van het investeringskrediet wil ontvangen; het college doet hiervoor al een voorzet. De overige nieuwe investeringen worden bij de begrotingsbehandeling met het vaststellen van de financiële positie geautoriseerd.
Conform artikel 169 Gemeentewet informeert het college in ieder geval vooraf de raad en neemt pas een besluit, nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen voor zover het betreft niet bij begroting vastgestelde hieronder genoemde ‘afzonderlijke’ verplichtingen:
Hoofdstuk 3. Financieel beleid
Artikel 9. Voorziening voor oninbare vorderingen
Voor de vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd op basis van een individuele beoordeling op inbaarheid van de openstaande vordering ouder dan een jaar.
Artikel 12. Kostprijsberekening
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten van de gemeente, die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd. Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten de indirecte kosten betrokken, die rechtstreeks samenhangen met de door de gemeente verleende diensten.
Bij de kosten worden betrokken de bijdragen aan en onttrekkingen van voorzieningen voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken activa, de kapitaallasten van de in gebruik zijnde activa en voor rioolheffing en afvalstoffenheffing de compensabele belasting over de toegevoegde waarde (BTW) en de kosten van het kwijtscheldingsbeleid.
Artikel 13. Prijzen economische activiteiten
Voor de levering van goederen, diensten of werken aan overheidsbedrijven en derden en met welke bijbehorende activiteiten de gemeente in concurrentie met marktpartijen treedt, wordt tenminste de geraamde integrale kostprijs in rekening gebracht. Bij afwijking doet het college vooraf voor elk van deze activiteiten afzonderlijk een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de activiteit wordt gemotiveerd.
Bij het verstrekken van kapitaal door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden gaat het college uit van een vergoeding van tenminste de geraamde integrale kosten van de verstrekte middelen. Bij afwijking doet het college vooraf een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de kapitaalverstrekking wordt gemotiveerd.
In artikel 10 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten is opgenomen dat de paragraaf lokale heffingen ten minste bevat:
In artikel 13 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten is opgenomen dat de paragraaf financiering in ieder geval de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille bevat.
Daarnaast wordt er op hoofdlijnen inzicht gegeven in de (ontwikkeling van de) schuldpositie van de gemeente.
Artikel 18. Weerstandsvermogen & risicobeheersing
In artikel 11 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten is opgenomen dat de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing ten minste bevat:
Artikel 19. Onderhoud kapitaalgoederen
In artikel 12 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten is opgenomen dat de paragraaf onderhoud van kapitaalgoederen ten minste de volgende kapitaalgoederen bevat:
Van deze kapitaalgoederen wordt aangegeven:
Daarnaast wordt per groep kapitaalgoederen op hoofdlijnen het bezit weergegeven (boekwaarden).
In artikel 12 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten is opgenomen dat de paragraaf bedrijfsvoering ten minste inzicht geeft in de stand van zaken en de beleidsvoornemens ten aanzien van de bedrijfsvoering.
Artikel 21. Verbonden partijen
In artikel 15 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten is opgenomen dat de paragraaf verbonden partijen ten minste bevat:
In de lijst van verbonden partijen wordt ten minste de volgende informatie opgenomen:
Hoofdstuk 5. Financiële organisatie en financieel beheer
Artikel 24. Financiële organisatie
opdat aan de eisen van rechtmatigheid, controle en verantwoording wordt voldaan.
Het college zorgt ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening, bedoeld in artikel 213, derde lid, onder a, van de Gemeentewet, en de rechtmatigheid van de baten en lasten en de balansmutaties, bedoeld in artikel 213, derde lid, onder b, van de Gemeentewet, voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel.
Het college zorgt voor de systematische controle van de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het vermogen van de gemeente met dien verstande dat de waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de debiteurenvorderingen, de liquiditeiten, de opgenomen leningen, de kortlopende schulden en de vorderingen van crediteuren jaarlijks worden gecontroleerd.
Artikel 26. Intrekken oude verordeningen en overgangsrecht
De financiële verordeningen Naarden 2004, Muiden 2005 en Bussum 2009 (inclusief de nota activabeleid 2013) worden ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de jaarrekening en het jaarverslag en bijbehorende stukken van het begrotingsjaar voorafgaand aan het jaar waarin deze verordening in werking treedt.
TOELICHTING OP FINANCIËLE VERORDENING GOOISE MEREN 2016
Hierin is een aantal begrippen gedefinieerd. De begrippen perspectiefnota en speerpunt komen voor in de P&C-cyclus van Gooise Meren. Het begrip overheidsbedrijf is gedefinieerd om nader invulling te kunnen geven aan de verplichtingen die volgen uit de Mededingingswet voor het vaststellen van de hoogte van de prijzen.
Dit artikel bevat bepalingen over de inrichting van de begroting en de jaarstukken. De VNG-modelverordening is hierbij grotendeels gevolgd. De terminologie sluit aan bij de P&C-cyclus van Gooise Meren.
Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken
In dit artikel zijn aanvullende bepalingen voor de inrichting opgenomen. De VNG-modelverordening is hierbij gevolgd.
In lid 4 is de post onvoorzien bepaald op € 50.000. In de begroting 2015 hadden de gemeenten Bussum, Naarden en Muiden hiervoor respectievelijk € 45.000, € 17.000 en € 25.000 opgenomen. Gemeenten hanteren in de regel tussen € 1 en € 5 euro per inwoner voor de post onvoorzien. In het kader van artikel 12 gaat men uit van 0,6% van de som van de algemene uitkering en OZB-capaciteit. Voor Gooise Meren zou dit uitkomen op globaal € 450.000.
In de raad van 2 november 2015 zijn o.a. de richtlijnen voor de perspectiefnota vastgesteld. Deze zijn in dit artikel weergegeven.
Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten
Dit artikel bevat nadere regels voor de autorisatie van de baten en lasten in de begroting en van de investeringskredieten. De tekst is over genomen uit de VNG-modelverordening.
In de raad van 2 november 2015 zijn o.a. de richtlijnen voor het voortgangsverslag vastgesteld. Deze zijn in dit artikel weergegeven.
In artikel 7 van de financiële verordening is een nadere invulling van de informatieplicht van het college aan de raad opgenomen. Het betreft een uitwerking van het vierde lid van artikel 169 Gemeentewet. Dat artikel verplicht het college vooraf aan het aangaan van bepaalde verplichtingen de raad inlichtingen te verstrekken indien de raad daar om verzoekt of indien de uitoefening van deze bevoegdheden van het college ingrijpende gevolgen heeft voor de gemeente (bijvoorbeeld de verkoop van gronden of besluiten met grote risico’s).
Deze actieve informatieplicht bestaat naast de reguliere P&C momenten (begroting, tussentijdse rapportages, jaarstukken), omdat hierbij vooral gerapporteerd wordt over situaties die zich al hebben voorgedaan en er minder ruimte is voor wensen en bedenkingen vanuit de raad voordat er besluiten worden genomen.
Het artikel schept slechts duidelijkheid tussen het college en de raad over wanneer de raad in elk geval vóóraf wenst te worden geïnformeerd en in de gelegenheid wil worden gesteld zijn wensen en bedenkingen aan het college kenbaar te maken.
In de gevallen waarbij bijvoorbeeld een besluit genomen moet worden over de aankoop- of verkoop van grond of een garantstelling die niet in de begroting zijn genoemd en onder de drempelbedragen blijven, maar wel ingrijpende gevolgen kunnen hebben voor de gemeente, dan is het alsnog wenselijk dat de raad door het college in de gelegenheid wordt gesteld om wensen en bedenkingen kenbaar te maken.
Artikel 8. Waardering en afschrijving vaste activa
In de raad van 22 juni 2015 zijn de kaders van het activabeleid vastgesteld. Deze zijn in dit artikel weergegeven.
Artikel 9. Voorziening voor oninbare vorderingen
Als (publieke en private) vorderingen ouder zijn dan 1 jaar is de inbaarheid meestal wel in te schatten. Doorgaans is dan het reguliere invorderingstraject (aanmaning, dwangbevel) al doorlopen en zijn er verdere maatregelen nodig zoals loonbeslag e.d.
Artikel 10. Reserves en voorzieningen
In de raad van 22 juni 2015 zijn de kaders van beleid m.b.t. reserves vastgesteld. Deze zijn in dit artikel weergegeven.
In de raad van 22 juni 2015 zijn de kaders van de kostenverdelingssystematiek vastgesteld. Deze zijn in dit artikel weergegeven.
Artikel 12. Kostprijsberekening
Artikel 212 Gemeentewet bepaalt dat deze verordening in ieder geval de grondslagen voor de berekening van door het gemeentebestuur in rekening te brengen prijzen en tarieven voor rechten en heffingen bevat. De tekst is over genomen uit de VNG-modelverordening.
Artikel 13. Prijzen economische activiteiten
Als een gemeente goederen, diensten of werken levert aan overheidsbedrijven of derden dan mag zij deze activiteiten niet bevoordelen als het economische activiteiten betreft. Economische activiteiten zijn hier activiteiten waarmee de gemeenten in concurrentie met ander ondernemingen treedt. Het bevoordelingsverbod houdt feitelijk in dat tenminste een integrale kostprijs voor de levering van goederen, diensten werken en het verstrekken van leningen garanties en kapitaal in rekening moet worden gebracht. Van deze verplichting kan worden afgeweken als de activiteiten worden ontplooid in het kader van het publiek belang.
Artikel 14. Vaststelling hoogte belastingen, rechten, heffingen en prijzen
Het vaststellen van de tarieven voor belastingen, rechten en leges is een bevoegdheid van de raad. Deze bevoegdheid kan niet worden gedelegeerd (artikel 156 Gemeentewet).
Het vaststellen van prijzen voor de levering van gemeentelijke goederen, diensten of werken die niet vallen onder artikel 229 Gemeentewet, is een privaatrechtelijke besluit. Deze besluiten zijn een bevoegdheid van het college (eerste lid, letter e artikel 160 Gemeentewet). Wel wordt het beleid en de kaders aan de raad voorgelegd.
Artikel 15. Financieringsfunctie
Artikel 212 Gemeentewet bevat de bepaling dat de financiële verordening in elk geval regels voor de algemene doelstelling en de te hanteren richtlijnen en limieten van de financieringsfunctie bevat. Artikel 15 geeft invulling aan deze plicht. Het artikel bevat kaders voor het financieringsbeleid. Het college stelt zelf een uitwerking hiervan vast (financieringsstatuut).
Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten geeft aan wat in de paragraaf ten minste moet staan. Dit is letterlijk over genomen. Na het woord “daarnaast” is aangegeven wat er in de raad van 22 juni 2015 is besloten waarover de raad ook wil worden geïnformeerd.
Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten geeft aan wat in de paragraaf ten minste moet staan. Dit is letterlijk over genomen. Na het woord “daarnaast” is aangegeven wat er in de raad van 22 juni 2015 is besloten waarover de raad ook wil worden geïnformeerd.
Artikel 18. Weerstandsvermogen & risicobeheersing
Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten geeft aan wat in de paragraaf ten minste moet staan. Dit is letterlijk over genomen. Na het woord “daarnaast” is aangegeven wat er in de raad van 22 juni 2015 is besloten waarover de raad ook wil worden geïnformeerd.
Artikel 19. Onderhoud kapitaalgoederen
Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten geeft aan wat in de paragraaf ten minste moet staan. Dit is letterlijk over genomen. Na het woord “daarnaast” is aangegeven wat er in de raad van 22 juni 2015 is besloten waarover de raad ook wil worden geïnformeerd.
Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten geeft aan wat in de paragraaf ten minste moet staan. Dit is letterlijk over genomen.
Artikel 21. Verbonden partijen
Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten geeft aan wat in de paragraaf ten minste moet staan. Dit is letterlijk over genomen. Na het woord “daarnaast” is aangegeven wat er in de raad van 22 juni 2015 is besloten waarover de raad ook wil worden geïnformeerd.
Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten geeft aan wat in de paragraaf ten minste moet staan. Dit is letterlijk over genomen. Na het woord “daarnaast” is aangegeven wat er in de raad van 22 juni 2015 is besloten waarover de raad ook wil worden geïnformeerd.
Onder artikel 23 zijn algemene bepalingen opgenomen voor de inrichting van de gemeentelijke administratie. Op hoofdlijnen wordt opgedragen welke gegevens systematisch moeten worden vastgelegd en aan welke eisen deze gegevens en de vastlegging er van moeten voldoen. De tekst is over genomen uit de VNG-modelverordening.
Artikel 24. Financiële organisatie
Dit artikel geeft aan op welke terreinen van de financiële organisatie het college beleid en interne regels moet stellen. De tekst is over genomen uit de VNG-modelverordening.
Dit artikel draagt o.a. het college op maatregelen te treffen opdat gedurende het jaar of vooraf aan de accountantscontrole de gemeente zelf nagaat of de cijfers in de adinistratie een getrouw beeld geven. De tekst is over genomen uit de VNG-modelverordening.
Kopieer de link naar uw clipboard
zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2016-116920.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.