Gemeente Landgraaf - Wijziging Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Landgraaf
Burgemeester en wethouders van Landgraaf;
gezien de afspraken gemaakt in het arbeidsvoorwaardenakkoord 2013-2015 over het creëren van banen voor arbeidsbeperkten;
gelet op de noodzaak om de landelijk gemaakte afspraken in de lokale arbeidsvoorwaardenregeling op te nemen door middel van een besluit;
b e s l u i t e n :
  • I.
    De Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Landgraaf als volgt te wijzigen:
  • A.
    Aan de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Landgraaf artikel 1:2c toe te voegen. Dit artikel luidt als volgt:
    Artikel 1:2c Aanstellingen op grond van de banenafspraak
    • 1.
      In afwijking van artikel 3:1, tweede lid, onderdeel b kan het college salarisschaal A in bijlage IIa vaststellen voor de ambtenaar die op grond van de Wet banenafspraak een aanstelling krijgt omdat hij onder de Participatiewet valt en door beperkingen niet het wettelijk minimumloon kan verdienen.
    • 2.
      In afwijking van artikel 3:1, tweede lid, onderdeel b kan het college vaststellen dat de ambtenaar die op grond van de Wet banenafspraak een aanstelling krijgt omdat hij Wajonger is met arbeidsvermogen en voor wie een loonwaarde van minder dan 100% is vastgesteld, recht heeft op een door zijn loonwaarde bepaald percentage van het salaris. Is het door het loonwaarde bepaalde percentage van het salaris lager dan het wettelijk minumumloon, dan is het salaris van de ambtenaar gelijk aan het wettelijk minimumloon.
    • 3.
      Voor de in het eerste lid genoemde ambtenaar geldt niet het in artikel 3:6, eerste lid genoemde minimumbedrag voor de eindejaarsuitkering.
    • 4.
      Voor de in het eerste lid genoemde ambtenaar geldt niet het in de toelichting op artikel 6:3, tweede lid, genoemde minimumbedrag voor de vakantietoelage.
    • 5.
      Voor de in het eerste lid genoemde ambtenaar geldt niet het in artikel 6a:7, eerste lid genoemde minimumbedrag voor de levensloopbijdrage.
    • 6.
      Voor de in het tweede lid genoemde ambtenaar geldt als minimumbedrag voor de eindejaarsuitkering het in artikel 3:6, eerste lid genoemde minimumbedrag naar rato van de loonwaarde en de deeltijdfactor.
    • 7.
      Voor de in het tweede lid genoemde ambtenaar geldt als minimumbedrag voor de vakantietoelage het in de toelichting op artikel 6:3, tweede lid genoemde minimumbedrag naar rato van de loonwaarde en de deeltijdfactor.
    • 8.
      Voor de in het tweede lid genoemde ambtenaar geldt als minimumbedrag voor de levensloopbijdrage het in artikel 6a:7 eerste lid genoemde minimumbedrag naar rato van de loonwaarde en de deeltijdfactor.
    • 9.
      Indien het college voor de in het tweede lid genoemde ambtenaar loondispensatie op grond van de Wajong ontvangt, past het college deze loondispensatie toe op het salaris en de daarop gebaseerde toelagen en vergoedingen.
  • B.
    Aan bijlage IIa het volgende toe te voegen:
    Voor de ambtenaar die valt onder de definitie van artikel 1:2c, eerste lid geldt een aparte schaal: schaal A. Het bedrag van de periodiek 0 is gelijk aan het wettelijk minimumloon. Het bedrag van de periodiek 11 is gelijk aan 120% van het wettelijk minimumloon. De salarisbedragen voor schaal A worden geïndexeerd op de ontwikkeling van het wettelijk minimumloon en elk jaar op 1 januari vastgesteld door het LOGA en gepubliceerd op www.car-uwo.nl.
  • II.
    te bepalen dat dit besluit in werking treedt op de dag na algemene bekendmaking en terugwerkende kracht heeft tot en met 1 september 2015.
Landgraaf, 29 september 2015
Burgemeester en wethouders voornoemd,
de secretaris, de burgemeester,
ir. J.M.C. Rijvers mr. R.J.H. Vlecken
Toelichting:
Artikel 1:2c:
Gemeenten kunnen ambtenaren aanstellen vanwege de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten. Onder deze wet vallen: (1) Mensen met een WSW-indicatie; (2) Wajongers met arbeidsvermogen; (3) mensen met een WIW-baan of ID-baan; (4) mensen die onder de Participatiewet vallen en die door beperkingen niet het wettelijk minimumloon kunnen verdienen. Om de instroom van deze doelgroepen te bevorderen, maakt de CAR-UWO het mogelijk om het salaris af te stemmen op de verdiencapaciteit of de loonwaarde. Deze mogelijkheid is beperkt tot de ambtenaren die onder de wettelijke omschrijving vallen van de doelgroepen (4) mensen die onder de Participatiewet vallen, en (2) Wajongers met arbeidsvermogen.
1.De omschrijving van deze doelgroep staat in de Wet financiering sociale verzekeringen, artikel 38b lid 1 sub a. In salarisschaal A is het salaris bij periodiek 0 het wettelijk minimumloon en is het salaris bij periodiek 11 120% van het wettelijk minimumloon. De bedragen in schaal A worden, in plaats van op de salarisontwikkeling in de Cao Gemeenten, geïndexeerd op de ontwikkeling van het wettelijk minimumloon en elk jaar op 1 januari bijgesteld. De actuele schaalbedragen worden na goedkeuring door het LOGA gepubliceerd op www.car-uwo.nl.
B.
Naar boven