Raadsbesluit 2015
 
Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen
Nr. 112979/113005
De raad van de gemeente Westvoorne;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 mei 2015
gelet op artikel 8b van de Participatiewet;
gelet op artikel 35 IOAW;
gelet op artikel 35 IOAZ
B E S L U I T:
  • 1.
    Per 1 juli 2015 In te trekken: de handhavingsverordening Wet Werk en Bijstand 2010, de handhavingsverordening IOAW en IOAZ, de Handhavingsverordening Wet investeren in jongeren.
  • 2.
    Vast te stellen de handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015.
Artikel 1 Begrippen
  • 1.
    In deze verordening wordt verstaan onder:
    • a.
      belanghebbende: de persoon die bijstand ontvangt of heeft ontvangen, indien het een gehuwde betreft, wordt onder de uitkeringsgerechtigde elk van de echtgenoten verstaan;
    • b.
      bestandsvergelijking: het vergelijken van bestanden van publiekrechtelijke organisaties;
    • c.
      college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westvoorne;
    • d.
      de wet: Participatiewet;
    • e.
      IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
    • f.
      IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
    • g.
      samenloopsignaal: een signaal van het Inlichtingenbureau wanneer een cliënt over meerdere inkomstenbronnen beschikt;
    • h.
      sociaal rechercheur: een ambtenaar met bijzondere opsporingsbevoegdheden, belast met het voorkomen en bestrijden van fraude en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke uitkeringen ingevolgde de Participatiewet, IOAW en IOAZ.
  • 1.
    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Suwi) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Artikel 2Taak van het college
  • 1.
    Het college stelt een beleidsplan Hoogwaardig Handhaven vast, waarin, binnen de kaders van deze verordening, beleid wordt geformuleerd van het financiële beheer voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet.
  • 2.
    Het college is belast met de uitvoering van deze verordening.
Hoofdstuk 2: Preventie
Artikel 3 Voorlichting en optimaliseren dienstverlening
Het college tracht fraude te voorkomen door een optimale dienstverlening te bewerkstelligen en door de belanghebbende vroegtijdig te informeren over zijn rechten en plichten en de gevolgen van fraude.
Hoofdstuk 3: Controle en opsporing
Artikel 4
Controle
  • 1.
    Het college verricht onderzoek naar de recht- en doelmatigheid van de bijstandsuitkering, alsmede de reden van beëindiging van de uitkering, neemt op basis daarvan besluiten tot de rechtmatigheid van de uitkering en de wederzijds tussen het college en de belanghebbende resterende verplichtingen en de afhandeling daarvan.
  • 2.
    Het college verifieert en valideert de door de belanghebbende verstrekte gegevens.
  • 3.
    Het college voert periodiek bestandsvergelijkingen uit en onderzoekt daaruit voortkomende samenloopsignalen.
Artikel 5
Opsporing
Het college kan bij het verrichten van onderzoek een sociaal rechercheur inschakelen.
Hoofdstuk 4: Gevolgen van fraude
Artikel 6
Verlaging van de bijstandsuitkering
Het college verlaagt de uitkering met toepassing van de Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Westvoorne 2015.
.
Artikel 7
Aangifte bij Openbaar Ministerie
Het college doet aangifte bij het Openbaar Ministerie in die zaken, waarin gelet op de richtlijnen van het OM strafrechtelijk optreden aangewezen is.
Hoofdstuk 5: Slotbepalingen
Artikel 8
Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule
  • 1.
    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.
  • 2.
    Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, als toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 9
Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015.
Artikel 10
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2015.
Aldus besloten in de openbare vergadering
van 30 juni 2015
De raad voornoemd,
de griffier, de voorzitter,
Naar boven