Nadere regels bewonersinitiatieven Rotterdam
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,
 
gelezen het voorstel van de directeur Activering & Welzijn van het cluster Maatschappelijke Ontwikkeling, nummer 14MO03687;
 
gelet op de artikelen 3, 4 en 6 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014 en de Verordening op de gebiedscommissies 2014;
 
overwegende, dat het wenselijk is nadere regels vast te stellen ter uitvoering van de Subsidieverordening Rotterdam 2014 met betrekking tot bewonersinitiatieven in verband met het instellen van een subsidieplafond en procedurele aspecten;
 
besluit vast te stellen:
 
Nadere regels Bewonersinitiatieven Rotterdam
 
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze regels en de daarop berustende bepalingen wordt (mede) verstaan onder:
 
a. bewonersinitiatief:
een initiatief zoals bedoeld in hoofdstuk 2 van de Beleidsregel bewonersinitiatieven Rotterdam;
 
b. opzoomerinitiatief:
kleinschalig bewonersinitiatief op straatniveau dat ten doel heeft het nabuurschap te bevorderen en waarvoor per initiatief maximaal € 250,– beschikbaar kan worden gesteld;
 
b. wijk- en buurtinitiatieven:
initiatief van een bewoner of groep bewoners, gericht op de leefbaarheid in het gebied van deze bewoners, die de bewoner zelf, al dan niet met anderen, op vrijwillige basis uitvoert onder eigen verantwoordelijkheid;
 
c. gebiedsinitiatief:
grootschalig, veelal complex bewonersinitiatief, waarbij innovatie en samenwerking met relevante partijen in het gebied belangrijk zijn;
 
d. sociaal ondernemer:
een ondernemende burger (al of niet in groepsverband, al of niet als zzp’er, bureau of bedrijf) die samen met bewoners uit de buurt een maatschappelijk relevant initiatief neemt met een bedrijfsmatige aanpak waarbij hem ‘loon’ uitbetaald wordt en/of waarbij (maatschappelijke) besparingen of ‘winst’ terugvloeien naar het gebied. In het ondernemerschap wordt blijk gegeven van een bijdrage aan het doel van deze nadere regels en komen duurzaamheid van het initiatief en toewerken naar financiering zonder gemeentelijke subsidie naar voren.
Artikel 2 Toepassingsgebied nadere regels
  • 1.
    Deze nadere regels zijn van toepassing op aanvragen voor eenmalige subsidies in het kader van bewonersinitiatieven.
  • 2.
    Subsidieaanvragen hebben alleen betrekking op initiatieven binnen het werkvlak van de gebiedscommissies.
Artikel 3 Subsidieplafond en verdeelsleutel
  • 1.
    De gebiedscommissie stelt binnen de kaders van de gemeentelijke begroting het subsidieplafond vast.
  • 2.
    Aanvragen voor een subsidie worden behandeld op volgorde van binnenkomst.
Artikel 4 Eisen aan de aanvraag
  • 1.
    De aanvraag wordt ingediend op een door het college vastgesteld formulier en bevat ten minste:
    • a.
      een inhoudelijk plan, waarin aangegeven wordt op welke wijze de gevraagde middelen worden aangewend;
    • b.
      een financiële onderbouwing.
  • 2.
    Meerdere aanvragen die dezelfde activiteit betreffen worden als één aanvraag beoordeeld.
Artikel 5 Beoordeling aanvraag
Bij de beoordeling van de aanvraag betrekt de gebiedscommissie in ieder geval de volgende criteria:
  • A.
    de kwaliteit van de aanvraag;
  • B.
    in hoeverre het plan past binnen:
    • 1.
      de beleidsregels bewonersinitiatieven Rotterdam;
    • 2.
      de doelstelling of speerpunten in het gebiedsplan van het gebied;
  • C.
    de mate waarin de wijk of gebied maatschappelijk wordt versterkt;
  • D.
    de mate waarin de samenwerking met andere organisaties in de wijk of het gebied wordt versterkt.
Artikel 6 Aanvullende voorwaarden wijk- en buurtinitiatieven
  • 1.
    Een subsidie ten behoeve van een wijk- of buurtinitiatief bedraagt maximaal € 10.000,–.
  • 2.
    Een subsidieaanvraag voor een wijk- of buurtinitiatief wordt ten minste zes weken voor aanvang van de activiteit ingediend bij de gebiedscommissie via het daarvoor bestemde aanmeldformulier.
  • 3.
    De aanvrager van een subsidie voor een wijk- of buurtinitiatief is:
    • een natuurlijke persoon die woonachtig is in de wijk of buurt waar men de activiteit wil uitvoeren;
    • een organisatie zonder winstoogmerk die met en/of namens de bewoners een initiatief indient;
    • een sociaal ondernemer.
  • 4.
    De aanvraag moet naast de indiener zijn ondersteund door ten minste vier medebewoners in de wijk of buurt waar het bewonersinitiatief betrekking op heeft.
  • 5.
    Er moet sprake zijn van een vrijwillige inzet en/of een bijdrage in natura en/of financiële bijdrage door de bewoners voor de uitvoering van het bewonersinitiatief.
  • 6.
    Een subsidie ten behoeve van een wijk- of buurtinitiatief wordt alleen uitbetaald aan een rechtspersoon.
Artikel 7 Aanvullende voorwaarden gebiedsinitiatieven
  • 1.
    Aanvragen vanaf € 10.000,– worden behandeld als een gebiedsinitiatief.
  • 2.
    Een subsidieaanvraag voor een gebiedsinitiatief wordt uiterlijk twaalf weken voor aanvang van de activiteit ingediend via de subsidieportal van de gemeente.
  • 3.
    De aanvrager van een subsidie voor een gebiedsinitiatief is:
    • een natuurlijke persoon die woonachtig is in het gebied of waar men de activiteit wil uitvoeren;
    • een organisatie zonder winstoogmerk die met en/of namens de bewoners een initiatief indient;
    • een sociaal ondernemer.
  • 4.
    Naast cofinanciering moet er bij een gebiedsinitiatief sprake zijn van een vrijwillige inzet en/of een bijdrage in natura en/of financiële bijdrage door de bewoners voor de uitvoering van het bewonersinitiatief.
  • 5.
    Uit de aanvraag blijkt dat er voldoende draagvlak is van de bewoners van het gebied en dat deze bewoners voldoende worden bereikt.
  • 6.
    Een subsidie ten behoeve van een gebiedsinitiatief wordt alleen uitbetaald aan een rechtspersoon.
  • 7.
    De aanvrager draagt er zorg voor dat:
    • a.
      de gebiedscommissie wordt geïnformeerd over de uitvoering van het initiatief en bij een activiteit ten minste twee weken van te voren een uitnodiging krijgt;
    • b.
      in de berichtgeving over de activiteit wordt vermeld dat voor de activiteit een bijdrage is verkregen van de gebiedscommissie.
Artikel 8 Weigeringsgronden
  • 1.
    Een subsidieaanvraag wordt afgewezen:
    • a.
      indien de subsidieaanvraag niet voldoet aan de in de artikelen 5, 6 of 7 genoemde criteria en voorwaarden.
    • b.
      indien het bewonersinitiatief conflicteert met de door de gemeenteraad vastgestelde beleidskaders;
    • c.
      indien het bewonersinitiatief gericht is op politieke of religieuze doelstellingen;
    • d.
      indien de activiteit of het initiatief niet openbaar en toegankelijk is voor de bewoners;
    • e.
      indien het initiatief een overwegend privaat belang heeft.
  • 2.
    Een subsidieaanvraag kan naast de op in de Subsidieverordening 2014 genoemde gronden worden afgewezen als:
    • a.
      er sprake is van een initiatief waarvoor financiering op grond van een andere gemeentelijke regeling bestaat;
    • b.
      activiteiten reeds hebben plaatsgevonden;
    • c.
      de subsidieaanvraag betrekking heeft op het financieren van een feest, barbecue, catering of andersoortige buurtfestiviteiten, terwijl dat naar het oordeel van de gebiedscommissie geen meerwaarde heeft voor de straat, wijk of gebied;
    • d.
      als de aanvrager een vereniging is en het initiatief niet open staat voor niet-leden.
Artikel 9 Inwerkingtreding
Deze nadere regels treden in werking op de eerste dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin zij worden geplaatst en werken terug tot 1 januari 2015.
Artikel 10 Citeertitel
Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels bewonersinitiatieven Rotterdam.
 
Aldus vastgesteld in de vergadering van 30 juni 2015.

De secretaris,

Ph.F.M. Raets

De burgemeester,

A. Aboutaleb

Toelichting
Algemene toelichting
Deze nadere regels zijn gebaseerd op de Subsidieverordening Rotterdam 2014 en zijn opgesteld om:
  • criteria te stellen over de aanvraag en toekenning van subsidies om bewonersinitiatieven te reguleren;
  • een subsidieplafond in te stellen.
De nadere regels hebben geen betrekking op de zogenaamde opzoomerinitiatieven.
 
De besluitvorming over de subsidieaanvragen op grond van deze nadere regels is een bevoegdheid van de gebiedscommissies.
 
Tegen het besluit is bezwaar mogelijk bij de Algemene Bezwaarschriftencommissie, aan wie de Gebiedscommissie het mandaat heeft verleend te beslissen over deze subsidieaanvragen.
 
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1 Begripsbepalingen
In dit artikel worden de verschillende vormen van bewonersinitiatieven gedefinieerd.
Daarnaast wordt het begrip sociaal ondernemer gedefinieerd. Ook een sociaal ondernemer kan een subsidieaanvraag indienen ten behoeve van een bewonersinitiatief.
Artikel 2 Toepassingsgebied nadere regels
In dit artikel wordt duidelijk gemaakt dat deze nadere regels geen betrekking hebben op de zogenaamde opzoomerinitiatieven.
Artikel 3 Subsidieplafond en verdeelsleutel
Voor elke gebiedscommissie wordt een bedrag beschikbaar gesteld. Van dit bedrag stellen de gebiedscommissies een subsidieplafond vast. Dit is het bedrag dat de commissie beschikbaar stelt voor subsidies in het kader van bewoners initiatieven.
Als het budget op is worden verdere aanvragen afgewezen. Hierbij werkt het systeem ‘wie het eerst komt, die het eerst maalt’.
Artikel 4 Eisen aan de aanvraag
Als de gebiedscommissie meerdere aanvragen voor hetzelfde doel binnenkrijgt, zal deze de aanvraag gezamenlijk behandelen. Daarbij zal met de indieners van de aanvraag worden besproken hoe de bewonersinitiatieven gezamenlijk kunnen worden opgepakt.
Artikel 5 Beoordeling op aanvraag
In dit artikel staan algemene criteria genoemd voor de beoordeling van aanvragen.
Artikel 6 Aanvullende voorwaarden wijk- en buurtinitiatieven
Subsidies voor wijk- en buurtinitiatieven zijn gemaximeerd tot en met € 10.000,–. Aanvragen voor een hoger bedrag vallen onder gebiedsinitiatieven. Ten behoeve van de subsidieaanvragen voor wijk- en buurtinitiatieven stelt de stad ondersteuning ter beschikking.
Met vrijwillige inzet wordt bedoeld dat er sprake is van vrijwilligerswerk en geen werk waarvoor loon e.d. wordt betaald.
Uitbetaling vindt slechts plaats aan rechtspersonen. Voor uitbetaling wordt aangesloten bij rechtspersonen binnen het bestaande buurtnetwerk. Bewoners hoeven uiteraard niet een rechtspersoon op te richten als zij een aanvraag indienen.
Deze voorwaarde is gesteld om problemen te voorkomen die zouden kunnen ontstaan bij de uitbetaling aan particulieren. Denk daarbij aan bijvoorbeeld vragen van de belastingdienst over deze inkomsten of andere instellingen, die beslag kunnen laten leggen bij betalingsachterstanden. Vaak vinden burgers het ook niet prettig dat subsidies op hun privé-bankrekening worden overgemaakt.
Artikel 7 Aanvullende voorwaarden gebiedsinitiatieven
Gebiedsinitiatieven worden verondersteld complexer te zijn, met meer ruimte voor innovatie, samenwerking en gebruik van moderne ICT- en communicatiemiddelen. Hierdoor liggen de benodigde subsidiebedragen hoger dan € 10.000,–. Om die reden worden ook andere voorwaarden gesteld aan deze initiatieven.
Artikel 8 Weigeringsgronden
In dit artikel worden niet-limitatief de weigeringsgronden voor een subsidieaanvraag genoemd.
 
De door de gemeenteraad vastgestelde kaders voor bewonersinitiatieven, alsmede de beleidsregels die door het college zijn vastgesteld bepalen grotendeels de criteria om al dan niet tot subsidieverlening over te gaan. E.e.a. laat onverlet dat ook de criteria op grond van de Algemene wet bestuursrecht en de SVR 2014 relevant zijn voor de beoordeling van de aanvraag.
 
Dit gemeenteblad 2015, nummer 125, is uitgegeven op 10 juli 2015 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)
(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch).
 
Naar boven