Verordening tot (1e) wijziging van de Verordening woonruimtebemiddeling 2015.

 

 

De raad van de gemeente Capelle aan den IJssel;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening tot (1e) wijziging van de Verordening woonruimtebemiddeling 2015.

Artikel I

In Hoofdstuk 2 Woonruimtebemiddeling wordt in artikel 2.1.1. een vierde lid toegevoegd:

4.In afwijking van het bepaalde in het eerste lid zijn de artikelen 2.1.2 lid 2 t/m 4 uitsluitend van

toepassing op woonruimten in de buurten en straten genoemd in het besluit dd. 11-6-2015 van de

minister voor Wonen en Rijksdienst tot aanwijzing van buurten en straten in onze gemeente

waarop Hoofdstuk 3 van de Wet Bijzondere grootstedelijke problematiek van toepassing is

verklaard

Aan artikel 2.1.2. wordt een tweede, derde en vierde lid toegevoegd:

2. In aanvulling op het eerste lid gelden voor het in aanmerking komen voor een

huisvestingsvergunning voor woningzoekende die minder dan zes jaar voorafgaand aan de

aanvraag van de huisvestingsvergunning onafgebroken ingezetene is van één van de gemeenten

in de woningmarktregio voor woonruimte in de door de minister voor Wonen en Rijksdienst in

onze gemeente aangewezen buurten en straten de volgende eisen:

  • a.

    een inkomen op grond van het in dienstbetrekking verrichten van arbeid;

  • b.

    een inkomen uit zelfstandig beroep of bedrijf;

  • c.

    een inkomen op grond van een regeling voor vrijwillig vervroegd uittreden;

  • d.

    een ouderdomspensioen als bedoeld in de Algemene Ouderdomswet;

  • e.

    een ouderdoms- of nabestaandenpensioen als bedoeld in de Wet op de loonbelasting 1964, of

  • f.

    studiefinanciering als bedoeld in de Wet studiefinanciering 2000

    • 3.

      Indien woningzoekenden op grond van het tweede lid in aanmerking komen voor een

huisvestingsvergunning, wordt bij het verlenen van een huisvestingsvergunning vervolgens

voorrang gegeven aan woningzoekenden die voldoen aan de sociaal-economische kenmerken

zoals vermeld in de tabel A t/m L in artikel 2.3.9 lid 3.

4.Indien de aanvrager niet voldoet aan de eis in het tweede en derde lid en het weigeren van de

aangevraagde huisvestingsvergunning tot een onbillijkheid van overwegende aard zou leiden,

kunnen burgemeester en wethouders de aangevraagde huisvestingsvergunning toch verlenen.

Aan artikel 2.3.9 wordt een derde lid toegevoegd:

1. In afwijking van de voorrangsregeling in het voorgaande lid geldt in de buurten en straten

genoemd in het besluit dd. 11-6-2015 van de minister voor Wonen en Rijksdienst tot aanwijzing

van buurten en straten in onze gemeente waarop Hoofdstuk 3 van de Wet bijzondere

maatregelen grootstedelijke problematiek van toepassing is verklaard de volgende tabel A t/m G:

Behorende bij raadsvoorstel, nummer 744064

7

Waar? Wat?

A

Voor alle genoemde complexen geldt dat de grootte van de woonruimte moet passen bij de omvang van het huishouden. Om te bepalen of dit bij de aanvrager het geval is, hanteren burgemeester en wethouders de

volgende tabel:

Aantal kamers 1; Aantal leden van het huishouden 1

Aantal kamers 2; Aantal leden van het huishouden 1 tot en met 2

Aantal kamers 3; Aantal leden van het huishouden 1 tot en met 3

Aantal kamers 4; Aantal leden van het huishouden 2 tot en met 4

Aantal kamers 5; Aantal leden van het huishouden 5 of meer

B

Aida , Nabucco , Parsifal , Rigoletto , Agnietenhof , Evoluon

1. Voorrang voor huishoudens waarvan minimaal 1 persoon een

beroep heeft in de maatschappelijke dienstverlening (

bijvoorbeeld de overheid, zorg, onderwijs,openbare orde en

veiligheid) volgens de definitie van de niet-commerciële

dienstverlening van het CBS.

2. Huishoudens die een verklaring kunnen overleggen waaruit

blijkt minimaal 1 persoon binnen het huishouden al geruime tijd

vrijwilligerswerk doet.

C Librije

1. Voorrang voor jongeren tot 23 jaar.

2.Huishoudens moeten zich inzetten voor activiteiten in het

complex (leefbaar houden gemeenschappelijke ruimtes).

D

Norma

1. Voorrang voor huishoudens waarvan minimaal 1 persoon

recent is gestart op de arbeidsmarkt met zijn eerste baan.

2. Voorrang voor huishoudens waarvan minimaal 1 persoon een

beroep heeft in de maatschappelijke dienstverlening (

bijvoorbeeld de overheid, zorg, onderwijs,openbare orde en

veiligheid) volgens de definitie van de niet-commerciële

dienstverlening van het CBS.

3. Voorrang voor huishoudens die 1-kamerwoningen achterlaten

in de Opera- en Gebouwenbuurt.

4. Huishoudens die een verklaring kunnen overleggen waaruit

blijkt minimaal 1 persoon binnen het huishouden al geruime tijd

vrijwilligerswerk doet.

5. Voorrang voor huishoudens in de leeftijd tussen 23-30 jaar.

E

Wiekslag

1. 1 Voorrang bieden aan huishoudens

tussen 20-35 jaar waarvan minimaal 1 persoon een afgeronde

beroepsopleiding heeft en maximaal 2 jaar is afgestudeerd.

2. Huishoudens die een verklaring kunnen overleggen waaruit

blijkt minimaal 1 persoon binnen het huishouden al geruime tijd

vrijwilligerswerk doet.

3. Voorrang voor gezinnen met max. 2 kinderen jonger dan 12 jr.

F

Schermerhoek

1. Voorrang voor huishoudens waarvan minimaal 1 persoon een

beroep heeft in de maatschappelijke dienstverlening (

bijvoorbeeld de overheid, zorg, onderwijs,openbare orde en

veiligheid) volgens de definitie van de niet-commerciële

dienstverlening van het CBS.

2. Huishoudens die een verklaring kunnen overleggen waaruit

blijkt minimaal 1 persoon binnen het huishouden al geruime tijd

vrijwilligerswerk doet.

3. Voorrang voor gezinnen met max. 2 kinderen jonger dan 12 jr.

G

Purmerhoek

1. Voorrang voor huishoudens waarvan minimaal 1 persoon een

beroep heeft in de maatschappelijke dienstverlening (

bijvoorbeeld de overheid, zorg, onderwijs,openbare orde en

veiligheid) volgens de definitie van de niet-commerciële

dienstverlening van het CBS.

2. Huishoudens die een verklaring kunnen overleggen waaruit

blijkt minimaal 1 persoon binnen het huishouden al geruime tijd

vrijwilligerswerk doet.

3. Voorrang voor gezinnen met max. 2 kinderen jonger dan 12 jr.

Artikel II

Deze Verordening treedt in werking per 1 januari 2016.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 14 december 2015

de griffier, de voorzitter,

Naar boven