Gemeenteblad van Blaricum
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Blaricum | Gemeenteblad 2015, 122786 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Blaricum | Gemeenteblad 2015, 122786 | Verordeningen |
De Cao afspraken over belonen zijn vastgele gd in hoofdstuk 3 van de CAR . Voor wat betreft de algemene bepalingen en begripsbepalingen wordt verwezen naar de bepalingen zoals die gelden voor de CAR-UWO en de aanvullende lokale bepalingen.
In aansluiting op hoofdstuk 3 is een aantal zaken op lokaal niveau uitgewerkt en/of aangevuld. Deze lokaal geldende regeling is hieronder opgenomen.
De colleges van burgemeester en wethouders en gemeenteraden van de gemeenten Blaricum, Eemnes en Laren en het Algemeen Bestuur van de BEL Combinatie besluiten, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft, na overleg en overeenstemming in het georganiseerd overleg, d.d. 14 oktober 2015, tot het vaststellen van de regeling Beloningen.
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
functie: het geheel van werkzaamheden dat door de medewerker is te verrichten;
maximumsalaris: het hoogste bedrag van een salarisschaal dat kan worden toegekend;
medewerker: de ambtenaar die door de werkgever is aangesteld om in openbare dienst
werkzaam te zijn alsmede de ambtenaar met wie een arbeidsovereenkomst
naar burgerlijk recht is aangegaan;
periodieke verhoging: het verschil tussen twee opeenvolgende bedragen in een salarisschaal;
salaris: maandbedrag dat binnen de salarisschaal aan de medewerker is toegekend, naar evenredigheid van diens formele arbeidsduur;
salarisschaal: een reeks maandbedragen als opgenomen in de bijlage bij hoofdstuk 3 CAR;
salaristoelagen: de toelagen zoals genoemd in paragraaf 3 van hoofdstuk 3 CAR;
werkgever: de gemeenten Blaricum, Eemnes en Laren en/of de BEL Combinatie;
Het recht op beloning vangt aan op de dag dat de aanstelling van de medewerker ingaat.
Indien inpassing heeft plaatsgevonden op grond van de aanloopschaal conform hoofdstuk 3 CAR, wordt een ontwikkeltraject opgesteld. De termijn van het ontwikkeltraject om volledig ingewerkt te raken, wordt bepaald op basis van de ontwikkeling van de medewerker in relatie tot de functie-eisen voor de betreffende functie.
Artikel 5Bevordering en salaris bij bevordering naar een hogere schaal
Vanuit de lagere schaal vindt bevordering naar een hogere salarisschaal met een hoger maximumsalaris, dan wel de functieschaal, plaats op het moment dat de medewerker volgens de personeelsbeoordeling voldoet aan de vereiste kwalificaties die aan de functie worden gesteld met in achtneming van de bepalingen in artikel 4.
Artikel6Periodiekeverhoging van het salaris
Artikel 7Extra periodieke verhoging van het salaris
Op grond van buitengewone bekwaamheid, geschiktheid en/of ijver of andere door de werkgever opgedragen van bijzonder belang geachte werkzaamheden kan a an de medewerker die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt een extra periodieke salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag, niet uitgaande boven het maximumbedrag, worden toegekend .
1.Aan de medewerkerdie tijdens het verrichten van zijn werkzaamhedenmetomstandigheden vanniet vermijdbaar zwaar lichamelijk werk, onaangename of gevaarlijke arbeid dan wel invloed van weergesteldheid, werken met hinderlijk geluid en trillingen te maken krijgt wordt een toelage
1.De hoogtevan de toelageen de functies waarvoor dit artikel van toepassing is, staan vermeld in de bij deze regeling behorende bijlage.
1.Aan de medewerker die op 31 december 2015 in dienst is en die vanuit de overgang naar het
nieuwe h oofdstuk 3 van de CAR wordt geconfronteerd met een lag er salaris en of salaristoelage
wordt een garantietoelage geboden voor die toelage die in het nieuwe h oo fdstuk 3 CAR niet meer terugkomt .
1.De toekenning van de toelage vindt plaats onder de voorwaarden waaronder deze destijds is
1.De medewerker die op grond van artikel 3:11 lid 1 CAR recht heeft op een garantietoelage kan niet op dezelfde toelagegronden een Toelage Overgangsrecht hoofdstuk 3 CAR ontvangen.
Artikel 10 Beloning bij uitstekend functioneren en/of bijzondere prestaties
1.De werkgever kan aan een medewerker of groep medewerkers eenmalig als flexibele beloning
een geldbedrag toekennen voor uitstekend functioneren en/of geleverde bijzondere prestaties.
uitgekeerd aan de medewerker die in het betreffende kalenderjaar in dienst is (geweest). De hoogte wordt berekend naar rato van de omvang en duur van het dienstverband in het betreffende jaar.
Artikel 11 Reiskostenvergoeding woon-werkverkeer
Aan de medewerker wordt een vergoeding woon- werkverkeer toegekend conform de voorwaarden in de Regeling Reis- en verblijfkosten .
Voor alle overige financiële arbeidsvoorwaarden die in de lokale bezoldigingsverordening of rechtspositieregeling zijn opgenomen (en dus bij de invoering van hoofdstuk 3 nog bestaan) en die per 1 januari 2016 vervallen of dan in hoogte wijzigen, wordt op basis van het refertejaar 2014 (roosters, overwerk, en alle andere relevante factoren) voor elke medewerker bepaald:
Het verschil is de toelage overgangsrecht H3 (TOR). Dit bedrag stijgt niet mee met de loonontwikkelingen.
In geval van bijzondere omstandigheden dan wel in geval een strikte toepassing van deze regeling naar het oordeel van de werkgever in strijd zou zijn met de redelijkheid of de billijkheid, kan van deze regeling worden afgewezen.
Deze regeling treedt na publicatie en bekendmaking in werking met ingang van 1 januari 2016 en kan worden aangehaald als Regeling Beloningen.
De Bezoldigingsregeling en andere afspraken en regelingen rondom bezoldiging en beloningen komen met de inwerkingtreding van deze regeling te vervallen.
Toelichting bij de Regeling Beloningen Algemeen
In de rechtspositieregeling van de sector gemeenten (CAR/UWO) is geregeld dat aan de medewerker een beloning wordt toegekend. Het kader waarbinnen de beloning wordt geregeld is opgenomen in Hoofdstuk 3 CAR. Dit Hoofdstuk 3 laat een beperkte ruimte voor lokale regelingen.
Deze nieuwe Regeling Beloningen met de toelichting geldt voor de gemeenten Blaricum, Eemnes, Laren en de werkorganisatie BEL Combinatie. Bij het opstellen van deze regeling heeft de CAR/UWO als basis gediend.
Waar in de regeling en de toelichting de term medewerker wordt gebruikt, wordt hiermee zowel de mannelijke als de vrouwelijke medewerker bedoeld.
Deze zijn conform de begripsbepalingen zoals genoemd in de artt. 1:1 en 3:1 CAR-UWO
Artikel 5 Bevordering en salaris bij bevordering naar een hogere schaal
De hiërarchische leidinggevende bepaalt aan de hand van een personeelsbeoordeling wanneer een medewerker na een ontwikkeltraject voldoet aan de functie gestelde eisen. Als dit het geval is vindt bevordering naar de functieschaal plaats.
Artikel 6 Periodieke verhoging salaris
Op het moment dat er sprake is van een “onvoldoende of te verbeteren” wijze van functievervulling / functioneren blijft de periodieke verhoging achterwege. Dit dient door een personeelsbeoordeling te worden bekrachtigd. Voor een uitgebreide toelichting op de genoemde scores wordt verwezen naar de Regeling Functionerings- en beoordelingsgesprekken.
Het toekennen van de periodieke verhoging vindt in de regel in de maand januari plaats, tenzij de functionerings- en beoordelingscyclus een ander moment wenselijk maakt.
Als voorbeelden van het niet verrichten van arbeid worden beschouwd;
a) tijd doorgebracht met verlof zonder bezoldiging, indien het verlof is verleend uitsluitend in het belang van de medewerker, dan wel is verleend onder voorwaarde, dat de bedoelde tijd niet zal meetellen voor de vaststelling van de diensttijd;
b) tijd doorgebracht met verlof met of zonder bezoldiging, voor zover deze een tijdvak van een half jaar te boven gaat;
c) tijd doorgebracht wegens al dan niet ve rwijtbare arbeidsongeschiktheid;
d) t ijd gedurende welke de medewerker in uitoefening van zijn functie is geschorst:
e) i ndiensttreding na 1 juli van het lopende kalenderjaar.
Onder het hiervoor onder a en b genoemde kan onder andere worden verstaan:
Artikel 7 Extra periodieke verhoging van het salaris
De beslissing tot het toekennen van een extra periodieke verhoging moet zijn gebaseerd op een personeelsbeoordeling.
Dit artikel is uitsluitend van toepassing op de medewerker die op 31 december 2015 in dienst is en die vanuit de overgang naar het nieuwe Hoofdstuk 3 wordt geconfronteerd met een lager salaris en/of een lagere salaristoelage.
Ter illustratie; de medewerker aan wie een persoonlijke toelage is toegekend vóór 1 januari 2016 ontvangt met ingang van 1 januari 2016 een Garantietoelage Hoofdstuk 3 onder dezelfde voorwaarden als waaronder de persoonlijke toelage was toegekend.
Dit artikel is niet van toepassing op medewerkers die recht hebben op een Toelage Overgangsrecht Hoofdstuk 3, omdat de oorspronkelijke toelage wel terugkomt in het nieuwe Hoofdstuk 3, maar met afwijkende bepalingen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-122786.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.