Lokaal beleidsplan Jeugd Gemeente Boxtel2015
 
In de raadsvergadering van 29 oktober 2014 heeft de gemeenteraad van de gemeente Boxtel de verordening jeugdhulp en het beleidsplan jeugd vastgesteld. In de verordening zijn de rechten en plichten vastgelegd voor de uitvoering van de jeugdhulp na 1 januari 2015. In het beleidsplan is aangegeven hoe de gemeente na 1 januari 2015 de jeugdhulp gaat uitvoeren.
Belangrijk om te weten is, dat de jeugdhulp waarvoor de gemeente verantwoordelijk wordt per 1 januari 2015 voor degenen die dan al jeugdhulp ontvangen nog gewoon doorloopt in 2015. Voor hen geldt het overgangsrecht. Nieuwe aanmeldingen krijgen te maken met de nieuwe gemeentelijke regels.
1Inleiding
Voor u ligt de lokale aanvulling op het Regionale Beleidsplan Jeugd Noordoost-Brabant. Het Regionale Beleidsplan Jeugd Noordoost-Brabant is een uitwerking van het Functioneel Ontwerp en wordt vastgesteld voor de periode 2015-2018. Het Functioneel Ontwerp is in alle gemeenten in Noordoost-Brabant vastgesteld. Voor Boxtel vond dit plaats in de raadsvergadering van 28 januari 2014. De gemeenten in Noordoost-Brabant streven ernaar om in alle gemeenten eenzelfde tekst van het regionale Beleidsplan Jeugdzorg vast te stellen. Om die reden wordt de lokale uitwerking in een apart plan uitgewerkt. Het college en de raad kunnen daarmee optimale invloed uitoefenen op de manier waarop het lokale beleid wordt vormgegeven. Het lokale plan wordt vastgesteld voor het kalenderjaar 2015. De uitvoering van de Jeugdwet bevat veel nieuwe taken. Boxtel moet daarmee nog ervaring opdoen. Daarom vinden wij het beter om het lokale plan maar voor een jaar vast te stellen. Op basis van de ervaringen in 2015 kan voor volgende jaren een nieuw plan worden gemaakt met een langere looptijd.
In het Regionale Beleidsplan wordt telkens verwezen naar het lokale beleidsplan. In het lokale beleidsplan is dezelfde hoofdstukindeling aangehouden. In de lokale aanvulling beschrijven wij hoe we in de gemeente Boxtel de uitvoering van de Jeugdwet willen inrichten, welke doelen we willen bereiken, hoe afstemming plaatsvindt met het sociaal wijkteam, de samenhang met andere aanpalende beleidsterreinen is geregeld en hoe de uitvoering van de jeugdzorg wordt bekostigd.
2 Vraaganalyse, hoe is de situatie in onze gemeente?
Dit hoofdstuk is een aanvulling op de gegevens in hoofdstuk 2 van het regionale Beleidsplan.
In onderstaande tabel is een vergelijking opgenomen van het gebruik van jeugdhulp bij de gemeenten in de Meierij. U leest in de tabel hoeveel jeugdigen gebruik maken van de specifieke zorgvormen. Tevens is berekend hoe hoog het percentage jongeren is dat een bepaalde vorm van hulp gebruikt, ten opzichte van het totaal aantal jongeren dat in de gemeente woont. Voorbeeld: in Boxtel maken 80 jongeren gebruik van ambulante jeugdhulp. Dat is 4,2 % van alle jongeren in Boxtel tussen 0 en 18 jaar.
Zorgvorm
Boxtel
Haaren
Schijn-del
Sint-Michielsgestel
Sint-Oeden - rode
Vught
s-Hertogenbosch
Aantal jeugdigen 0-17
6.485
2938
4813
6251
3894
5624
28.390
Ambulant
80
1 ,2 %
15
0,5 %
50
1 %
45
0,7 %
45
1,2 %
45
0,8 %
475
1,7 %
Dagbehandeling
5
0,1 %
5
0,2 %
5
0,1 %
10
0,2 %
5
0,1 %
-
0 %
60
0,2 %
Residentieel
10
0,2 %
5
0,2 %
5
0,1 %
10
0,2 %
5
0,1 %
5
0,1 %
60
0,2 %
Pleegzorg
30
0,5 %
10
0,3 %
20
0,4 %
10
0,2 %
10
0,3 %
15
0,3 %
175
0,6 %
1e lijns psychologische zorg
115
1,8 %
105
3,6 %
115
2,4 %
210
3,4 %
55
1,4 %
210
3,7 %
775
2,7 %
2e lijns psychologische zorg
340
5,2 %
140
3,6 %
240
5 %
260
4,2 %
215
5,5 %
240
4,3 %
1420
5 %
OTS
65
1 %
10
0,3 %
70
1,5 %
30
0,5 %
15
0,4 %
50
0,9 %
365
1,3 %
Voogdij
35
0,5 %
10
0,3 %
5
0,1 %
10
0,2 %
5
0,1 %
5
0,1 %
60
0,2 %
Reclassering
25
0,4 %
5
0,2 %
10
0,2 %
5
0,1 %
5
0,1 %
20
0,4 %
155
0,5 %
Totaal
601
9,3 %
305
10,4 %
520
10,8 %
590
9,4 %
360
9,2 %
590
10,5%
3.545
12,5 %
Uit de tabel blijkt dat het gebruik van pleegzorg, voogdij en reclassering in Boxtel iets hoger ligt dan in de omliggende gemeenten. Dit heeft te maken met de vestiging van La Salle binnen de gemeente. Een groot deel van de daar wonende jongeren staan in onze gemeente ingeschreven en behoren tot de verantwoordelijkheid van de gemeente Boxtel. Het aantal kinderen dat onder voogdij staat, is op La Salle hoog. De vestiging van de La Salle in onze gemeente zal een druk blijven geven op het gebruik van het zorgbudget.
Ter vergelijking: in 2013 heeft het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) ongeveer 120 unieke gezinnen/jeugdigen hulp geboden (exclusief de eenmalige contacten vanwege kort informatie- en adviesgesprek). Het aantal jeugdigen dat straks bij het basisteam jeugd en gezin aanklopt groeit tot naar schatting 700. In bovenstaand overzicht betreft het niet unieke cliënten maar cliënten die van die bepaalde zorgvorm gebruik maken. Een jongere kan van meerdere zorgvormen gebruikmaken. Het exacte aantal cliënten waar het basisteam jeugd en gezin straks mee te maken krijgt, is daarom niet precies te berekenen.
Centrum voor Jeugd en Gezin
In Boxtel is in 2009 gestart met het Centrum voor Jeugd en Gezin, gevestigd in het Ursulagebouw. In hetzelfde gebouw zijn ook Bureau Leerplicht, Coördinator Voor- en vroegschoolse educatie, Loket WegWijs en ContourdeTwern gevestigd, waartoe o.a. een steunpunt mantelzorg, vrijwilligers-steunpunt, jongerenwerk, algemeen en school maatschappelijk werk, Bureau Sociaal Raadslieden en Bureau Nieuwkomers behoren. Medewerkers van al die organisaties hebben de weg naar elkaar snel gevonden. Daarnaast heeft het CJG een aantal partners met wie een intensieve samenwerking is ontstaan. De samenwerkingspartners zijn: MEE, Bureau Jeugdzorg, GGD Hart voor Brabant, ContourdeTwern, Jeugd-GGZ, Halt, Novadic Kentron en Pluralis. Medewerkers van al deze organisaties zijn meerdere dagen in de week in het Ursulagebouw aanwezig. Er is sprake van een natuurlijk en soepel verlopende samenwerking, waarbij het principe één klant, één plan al is ingevoerd. Het fenomeen één regisseur wordt nu al toegepast maar krijgt straks meer formele status.
Deze intensieve samenwerking heeft tot goede resultaten geleid. In 2011 maakten 106 jeugdigen gebruik van lichte ondersteuning van Bureau Jeugdzorg; in 2012 was dit nog slechts 57 jeugdigen. Er is ook een lichte daling van het aantal jeugdigen met zware zorg. Dit blijkt uit het Rapport van het PON Jeugd in cijfers 2013. Dit rapport is als bijlage toegevoegd. Zie voor de cijfers pagina 6 en pagina 9 in dit rapport. Het aantal jeugdigen dat gebruik maakt van ambulante zorg, dagbehandeling, eerste en tweede lijns psychologische zorg en onder toezichtstellingen is lager dan in gemeenten van vergelijkbare omvang. Het aantal jeugdigen onder voogdij is echter hoger dan in vergelijkbare gemeenten. Dit is te wijten aan het feit dat in Boxtel de La Salle gevestigd is.
1Wat willen we bereiken? Visie en maatschappelijke resultaten
Dit onderdeel is een aanvulling op 3.4 Regionale samenwerking uit het Regionale Beleidsplan .
Aanvullend op de samenwerking op de schaal van de regio Brabant Noordoost werkt de gemeente Boxtel ook in subregionaal verband samen met de gemeenten in de Meierij. Met name de gemeenten Haaren, Sint-Michielsgestel en Vught. Dit betreft de volgende onderwerpen:
  • Organiseren van trainingen, workshops, voorlichtingen.
  • Algemene communicatie aan cliënten
  • Lokale websites op algemene informatie bijhouden
Deze samenwerking kan in de toekomst nog verder worden uitgebouwd door bijvoorbeeld:
  • Gezamenlijk bezwaar- en beroepsprocedures af te handelen
  • Eén budgetregisseur aan te stellen
  • Gezamenlijke aanstelling van gedragswetenschapper (c.q. psycholoog, orthopedagoog)
  • Gezamenlijk intervisie en deskundigheidsbevordering regelen voor medewerkers die afkomstig zijn van MEE en Bureau Jeugdzorg na de opheffing van de moederorganisatie
Onderstaande betreft een aanvulling op 3.6 Gemeentelijke doelstellingen en prestatie-indicatoren
De gemeente Boxtel onderschrijft de visie van de regiogemeenten zoals omschreven in de inleiding van hoofdstuk 3. De meeste kinderen groeien op zonder dat er problemen ontstaan. Bij een klein gedeelte is dat wel het geval. Maar ook dan kunnen ouders veel zelf met ondersteuning van hun sociaal netwerk en met lichte ondersteuning vanuit het Basisteam jeugd en gezin. Voorlichting en preventie zijn hierbij sleutelwoorden. Door goede samenwerking met onze partners wil het basisteam jeugd en gezin vroegsignalering bevorderen en voorkomen dat problemen van ouders en jeugdigen uitgroeien tot grote zorgvragen.
Terugdringen van het beroep op dure zorg
Doelstelling blijft om het aantal cliënten dat doorverwezen wordt naar eerste of tweede lijns zorg terug te brengen. De zwaardere zorg zal naar verwachting in 2015 nagenoeg gelijk blijven. In de afgelopen jaren is een daling van 53 % per jaar gerealiseerd voor lichte zorg bij BJZ. Voor 2015 streven we ernaar om een daling van 25 % te halen. Of dit haalbaar is, is afwachten. Het risico ligt hierin dat we juist in een vroegtijdig stadium vraag willen ophalen, waardoor mogelijk toch meer zorg wordt ingezet. Het effect van daling in dure zorgkosten zou daardoor mogelijk pas in latere jaren optreden. Een daling is ook noodzakelijk, niet alleen omdat dit het welzijn van de kinderen bevordert, maar ook om budgettaire redenen. Vanaf 2016 zal het budget voor jeugdhulp immers nog meer omlaag worden bijgesteld. Om uit te kunnen komen met het budget is het nodig om zo snel mogelijk een daling te realiseren. Trajecten die in 2015 worden ingezet, lopen immers vaak over een langere periode en geven daardoor nog een financiële belasting in het volgende kalenderjaar. We willen dit bereiken door preventie, vroegsignalering, intensiveren van voorlichting, door innovatie in het zorgaanbod en door inzet van collectieve voorzieningen in plaats van individuele voorzieningen.
P reventie
Voorlichting, advies en informatie, dat zijn de sleutelwoorden, waarmee we willen voorkomen dat er problemen ontstaan bij opgroeien en opvoeden. Het basisteam jeugd is een laagdrempelige organisatie waar men zowel fysiek (op afspraak) als digitaal terecht kan met allerlei vragen. Het CJG organiseert diverse voorlichtingsactiviteiten, waarmee ouders kennis en tips krijgen over bepaalde opvoedingsvragen. Daarnaast geeft het consultatiebureau en de jeugdarts of jeugdverpleegkundige bij contactmomenten met kinderen tips en advies bij opgroei- en opvoedproblemen.
Vroegsignalering
We proberen deze doelstelling te bereiken door (nog) meer te doen aan vroegsignalering. Een vroege signalering kan voorkomen dat een probleem uitgroeit tot een dure zorgvraag. Daarvoor willen we de samenwerking met het wijkteam, consultatiebureaus, scholen, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen benutten. Zij komen dagelijks in contact met kinderen en ontvangen als eersten (naast de ouders) signalen op als er iets niet goed gaat. Ook verenigingen zijn goede vindplaatsen. Met hen zijn op dit moment nog niet veel contacten. In de loop van volgende jaren willen we dit gaan oppakken en hier eventueel een aanbod op ontwikkelen (herkenning van signalen, handvatten voor het omgaan met gedragsproblemen, tips voor gespreksvoering om probleem bespreekbaar te maken en door te verwijzen naar hulpverlening).
Voorlichting intensiveren
De gemeente gaat zelf een aantal workshops en trainingen uitvoeren met eigen personeel zodat dit niet hoeft te worden ingekocht. Denk aan trainingen sociale vaardigheden door het maatschappelijk werk en trainingen Pittige Pubers door de medewerkers die het Jeugd Preventie Plan beheersen (JPP-ers). Ook dit kan een besparing opleveren van het beroep op ingekochte zorg. Daarnaast willen we graag samen met de gemeenten in de Meierij trainingen en workshops organiseren. Daardoor kan er eerder een activiteit worden uitgevoerd voor een grotere groep. Ook dat kan een besparing opleveren en de dienstverlening verbeteren.
Innovatie in het zorgaanbod
Op dit moment wordt een jongere aangemeld voor een zorgtraject bij een aanbieder, dat het beste lijkt te passen bij diens problematiek. De gemeenten in Noordoost-Brabant willen juist graag dat aanbieders trajecten uitvoeren die leiden tot een vooraf bepaald doel. Zij zijn vrij om daar de inhoud van het traject op aan te passen. Hierdoor is het mogelijk om meer maatwerk te leveren en de zorg aan te passen op de behoefte van de jongere en zijn ouders. Het traject heeft daardoor geen standaard omvang meer. Zodra het doel is bereikt, kan het traject worden afgesloten. Bovendien moeten aanbieders gebruik maken van het lokale aanbod aan bijvoorbeeld trainingen als dat voor de jongere nodig is. Dat kan schelen in de wachttijd en in de kosten. De verwachting is dat hierdoor de trajecten kunnen worden bekort in tijd en in prijs.
Inzet collectieve in plaats van individuele voorzieningen
Waar mogelijk worden collectieve voorzieningen ingezet, bijvoorbeeld groepswerk. Dat is goedkoper dan individuele voorzieningen en kan als voordeel hebben dat ouders en / of jeugdigen anderen ontmoeten met soortgelijke problematiek. Het besef groeit dat men niet alleen met een probleem kampt. Men kan steun vinden bij elkaar. Het CJG koopt nu al groepswerk in o.a. bij de GGD, Heldere ogen en GGZ, zoals Kies (kinderen in echtscheidingssituaties) en Grip op je dip (voor pubers met neiging tot depressie).
Een andere manier is ondersteuning langs de Elektronische Leerweg, bijvoorbeeld Gezonde school en genotmiddelen, KANS.
1Het nieuwe jeugdstelsel, hoe gaan we het organiseren?
Dit onderdeel is de lokale aanvulling op hoofdstuk 4.2 De sociale omgeving uit het regionaal Beleidsplan
De formele sociale basisstructuur in onze gemeente
Boxtel vindt het belangrijk dat ouders op een laagdrempelige manier snel ergens terecht kunnen met hun vragen over opvoeden en opgroeien. Het Centrum voor Jeugd en Gezin is al goed bekend en die naam willen we daarom ook behouden naar buiten toe. Ook in het CJG Boxtel komt er een basisteam jeugd en gezin. Daarin komen de medewerkers die nu ook al bij het Centrum voor Jeugd en Gezin werkzaam zijn. Maar het basisteam zal worden uitgebreid met mensen die deskundig zijn op de nieuwe terreinen waar de gemeente na de transitie mee te maken krijgt. In feite bedoelen we met het basisteam jeugd en gezin en het Centrum voor jeugd en gezin hetzelfde, maar met een andere samenstelling dan voorheen.
Het basisteam jeugd en gezin bestaat uit een aantal (school-)maatschappelijk werkers, JPP-ers, GGD (jeugdverpleegkundige en jeugdarts), medewerkers van MEE en van het Bureau Jeugdzorg. Ook een deskundige op het gebied van psychische problematiek zit in het basisteam. Daarnaast willen we een gedragsdeskundige toevoegen aan het team, die een aantal vaste uren per week in het team meewerkt. Omdat deze niet fulltime werkzaam hoeft te zijn, kunnen we dit samen met (een deel van) de subregio regelen. Zij zijn in staat om de vraag van de cliënt en zijn/haar gezinssituatie in beeld te brengen en de juiste hulp op maat in te zetten. In het gesprek met de cliënt zullen de volgende onderwerpen aan bod komen:
  • De vraag van de Boxtelse inwoner
  • In beeld brengen van de gezinssituatie (alle leefgebieden: financiën, huisvesting, fysiek/psychisch, etc.)
  • Wat kan de cliënt zelf, eventueel geholpen door zijn eigen netwerk
  • Kunnen we de cliënt steunen bij het betrekken van het netwerk
  • Indien de vraag niet op deze manier opgelost kan worden, wat moet er dan aan ondersteuning geboden worden? Dit gebeurt in samenspraak met de cliënt zelf. Daarbij kan afgesproken worden dat het lid van het basisteam de vraag bespreekt met andere leden van het basisteam of met een van de samenwerkende partners, die bij het gezin of de jeugdige betrokken zijn.
Ieder lid van het basisteam moet in staat zijn om bovenstaande taken uit te kunnen voeren. Maar ieder lid heeft hierin zijn specifieke deskundigheid die afhankelijk van de situatie van de cliënt kan worden aangesproken.
Het basisteam werkt samen met de volgende instellingen in Boxtel:
  • ContourdeTwern met alle ondersteunende diensten die daarin zijn ondergebracht.
  • Loket WegWijs
  • Team Werk
  • De samenwerkingspartners van het huidige CJG
  • Scholen inclusief zorgadviesteams
  • Gezondheidscentra
  • Bibliotheek
  • Buurthuizen
  • (Sport)verenigingen
  • kinderboerderij
  • MIK
  • Peuterspeelzalen en kinderdagverblijven (inclusief Integrale vroeghulp en Voor- en vroegschoolse educatie)
  • Stichting Leergeld
  • Bureau schulddienstverlening
  • Voedselbank
  • Vincentius
  • Politie
  • Huisartsen
  • Humanitas
  • La Salle
  • WSD
  • Alle ingekochte aanbieders
  • Samenwerkingsverband Passend onderwijs VO en PO
  • Veiligheidshuis
Het CJG blijft het informatiepunt samen met het consultatiebureau, het Algemeen maatschappelijk werk (AMW) en Loket WegWijs, alle gevestigd in Ursula. Dit zijn laagdrempelige voorzieningen waar de burger van Boxtel makkelijk terecht kan met vragen of problemen. Het CJG heeft een spreekuur op afspraak, het AMW, Loket WegWijs en het consultatiebureau hebben een inloopspreekuur. Op de website van het CJG zijn veel tips te vinden over opvoeden en opgroeien. Daarnaast zijn op alle scholen voor zowel primair als voortgezet onderwijs zorgteams actief, waarin leden van het basisteam jeugd en gezin werkzaam zijn (schoolmaatschappelijk werk en jeugdverpleegkundige of jeugdarts). Via deze twee ingangen, spreekuren en zorgteams, komen de meeste vragen voor informatie, hulp en advies bij het CJG terecht.
Wij stellen ons tot doel om de informatievoorziening via de website te verbeteren. We doen dit graag in samenwerking met de gemeenten in de Meierij. We denken dat een besparing in arbeidskosten te behalen is, wanneer de algemene informatie die voor alle CJG’s geldt, gezamenlijk wordt gemaakt en bijgehouden. Elk CJG behoudt wel zijn eigen website.
Informatievoorziening en lichte ondersteuning wordt ook geboden via voorlichtingsbijeenkomsten, workshops en trainingen. Ook daarin willen we samenwerken met de gemeenten in de Meierij. We voorkomen daarmee dat groepen niet kunnen starten vanwege geringe aantal aanmeldingen, dat voorlichtingen en workshops kort achter elkaar door meer gemeenten worden georganiseerd en bovendien kan wellicht prijsvoordeel worden behaald.
Op een laagdrempelige manier kunnen ouders en jeugdigen informatie vinden over opgroeien en opvoeden op:
  • De website van Centrum voor Jeugd en Gezin (www.cjgdemeierij.nl/boxtel)
  • De website van Jong in Boxtel (www.jonginboxtel.nl)
  • De website van Think before you drink (www.drinkthetdoor.nl)
  • De websites van de samenwerkende partners
Informele sociale basisstructuur in Boxtel:
Tot het informele netwerk horen uiteraard familie, buren, vrienden, kennissen etc. van het gezin.
Daarnaast kunnen ouders elkaar op informele wijze ontmoeten bij:
  • Mama’s club (ontmoetingsclub moeders met kinderen tot 12 jaar)
  • Muziek op schoot (cursus voor allochtone ouders om samen met muziek met het kind te spelen)
  • Kerk op schoot (gezinnen met kinderen tot 4 jaar raken vertrouwd met de Protestantse kerk)
  • Voorleesfiets (kinderen met een taalachterstand worden wekelijks thuis voorgelezen door getrainde vrijwilligers)
  • Cursus “Jij bent belangrijk” (cursus voor ouders met een kindje dat gebruik maakt van Voor- en vroegschoolse educatie)
  • Ons Kind (ontmoetingsgroep voor ouders met een verstandelijk beperkt kind)
  • Inloopochtenden op de bibliotheek voor baby’s en peuters (voorleessessies voo r jonge kinderen)
  • Zonnefleur (ontmoetingsgroep voor moeders)
De lijst van informele ontmoetingsplakken is vast niet compleet. Wij werken er aan om een compleet overzicht te maken waar de leden van het basisteam ouders op kunnen wijzen. Dit wordt een onderdeel van de sociale kaart. We zorgen ervoor dat de sociale kaart breed verspreid wordt onder aanbieders, huisartsen, (partners van) basisteam jeugd, team werk, team zorg en sociaal wijkteam.
Op die manier komen ouders in contact met andere ouders. Op een natuurlijke ontspannen manier kunnen zij met elkaar van gedachten wisselen over opvoeden en opgroeien van hun kind(eren). Dit is wenselijk omdat ouders daardoor in contact komen met andere ouders en met elkaar hun kleine problemen met elkaar op een informele manier kunnen bespreken. Zij geven elkaar tips en kunnen zorgen met elkaar delen. Bovendien bouwen zij hiermee hun eigen sociale netwerk op.
Dit onderdeel is de lokale aanvulling op 4.3 Basisteams Jeugd en gezin en de toegang tot gespecialiseerde zorg van het Regionale Beleidsplan
De organisatie, omvang en leiding van het basisteam Jeugd Boxtel
Het aantal cliënten dat een beroep gaat doen op het basisteam jeugd zal in 2015 toenemen doordat de doelgroep voor de gemeente groter wordt. In 2013 meldden zich circa 120 jeugdigen en/of hun ouders zic h bij het Centrum voor Jeugd en gezin. Gelet op et aantal cliënten dat in zorg zit (volgens de cijfers van Vektis) moeten we rekening houden met een toename van het aantal dossiers tot ongeveer 800. Logischerwijs kunnen we hen met de huidige bezetting van het CJG niet meer voldoende zorg bieden.
Het basisteam jeugd en gezin in Boxtel wordt per 1 januari 2015 als volgt samengesteld:
  • 1 Teamleider van het basisteam Jeugd en Gezin 32 uur
  • 2 senior medewerkers 64 uur
  • 2 (school) maatschappelijk werkers 66 uur
  • 1 JPP-er 10 uur
  • 3 Medewerkers MEE n.t.b.
  • 2 medewerkers Bureau Jeugdzorg 68 uur
  • 1 Deskundige psychische problematiek 20 uur
  • 1 Gedragsdeskundige n.t.b.
  • 1 Algemeen maatschappelijk werker t.b.v. crisis en AMK 15 uur
  • GGD arts en verpleegkundige (gericht op opvoeding) lokale accenten (regulier)
+ 5,2 uur (270 uur per jaar pluspakket)
•Verbindingsofficier BJG/SWT 36 uur
Totale bezetting (excl. MEE , GGD en Gedragsdeskundige) 316 ,2 uur ( 8,78 Fte)
Per 1 september 2014 komt één medewerker van Bureau Jeugdzorg al naar het basisteam. Dit gebeurt met inzet van een subsidie vanuit de provincie, die loopt tot 1 januari 2015. Per 1 januari 2015 komt een tweede medewerker van BJZ werken in het basisteam. Vanaf 1 januari 2015 wordt gebruik gemaakt van een payroll-constructie. Dit hangt samen met de beoogde samenwerking met Sint-Michielsgestel en Haaren, waardoor nu geen extra personeel in dienst kan worden genomen.
Er zijn nu drie medewerkers van MEE vanuit die organisatie werkzaam (in deeltijd) voor zowel de groep < 18 jaar als voor de groep > 18 jaar. Er is in de regio afgesproken dat MEE in 2015 nog blijft bestaan en dat de formatie verdeeld wordt over de gemeenten in Noordoost Brabant en de Meierij op basis van een verdeling van 85% van het budget. Voor lokale inzet is 15% van het budget beschikbaar. Binnen dit budget worden lokale afspraken gemaakt ten behoeve van inzet jeugd (doelgroep tot 18 jaar) en de doelgroep > 18 jaar die per 1 januari 2015 onder de werkingsfeer van de nieuwe Wmo komen. Er is in de regio afgesproken dat MEE in 2015 nog blijft bestaan en dat de formatie verdeeld wordt over de gemeenten in Noordoost Brabant.
De medewerkers van MEE blijven in dienst van de moederorganisatie maar worden ten behoeve van jeugd op detacheringsbasis toegevoegd aan het basisteam jeugd en gezin, zodat zij onder aansturing komen van de teamleider jeugd. De (school-) maatschappelijk werkers worden onderdeel van het basisteam. Zij blijven in dienst van ContourdeTwern maar komen onder aansturing van de teamleider jeugd.
De gedragsdeskundige en deskundige psychische problematiek moet nog worden aangetrokken.
Of de formatie hiermee voldoende is en de juiste samenstelling heeft, is moeilijk in te schatten. Daarom wordt rond 1 juni 2015 geëvalueerd.
De dagelijkse aansturing ligt bij de teamleider.
De inhoudelijke afstemming van het basisteam is in handen van de beide seniormedewerkers. Op dit moment is één seniormedewerker in dienst; door interne verschuiving van taken wordt een van de huidige consulenten ook senior. Zij zijn o.a. belast met het toetsen van de klantplannen. Medewerkers zijn in principe zelf verantwoordelijk voor het inzetten van de juiste zorg. Om te kunnen sturen op de inzet van dure gespecialiseerde zorg vinden wij het –zeker in aanvang- wenselijk om de klantplannen te laten toetsen en goedkeuren door de senior. Daarnaast fungeert de senior als contactpersoon voor de Raad voor de Kinderbescherming, het AMHK, politie en justitie, gespecialiseerde zorginstellingen en het wijkteam.
De jeugdarts fungeert als contactpersoon naar de huisartsen. Hierover worden afspraken gemaakt met de GGD Hart voor Brabant en de Huisartsengroep Boxtel-Esch-Liempde (kortweg HAGRO-BELG)
Vrij toegankelijke zorg
De taken van het basisteam jeugd en gezin liggen met name op het gebied van informatie en advies, signalering, vraagverheldering, toeleiding, leveren kortdurende hulp en ondersteuning, coördineren, regisseren, monitoren en evalueren. Deelname aan voorlichtingsactiviteiten en workshops staat voor iedereen open. Het is de bedoeling dat door het basisteam kortdurende ondersteuning wordt geboden. Dit is beperkt tot ongeveer 10 à 12 uur per gezin. Voor langdurige lichte ondersteuning kan een beroep worden gedaan op vrijwilligers. Bijvoorbeeld via het steunpunt mantelzorg, schrijven en blijven, het Steunpunt vrijwilligers van ContourdeTwern, Jeugdsupport van Humanitas en Fix up your life van B-town. Deze laatste zijn twee nieuwe diensten.
Jeugdsupport richt zich op jongeren die uit een hulpverleningstraject komen en nazorg behoeven om het gewone leven weer in te gaan.
Fix up your life is een vorm van budgetcoaching gericht op jongeren.
Bovenstaande vormen van ondersteuning betreffen vrij toegankelijke zorg waarvoor geen toegangsbesluit hoeft te worden genomen.
Niet vrij toegankelijke zorg
Voor alle andere vormen van zorg is een besluit nodig zodat de Boxtelse inwoner weet waar hij aanspraak op maakt. Het klantplan, dat samen met de cliënt is opgesteld, maakt onderdeel uit van het besluit. Dat geldt ook voor deelname aan trainingen, dagopvang, inloophuis o.d.
Voor het verstrekken van een individuele voorziening is een toegangsbesluit nodig.
Juridische ondersteuning
Het juridisch cluster is betrokken bij het opstellen van standaard beschikkingen. Daarnaast dragen zij zorg voor de bezwaar- en beroepsprocedures. Daarbij worden zij inhoudelijk ondersteund door de senior medewerker van het basisteam jeugd.
5. Samenhang met het sociale domein / andere transities
Dit onderdeel is de lokale aanvulling op hoofdstuk 5.2 van het regionaal beleidsplan.
Relatie met passend onderwijs
Scholen (en de voorlopers daarvan, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen) zijn een belangrijke vindplaats van kinderen die zorg behoeven. Zij zijn, naast de ouders, degenen die dikwijls signalen ontvangen dat er iets met een kind aan de hand is. Voor het basisteam jeugd en gezin vormen zij een bron van informatie. Om die reden zijn er op alle basisscholen, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen zorgteams vanuit het basisteam jeugd actief. Het zorgteam bestaat uit een schoolmaatschappelijk werker en een jeugdarts of jeugdverpleegkundige van de GGD. De signalen van problemen worden door de school besproken met de ouders. Wanneer deze daarmee instemt, kan het kind worden besproken in het zorgteam. Samen kan gekeken word hoe het kind en het gezin het beste kan worden geholpen. Deze werkwijze wordt voortgezet in de nieuwe structuur. Ook vanuit scholen zelf kan ondersteuning worden geboden, zoals vastligt in het Onderwijsondersteuningsplan dat door het Samenwerkingsverband de Meierij is opgesteld. Er moet afstemming plaatsvinden tussen de zorg en ondersteuning vanuit de scholen en de zorg die vanuit het basisteam jeugd en gezin kan worden aangeboden. De komende tijd zal hieraan gewerkt worden. De eerste stap hiervoor is gezet binnen de Lokale educatieve agenda.
Vanuit de Lokale Educatieve Agenda is o.a. een werkgroep ingesteld die zich bezighoudt met de relatie tussen passend onderwijs en jeugdzorg. De werkgroep heet Passende Zorg.
Door de werkgroep is een themabijeenkomst voorbereid en uitgevoerd op 17 juni 2014. Daarbij waren alle scholen voor primair en voortgezet onderwijs, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen en medewerkers van het centrum voor Jeugd en Gezin uitgenodigd. Naast informatie-uitwisseling over de stand van zaken rondom de invoering van beide transities werd aandacht besteed aan de manier waarop samen zorg kan worden geboden aan kinderen. De bijeenkomst werd goed bezocht en zal nog een vervolg gaan krijgen. De scholen voor primair onderwijs gaan binnen hun eigen organisatie na, waaraan zij behoefte hebben. Bijvoorbeeld een training om signalen van problemen beter te kunnen (h)erkennen en een training gespreksvaardigheden om beter toegerust het gesprek met ouders aan te kunnen gaan. Met de scholen voor voortgezet onderwijs (Jacob Roelant en Baanderherencollege) is een afspraak gemaakt voor een vervolggesprek. Daarbij zal met name gesproken worden over de afstemming van de Advies Commissie Toewijzing (ACT) en het basisteam jeugd en gezin.
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 5.3 Maatschappelijke ondersteuning van het Regionaal Beleidsplan
Relatie met Wmo
Naast hetgeen in het Regionale beleidsplan is beschreven zijn er nog raakvlakken tussen Jeugd en Wmo. Zo kunnen ouders mantelzorg verlenen aan hun kinderen of andersom. Ondersteuning van mantelzorg is een taak die door de Wmo wordt opgepakt. Zo kent Boxtel al het Steunpunt mantelzorg.
Ook binnen de Wmo is het sociaal wijkteam bezig om de vraag van de burger in beeld te brengen. Zij kunnen tegen problematieken signaleren die betrekking hebben op jeugd. Het sociaal wijkteam is daardoor een vindplaats voor het basisteam zorg. Er is al lange tijd een goede samenwerking tussen het CJG en Loket WegWijs en ContourdeTwern. Deze zal in de toekomst nog worden versterkt door regelmatig overleg met elkaar over de casussen waarbij meerdere partijen zijn betrokken.
Verder kennen zowel de Wmo als de Jeugdwet de beweging van zware zorg naar zo licht en dichtbij mogelijke zorg. De teams kunnen van elkaars manieren van werken en gevonden oplossingen leren.
De gemeenten zijn in het kader van de Jeugdwet verantwoordelijk voor de zorg tot de leeftijd van 18 jaar. Vanaf 18 jaar kan men gebruik maken van voorzieningen in de Wmo of de Zorgverzekeringswet (Zvw) of Wet langdurige zorg (Wlz). Waar daarin geen voorziening aanwezig is, kan de jeugdzorg nog doorlopen tot 23 jaar.
Tijdig voor het bereiken van de 18-jarige leeftijd zal met de cliënt worden overlegd wat dit voor hem/haar betekent. En er zal een warme overdracht plaatsvinden naar de uitvoerder van de Wmo.
Medewerkers van de Wmo dragen zorg voor de continuering van de zorg, zij het dan dat een andere aanbieder in beeld kan komen. In het werkproces van de basisteams en de sociale (wijk)teams zal deze afstemming concreet geregeld moeten worden.
Jeugdigen die gebruik maken van een voorziening in de Jeugd-GGZ vallen na het bereiken van de 18-jarige leeftijd onder de zorgverzekeringswet en de Wet Langdurige Zorg. Om de zorg te kunnen continueren is een besluit van het CIZ c.q. van de huisarts noodzakelijk. Voor de soepele overgang zullen de basisteams in hun werkproces afspraken moeten maken met het CIZ. Gemeenten en
zorgverzekeraars maken op een ander niveau afspraken over afstemming en samenwerking. Dit gebeurt regionaal in samenspraak met de Wmo. De (lokale) inzet van de wijkverpleegkundige komt daarbij ook aan de orde.
Vanuit de Wmo wordt in Boxtel gestart met een sociaal wijkteam. Onder Relatie met sociaal wijkteam (pagina 12) staat beschreven hoe de samenwerking tussen basisteam jeugd en sociaal wijkteam vorm gegeven wordt.
Jeugdigen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt kunnen ook gebruik maken van voorzieningen als het Vrijwilligerssteunpunt en het project Aan Zet. Dit project, uitgevoerd door ContourdeTwern begeleidt kwetsbare personen naar vrijwilligerswerk.
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 5.4 Werk en inkomen/ Participatiewet
Relatie met Participatiewet
Tussen de transitie Jeugd en de transitie Participatie bestaat een overlap betreffende de jongeren tussen 16 en 23. Jeugd richt zich namelijk op jongeren vanaf min 9 maanden tot 23 jaar en Participatie richt zich voornamelijk op jongeren vanaf 16 jaar tot 27 jaar.
Bij de transitie Jeugd en Participatie gaat de aandacht vooral uit naar de kwetsbare groep jongeren, zowel regionaal, subregionaal als lokaal. Vanuit Participatie is een definitie geformuleerd van kwetsbare jongeren:
‘Kwetsbare jongeren zijn jongeren die op een of (meestal) meer domeinen problemen ondervinden bij het vinden van werk, het behouden van werk en/of volgen van scholing (tot een startkwalificatie). Deze jongeren zijn kwetsbaar, in die zin, dat de kans relatief groot is dat – als er niets gedaan wordt – ze niet in staat zijn om economisch zelfstandig te worden en te blijven’
Binnen de gemeente zijn zowel Team Werk als het basisteam jeugd en gezin en leerplicht/RMC betrokken bij jongeren, ieder vanuit zijn deskundigheid. In beginsel onderschrijft ook Team Werk het principe van één gezin, één plan, één regisseur. De overlap wordt in onderstaande figuur duidelijk.
Basisteam Jeugd en G ezin:
Het in beeld en brengen van de problematiek van jongeren en het gezin waar ze deel van uitmaken. Vervolgens wordt er, in samenspraak met de jongere en het gezin een zorgtraject uitgezet. Ondersteuning richting werk kan daar een onderdeel van gaan uitmaken. Daarom zal vanuit het basisteam contact gelegd worden met Leerplicht/RMC en team Werk voor hun specifieke inbreng in het traject.
Het Basisteam Jeugd en Gezin richt zich op jongeren van min 9 maanden tot 23 jaar.
Team Werk:
De re-integratie instrumenten van de Participatiewet zijn ook van toepassing op bijstandsgerechtigde jongeren vanaf 18 jaar. Specifiek voor jongeren is in de Participatiewet, naast alle andere instrumenten, opgenomen dat er ondersteuning geboden kan worden aan 16 en 17-jarigen bij leer-werktrajecten (artikel 10f Participatiewet). Team Werk zal samen met de jongere een traject richting werk vaststellen en inkopen en zal de vorderingen van de jongere tijdens het traject volgen, zo nodig bijsturen en aanpassen, maar ook zal er sprake zijn van handhaving (mits er een uitkering wordt verstrekt).
Team Werk richt zich op jongeren van 16 tot 27 jaar.
Bureau Leerplicht/RMC:
Bureau Leerplicht/RMC spoort jongeren op die zonder werk en zonder startkwalificatie thuis zitten. Zij nodigen hen uit voor een gesprek. Als de jongere niet komt worden zij thuis bezocht. Er is sprake van een outreachende benadering. Doel van de gesprekken is om de jongere weer in beweging te krijgen. Dat kan zijn dat zij weer naar school gaan of dat zij op zoek gaan naar werk. Bij dat laatste kan de jongere ondersteuning krijgen van een re-integratiebedrijf.
Bureau Leerplicht richt zich op jongeren van 5 tot 18 jaar en RMC tot 23 jaar.
Voor zover er sprake is van overlap, zullen de 3 teams overleg hebben met elkaar, de activiteiten voor de jongere met elkaar afstemmen, om zodoende te komen tot 1 plan, 1 aanpak, 1 regisseur. Daarbij kunnen ze gebruik maken van elkaars expertise en instrumenten.
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 5.5 Jeugdgezondheidszorg
Relatie met Jeugdgezondheidszorg
Naast het basisaanbod vanuit de Wet Publieke Gezondheid kan de GGD een lokaal pakket op maat aanbieden. Boxtel wil daar gebruik van maken. Met de GGD worden daarom afspraken gemaakt over de inzet van preventieve taken rondom alcoholgebruik onder jongeren, de deelname aan de zorgteams op scholen, extra logopedie t.b.v. vroegsignalering van kinderen op peuterspeelzalen, opvoedondersteuning (Triple P),zorg bij complexe casussen, de inzet van de jeugdarts (als verbindingsofficier tussen basisteam en (huis-)artsen) en over voorlichtende taken aan jongeren op scholen e.d.
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 5.6 Veiligheidsketen / doorontwikkeling Veiligheidshuizen Brabant Oost
Relatie met Veiligheidsketen/doorontwikkeling Veiligheidshuizen Brabant Oost
Boxtel volgt de ontwikkelingen binnen de Veiligheidshuizen, die momenteel nog volop in discussie zijn over hun taken en organisatie. Vooralsnog schalen we op naar het Veiligheidshuis indien de strafketen betrokken is / wordt bij de jongere.
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 5.7 Relatie met het sociaal (wijk)team uit het regionaal Beleidsplan
Relatie met het sociaal wijkteam Boxtel
Het sociaal wijkteam in Boxtel houdt zich bezig met klantcontacten: het voeren van keukentafelgesprekken, vraagverbreding, kanteling, innemen en afhandelen van aanvragen. Dit team bestaat uit medewerkers van Loket WegWijs, de wijkverpleegkundige, medewerker van MEE, maatschappelijk werk.
Daarnaast wordt aandacht besteed aan het versterken van de soicale cohesie in de wijk. Daarbij kunnen diverse partijen worden betrokken. Contour de Twern zal hierin ene belangrijke rol spelen. Deze partijen onderzoeken en signaleren welke algemene voorzieningen in de wijk gewenst worden door de burgers en proberen dat te regelen. Bovendien kunnen zij door hun contacten met de burgers signalen opvangen van eenzaamheid, armoede of andere persoonlijke problemen. Dit signaal kan aan het SWT worden doorgegeven, zodat de meest passende hulpverlener kan worden gekoppeld aan de burger.
Wanneer er sprake is van problemen waarbij kinderen zijn betrokken, wordt kortgesloten met het basisteam jeugd. Samen met de burger wordt gekeken welke hulp moet worden ingezet, wie die hulp het beste kan leveren en wie de regie zal nemen. De medewerkers uit het basisteam jeugd die betrokken zijn bij dit gezin overleggen met de medewerkers van het SWT die ook bij dit gezin zijn betrokken. Daarmee wordt uitvoering gegeven aan één gezin, één plan, één regisseur.
Ook binnen jeugdhulp streven we ernaar om algemene voorzieningen binnen de gemeente te creëren, zodat er minder individuele of groepsvoorzieningen hoeven te worden ingezet. Daarom neemt de senior uit het basisteam jeugd zitting in het team dat de “nulde lijn” versterkt.
6 Hoe gaan we om met aanbieders van jeugdhulp uit het Beleidsplan jeugd.
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 6.2.2 Basis- en deelovereenkomsten uit het Beleidsplan jeugd
Bestuurlijk aanbesteden
Regionaal is afgesproken dat de inkoop van jeugdhulp in regionaal verband wordt opgepakt. Dat proces is op dit moment nog in volle gang. Aanbieders die in 2014 ook zorg leverden aan cliënten uit Brabant Noordoost, krijgen de gelegenheid om dat ook in 2015 voort te zetten. We zijn hiertoe ook verplicht op grond van het transitie-arrangement. Dit betreft dus grote en kleine aanbieders. In het Transitiearrangement is afgesproken dat nieuwe aanbieders in 2015 niet worden toegelaten. Met alle aanbieders die voldoen aan dit criterium en die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen kan een basisovereenkomst worden gesloten. Vervolgens kan een gemeente met een dergelijke aanbieder een deelovereenkomst sluiten. In de deelovereenkomst wordt vastgelegd welke diensten de gemeente van die betreffende aanbieder afneemt. Boxtel zal hierbij zeker lokale aanbieders betrekken. We streven er immers naar om de zorg zo dichtbij mogelijk te organiseren. Het sluiten van de deelovereenkomsten wordt pas vanaf oktober 2014 verwacht.
7 Kwaliteit
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 7 Kwaliteit uit het Beleidsplan jeugd
De gemeente Boxtel stelt als voorwaarde aan vrijwilligers en professionals, die zich inzetten voor jeugdhulp, dat zij beschikken over een geldige Verklaring omtrent gedrag. Uiteraard beschikken zij over de benodigde competenties en opleiding om dit werk te kunnen doen. Naast deskundigheid op hun vakgebied (door opleiding) moeten zij oog hebben voor eventuele problemen van gezinnen op andere leefgebieden, zoals financiële problemen, psychische problemen, huisvesting, verslaving etc. ook van de volwassen gezinsleden (vaardigheden om hierover het gesprek aan te gaan met het gezin).
Verder moeten alle professionele instellingen die door de gemeente worden gecontracteerd of gesubsidieerd om zorg te leveren in het kader van de Jeugdwet voldoen aan de eisen rondom kwaliteit zoals genoemd in de Jeugdwet.
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 7.2 Positie van jeugdigen en ouders uit het Beleidsplan jeugd
Vertrouwenspersoon
De VNG zorgt via landelijke inkoop voor de instelling van meerdere vertrouwenspersonen voor de jeugdzorg. De vertrouwenspersoon De gemeente dient ervoor te zorgen dat het fenomeen vertrouwenspersoon goed bekend wordt onder de inwoners zodat men daar een beroep op kan doen. Daarvoor zal informatie worden opgenomen op de website, in folders en in de besluiten / beschikkingen die de gemeente verstuurt.
Cliëntenraad
De Wmo adviesraad kan en wil de belangen van de jeugdigen in de toekomst behartigen. Het gaat om het behartigen van de belangen van alle jeugdigen, niet om individuele cases. De Wmo adviesraad kan adviseren, gevraagd en ongevraagd, over beleidsaangelegenheden en over de kwaliteit van dienstverlening.
Ten behoeve van de nieuwe taken rondom de Jeugdwet is een nieuw lid geworven met achtergrondkennis van jeugdzorg. De rol van de Wmo adviesraad kan in de toekomst veranderen. Bijvoorbeeld een raad waarin (ook) gebruikers van zorg zitting nemen in plaats van een raad waarin (alleen) belangenbehartigers zitting hebben. De discussie hierover zal in een later stadium plaatsvinden. Daarbij zal ook de positie en rol van de Adviesraad Werk Inkomen en minimabeleid worden betrokken.
8 Financiën
Dit onderdeel is een aanvulling op hoofdstuk 8.4 Inzet gemeentelijk budget uit het Beleidsplan jeugd
De gemeente Boxtel ontvangt een budget van € 8.272.712,- voor de taken in het kader van de Jeugdwet. Daaruit wordt de inkoop van jeugdzorg, budget voor persoonsgebonden budget, de lokale uitvoeringskosten, de centrumgemeente en de continuering van BJZ gefinancierd.
In Hoofdstuk 4 is aangegeven hoe de personele bezetting van het basisteam jeugd en gezin wordt ingericht. De daadwerkelijke invulling vindt plaats binnen de beschikbare budgeten Jeugdzorg.
Naar boven