Beleidsregels bijzondere bijstand Purmerend 2015
 
Artikel 1 – Begripsbepaling
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
  • a.
    De wet: De Participatiewet;
  • b.
    Bijstandsnorm: de van toepassing zijnde norm volgens de Participatiewet (artikel 21 en 22a);
  • c.
    Draagkracht: dat gedeelte van het inkomen en/of van het vermogen dat men zelf dient aan te wenden alvorens voor een tegemoetkoming in aanmerking te komen;
  • d.
    Huishouden: de alleenstaande of het gezin als bedoeld in artikel 4 lid 1 onder a Participatiewet resp. artikel 4 lid 1 onder c Participatiewet;
  • e.
    Alle overige begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 2 - Rechthebbenden
De bijzondere bijstand wordt uitsluitend verleend aan personen die in Purmerend hun woonplaats hebben zoals bedoeld in artikel 40 lid 1 van de wet.
Artikel 3 – Draagkracht, Inkomen en Vermogen
  • 1.
    De draagkracht uit het inkomen wordt gevormd door:
    • a.
      het inkomen op jaarbasis voor zover dit meer bedraagt dan de voor belanghebbende(n) van toepassing zijnde bijstandsnorm op jaarbasis indien het betreft een vergoeding voor woonkosten, een geldlening, suppletie voor aflossing van een geldlening of voor algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan.
    • b.
      het inkomen op jaarbasis dat resteert na aftrek van de voor betrokkene toepasselijke bijstandsnorm verhoogt met 10% van het bedrag zoals genoemd in artikel 21 onderdeel b van de wet op jaarbasis voor artikel 5 in deze beleidsregels.
    • c.
      het inkomen op jaarbasis dat resteert na aftrek van de voor betrokkene toepasselijke bijstandsnorm verhoogt met 20% van het bedrag zoals genoemd in artikel 21 onderdeel b van de wet op jaarbasis voor artikel 7, 8 en 9 en in alle overige gevallen.
  • 2.
    Artikel 31 tot en met 33 van de wet zijn van overeenkomstige toepassing.
  • 3.
    Het inkomen wordt verminderd met de woonkosten voorzover deze na aftrek van ontvangen huurtoeslag meer bedragen dan de in de Wet op de Huurtoeslag genoemde basishuur een-/meerpersoons- huishoudens.
  • 4.
    De draagkracht uit vermogen bestaat uit:
    • a.
      alle beschikbare vermogensbestanddelen indien het betreft een tegemoetkoming voor algemeen gebruikelijke kosten en duurzame gebruiksgoederen.
    • b.
      het vermogen voor zover dit meer bedraagt dan het in artikel 34 lid 3 van de wet genoemde vrij te laten bescheiden vermogen in alle andere gevallen.
  • 5.
    De aanwezige draagkracht wordt op de te ontvangen bijzondere bijstand in mindering gebracht.
Artikel 4 – Aanvraagprocedure
  • 1.
    Het recht op bijzondere bijstand wordt beoordeeld op aanvraag.
  • 2.
    Aanvragen die betrekking hebben op artikel 5, 6 en 7 van de verordening worden ingediend bij de afdeling Werk en Welzijn.
  • 3.
    Voor een eerste beoordeling wordt een aanvraag die betrekking heeft op artikel 8 en 9 van de verordening ingediend bij Bureau M€€rDoen.
    a.Indien nader onderzoek noodzakelijk is, wordt dit uitgevoerd door de afdeling Werk en Welzijn.
Artikel 5 - Huiswerk PC / Laptop
  • 1.
    Recht op een verstrekking of tegemoetkoming heeft het huishouden die geen draagkracht heeft als bedoeld in artikel 3 en waartoe één of meer ten laste komende kinderen behoren die het voortgezet onderwijs volgen.
  • 2.
    Er moet vastgesteld zijn dat er in het huishouden geen PC of Laptop jonger dan 5 jaar beschikbaar is.
  • 3.
    Een huishouden kan maximaal één maal per 5 jaar voor een verstrekking of tegemoetkoming in aanmerking komen.
    • a.
      Een verstrekking is een voorziening in natura en betreft een PC met printer en installatie van een door de gemeente aangewezen leverancier.
    • b.
      Een tegemoetkoming betreft een bijdrage in de kosten van aanschaf van een computer of laptop met printer en benodigde software op basis van een door de aanvrager ingediende rekening.
  • 4.
    De tegemoetkoming bedraagt maximaal € 625,-.
  • 5.
    Voor de hoogte van de tegemoetkoming wordt aangesloten bij de bedragen die zijn opgenomen in de meest recente Prijzengids Nibud, met een opslag van 20% voor software.
  • 6.
    Overige kosten zoals een tweede PC of laptop, internet, reparaties, cartridges, verzekering e.d. vallen niet onder deze regeling.
Artikel 6 - Bijzondere bijstand 18 tot en met 20 jarigen
  • 1.
    Ter uitwerking van artikel 12 van de wet wordt bij de beoordeling van de noodzakelijke kosten van het bestaan rekening gehouden met alle omstandigheden van de belanghebbenden waaronder het te gelde kunnen maken van een onderhoudsbijdrage en de vaststelling van de noodzaak tot zelfstandige huisvesting.
  • 2.
    Zelfstandige huisvesting wordt in elk geval noodzakelijk geacht indien:
    • a.
      beide ouders zijn overleden;
    • b.
      beide ouders in het buitenland wonen en zij niet in staat zijn hun onderhoudsplicht na te komen;
    • c.
      de belanghebbende op grond van een officiële maatregel uit huis geplaatst is;
    • d.
      belanghebbende voorafgaand aan de bijstandsaanvraag langer dan één jaar de beschikking had over zelfstandige huisvesting;
    • e.
      belanghebbende niet officieel uit huis geplaatst is, maar naar het oordeel van de casemanager (na onderzoek en onderbouwd met eventuele bewijsstukken) het niet verantwoord is dat belanghebbende bij zijn ouders woont;
    • f.
      belanghebbende de zorg heeft over ten laste komende kinderen.
  • 3.
    De hoogte van de bijzondere bijstand bedraagt ten hoogste:
    • a.
      voor de zelfstandig wonende alleenstaande van 18, 19 of 20 jaar het verschil tussen de voor belanghebbende geldende bijstandsnorm en 60% van de bijstandsnorm zoals genoemd in artikel 21 onderdeel b van de wet.
    • b.
      voor zelfstandig wonende alleenstaande ouders van 18, 19 of 20 het verschil tussen de van toepassing zijnde bijstandsnorm en de bijstandsnorm zoals genoemd in artikel 21 onderdeel a van de wet.
    • c.
      voor zelfstandig wonende samenwonenden of gehuwden met een of twee meerderjarige personen van 18, 19 of 20 jaar zonder ten laste komende kinderen, het verschil tussen de van toepassing zijnde bijstandsnorm en 90% van de bijstandsnorm zoals genoemd in artikel 21 onderdeel b van de wet.
    • d.
      voor zelfstandig wonende samenwonenden of gehuwden met een of twee meerderjarige personen van 18, 19 of 20 jaar met ten laste komende kinderen, het verschil tussen de van toepassing zijnde bijstandsnorm en de bijstandsnorm voor gehuwden als bedoeld in artikel 21 onderdeel b van de wet.
    • e.
      De bijzondere bijstand kan op een lager bedrag worden vastgesteld bij andere woonsituaties.
  • 4.
    De noodzaak van de bijzondere bijstandsverlening wordt telkens na een periode van maximaal 6 maanden opnieuw beoordeeld en vastgesteld.
Artikel 7 - Het Gemeenten Pakket Purmerend (collectieve verzekering)
  • 1.
    Recht op aanmelding voor deelname aan de collectieve verzekering van de gemeente Purmerend heeft de persoon van 18 jaar of ouder met de eventueel tot zijn last komende kinderen, die geen draagkracht heeft als bedoeld in artikel 3.
  • 2.
    De gemeente hanteert als volledige dekking bij het Zilveren Kruis Achmea:
    • -
      basisverzekering (Beter af polis)
    • -
      aanvullende verzekering (Beter af plus polis 3 sterren)
    • -
      tandartsverzekering (Beter af plus polis 2 sterren)
    • -
      zonder vrijwillig eigen risico
  • 3.
    Personen die verwachten minder medische kosten te maken kunnen, op eigen risico, gebruik maken van de volgende 2 (goedkopere) alternatieven:
    • a.
      Basisverzekering (Beter af polis)
    • -
      aanvullende verzekering (Beter af plus polis 1 ster)
    • -
      tandartsverzekering (Beter af plus polis 1 ster)
    • -
      zonder vrijwillig eigen risico
    • b.
      Basisverzekering (Beter af polis)
    • -
      aanvullende verzekering (Beter af plus polis 2 sterren)
    • -
      tandartsverzekering (Beter af plus polis 1 ster)
    • -
      zonder vrijwillig eigen risico
  • 4.
    De in lid 2 genoemde aanvullende verzekering geeft een uitgebreidere dekking dan de aanvullende verzekeringen genoemd onder lid 3 sub a en b. Indien men een aanvullende verzekering heeft afgesloten zoals genoemd onder lid 3 en kosten blijven voor eigen rekening, die op basis van de aanvullende verzekering, genoemd in lid 2 wel vergoed zouden worden, dan komen deze voor eigen rekening blijvende kosten niet voor bijzondere bijstand in aanmerking.
  • 5.
    Personen die een volledige gebitsprothese hebben, hoeven geen tandartsverzekering af te sluiten.
  • 6.
    Bij personen die een uitkering ontvangen van de gemeente Purmerend wordt zover dat mogelijk is de premie zorgverzekering ingehouden op de uitkering en doorbetaald aan Zilveren Kruis Achmea.
  • 7.
    Bij beëindiging van de uitkering op grond van de wet, kan het recht op het Gemeente Pakket Purmerend worden voortgezet tot de 1e dag van het volgende kalenderjaar, zonder vaststelling van de draagkracht, met in achtneming van artikel 2 van deze beleidsregels.
  • 8.
    Personen die recht hebben op deelname aan het Gemeenten Pakket maar daar geen gebruik van maken kunnen in beginsel niet in aanmerking komen voor een vergoeding voor ziektekosten via de bijzondere bijstand, tenzij zij zich bij een andere maatschappij wel aanvullend voor ziektekosten en voor de tandartskosten hebben verzekerd voor een vergelijkbaar pakket als dat van Zilveren Kruis Achmea.
Artikel 8 - Vergoeding premie Gemeenten Pakket Purmerend (collectieve verzekering) voor pensioengerechtigden
  • 1.
    Recht op een tegemoetkoming in de premie heeft de persoon, vanaf de pensioen-gerechtigde leeftijd, die deelneemt aan de collectieve verzekering van de gemeente Purmerend en geen draagkracht heeft als bedoeld in artikel 3.
  • 2.
    De tegemoetkoming bedraagt € 180,- per jaar en wordt in één keer uitbetaald.
Artikel 9 - Compensatie eigen risico voor deelnemers aan Gemeenten Pakket Purmerend
  • 1.
    Deelnemers aan het gemeenten pakket Purmerend kunnen in aanmerking komen voor compensatie van het eigen risico als men geen draagkracht heeft als bedoeld in artikel 3.
  • 2.
    Per deelnemer bestaat recht op compensatie als door het Zilveren Kruis Achmea minimaal € 200,- aan wettelijke eigen risico in rekening is gebracht.
  • 3.
    De compensatie bedraagt € 200,- per jaar en wordt uitbetaald na overlegging van de bewijsstukken waaruit blijkt dat de kosten zijn gemaakt.
Artikel 10 - Klaarblijkelijke hardheid en individualisering
Ingeval onverkorte toepassing van deze beleidsregels zou leiden tot een klaarblijkelijke hardheid op grond van de specifieke individuele situatie, kunnen burgemeester en
wethouders afwijken van een of meer van deze beleidsregels.
Artikel 11 - Terugvordering
Verstrekkingen die ten onrechte dan wel tot een te hoog bedrag zijn uitgekeerd, kunnen van de belanghebbende worden teruggevorderd.
Artikel 12 - Citeertitel
Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als “beleidsregels bijzondere bijstand Purmerend 2015”.
Artikel 13 - Inwerkingtreding
Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2015.
 
 
Purmerend, 18 november 2014
 
Burgemeester en wethouders van Purmerend,
de secretaris, M.J.H. Smulders
de burgemeester, D. Bijl
Naar boven