Gemeente Naarden - Verordening Drank- en Horecawet Naarden 2014

De raad van de gemeente Naarden;

gelezen het voorstel van de burgemeester d.d. 21 oktober 2013, nummer RV 13.049;

gelet op de artikelen 147 van de Gemeentewet en 4, 25a, 25b, 25c, 25d en 26 van de Drank- en Horecawet;

besluit vast te stellen de volgende verordening

Verordening Drank- en Horecawet Naarden 2014

 

§ 1 BEGRIPSBEPALINGEN

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

1. Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a. de wet:

Drank- en Horecawet;

b. terras:

het buiten de besloten ruimte gelegen deel van een inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend, waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar bedrijfsmatig of anders dan om niet dranken of spijzen voor gebruik ter plaatse mogen worden verstrekt;

c. vergunning:

de vergunning als bedoeld in artikel 3 van de wet;

d. bezoeker:

een ieder die zich in een inrichting bevindt, met uitzondering van:

-leidinggevenden in de zin van de wet;

-personen die dienst doen in de inrichting;

-personen wier aanwezigheid in de inrichting wegens dringende redenen noodzakelijk is;

e. paracommerciële inrichting:

een inrichting waarin een paracommerciële rechtspersoon in eigen beheer het horecabedrijf exploiteert;

f. restaurant:

een inrichting voornamelijk gericht op het verstrekken van maaltijden.

 

2. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder de overige begrippen in deze

verordening verstaan hetgeen de wet daaronder verstaat.

 

§ 2 BEPALINGEN VOOR INRICHTINGEN WAARIN HET HORECABEDRIJF WORDT UITGEOEFEND

 

Artikel 2 Voorschriften aan vergunningen om het horecabedrijf uit te oefenen

De burgemeester kan aan een vergunning voor een horecabedrijf voorschriften verbinden. Deze voorschriften kunnen alleen worden gesteld:

  • 1.ter bescherming van de volksgezondheid, of

  • 2.in het belang van de openbare orde, of

  • 3.ter bevordering van de naleving van artikel 20 van de wet.

 

Artikel 3 Prijsacties horeca

Vervallen.

 

Artikel 4 Toegangsleeftijd tot horecabedrijven en daarbij behorende terrassen

Gereserveerd.

 

Artikel 5 Toelatingsleeftijden tot horecalokaliteiten en terrassen die naar verhouding langer geopend zijn (nachthoreca)

Gereserveerd.

 

§ 3 AANVULLENDE BEPALINGEN VOOR INRICHTINGEN WAARIN HET HORECABEDRIJF WORDT UITGEOEFEND IN BEPAALDE GEBOUWEN

 

Artikel 6 Schenktijden alcoholhoudende drank

1. Het is verboden buiten onderstaande tijden alcoholhoudende drank te verstrekken in een inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend, niet zijnde een paracommerciële inrichting, welke:

a. deel uitmaakt van een gebouw dat of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebruikt om onderwijs te geven aan leerlingen die merendeels de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt, of

b. deel uitmaakt van een gebouw dat of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij een of meer jeugd- of jongerenorganisaties.

Alle dagen van de week

12.00 uur tot 24.00 uur

 

 

§ 4 BEPALINGEN VOOR PARACOMMERCIËLE INRICHTINGEN

 

Artikel 7 Schenktijden paracommerciële inrichtingen

1. Het is verboden in paracommerciële inrichtingen alcoholhoudende drank te verstrekken buiten de in onderstaand schema opgenomen schenktijden:

 

maandag tot en met vrijdag

12.00 uur tot 24.00 uur

zaterdag en zondag en algemeen erkende feestdagen.

12.00 uur tot 01.00 uur

 

2. Van het bepaalde onder lid 1 kan zes keer per jaar ontheffing worden verleend voor activiteiten die betrekking hebben op de in de statuten genoemde doelstellingen van de paracommerciële inrichting.

3. De ontheffing voor de in lid twee bedoelde activiteiten dient tenminste twee weken voordat de activiteit plaatsvindt te worden aangevraagd.

4. De ontheffing kan worden geweigerd indien door het verlenen van de ontheffing het woon- en leefklimaat wordt aangetast en dat daaraan niet door middel van het stellen van voorschriften tegemoet kan worden gekomen.

 

Artikel 8 Andere schenktijden voor bepaalde typen paracommerciële inrichtingen

Vervallen.

Artikel 9 Privé-bijeenkomsten en bijeenkomsten derden

  • 1.Ter voorkoming van oneerlijke mededinging is het verboden in een paracommerciële inrichting alcoholhoudende drank te verstrekken:

a. tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen, of

b. tijdens bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de beherende paracommerciële rechtspersoon zijn betrokken.

  • 2.De burgemeester kan vier keer per jaar ontheffing verlenen van het in het eerste lid opgenomen verbod. De ontheffing dienst tenminste twee weken van te voren te worden aangevraagd.

  • 3.De ontheffing kan worden geweigerd indien door het verlenen van de ontheffing het woon- en leefklimaat wordt aangetast en dat daaraan niet door middel van het stellen van voorschriften tegemoet kan worden gekomen.

  • 4.Tijdens de onder a en b genoemde bijeenkomsten dient te allen tijde een op de vergunning of op het aanhangsel van de vergunning genoemde leidinggevende aanwezig te zijn.

 

Artikel 10 Verbod verstrekken van sterke drank

Het is verboden zonder ontheffing van de burgemeester in paracommerciële inrichtingen met jeugdleden sterke drank te verstrekken.

 

Artikel 11 Aanvullende vragen aan paracommerciële rechtspersonen

Gereserveerd.

 

§ 5 BEPALINGEN VOOR DE DETAILHANDEL

 

Artikel 12 Prijsacties detailhandel /slijterijen

Vervallen.

 

Artikel 13

Gereserveerd.

 

§ 6 TIJDELIJKE VERSTREKKINGSVERBODEN

 

Artikel 14 Algeheel tijdelijk verstrekkingsverbod

Gereserveerd.

 

Artikel 15 Tijdelijk verstrekkingsverbod in een deel van de gemeente

Gereserveerd.

 

Artikel 16 Tijdelijk verstrekkingsverbod gedurende bepaalde uren

Gereserveerd.

 

§ 7 ONTHEFFINGEN

 

Artikel 17 Mandatoire ontheffingen

Gereserveerd

 

Artikel 18 Intrekkingsgronden ontheffing

De in artikel 7 en 9 bedoelde ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd indien:

a. ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt, of

b. op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het

verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt

gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist,

of

c. zich feiten hebben voorgedaan, die de vrees wettigen, dat het van kracht blijven van de

ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid, of

d. de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden

nagekomen, of

e. van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn dan

wel, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn, of

f. indien de houder van de ontheffing dit verzoekt.

 

Artikel 19 Hardheidsclausule

In bijzondere gevallen kan de burgemeester van het bepaalde in deze verordening afwijken, indien strikte toepassing van het bepaalde voor een of meer belanghebbenden onevenredig zou zijn in verhouding tot de met deze verordening te dienen doelen en met de belangen ter waarborging waarvan deze verordening is opgesteld.

 

§ 8 OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

 

Artikel 20 Overgangsrecht

1. Op het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening vervallen voor paracommerciële inrichtingen:

a. de voorschriften en beperkingen die tot dat tijdstip op grond van eerdere gemeentelijke verordeningen krachtens de wet zijn gesteld;

b. de ontheffingen die tot dat tijdstip door het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester zijn verleend;

c. de tot dat tijdstip gehanteerde schenk- of taptijden.

2. Voorschriften en beperkingen die tot het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening op grond van eerdere gemeentelijke verordeningen krachtens de wet zijn gesteld aan vergunningen van andere dan in het eerste lid bedoelde inrichtingen, blijven van kracht.

3. Ontheffingen die tot het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening zijn verleend op grond van eerdere gemeentelijke verordeningen krachtens de wet, behalve de in het eerste lid, onder c bedoelde ontheffingen, blijven twaalf maanden na inwerkingtreding van deze verordening van kracht. Daarna komen deze ontheffingen  te vervallen.

4. Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een ontheffing of vergunning is ingediend waarop nog niet is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast. 

 

Artikel 21 Strafbepaling

1. Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met de openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

2. Het bepaalde in het eerste lid geldt niet wanneer het bepaalde in de Wet op de economische delicten van toepassing is. 

Artikel 22 Evaluatie

Deze verordening zal jaarlijks, of zoveel eerder als daar naar het oordeel van de burgemeester aanleiding toe is, worden geëvalueerd.

 

Artikel 23 Inwerkingtreding en citeertitel

1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van bekendmaking;

2. Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening Drank- en Horecawet Naarden 2014’.

 

 

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering

der gemeente Naarden, gehouden op woensdag 11 december 2013

 

 

de voorzitter,

 

 

 

 

de griffier,

Naar boven