29 532
Wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en enkele andere wetten met het oog op de instelling van plusregio's (Wijzigingswet Wgr-plus)

nr. 15
AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN BEEK EN SPIES

Ontvangen 22 april 2003

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Aan Artikel XVII wordt een lid toegevoegd, luidende

4. De besturen van de gemeenten die deel uitmaken van een gemeenschappelijke regeling waarbij een openbaar lichaam als bedoeld in het tweede lid is ingesteld, delen binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze wet gedeputeerde staten mee of zij een besluit als bedoeld in artikel 110, eerste lid, gewenst achten. Indien gedeputeerde staten naar aanleiding van deze mededelingen gemeenten uitnodigen tot aanpassing of opheffing van de plusregio over te gaan, vindt de besluitvorming over deze aanpassing of opheffing plaats binnen een jaar na inwerkingtreding van deze wet. De artikelen 114 en 121 zijn van overeenkomstige toepassing.

Toelichting

In een aantal gevallen is onduidelijkheid of de gemeenten die thans deel uitmaken van een Kaderwetgebied mee willen doen aan een plusregio. Er moet een evenwichtige afweging plaatsvinden over de vraag of er behoefte bestaat aan een plusregio, hoe die regio eruit moet zien en welke gemeenten al of niet onderdeel van die structuur moeten worden.

Door middel van dit amendement krijgen de besturen van de gemeenten in de Kaderwetgebieden de opdracht om, binnen drie maanden na inwerkingtreding van deze wet, na te gaan of de regio, waar zij deel van uitmaken, moet worden aangepast dan wel opgeheven. Vervolgens nemen gedeputeerde staten een beslissing over een uitnodiging. De besluitvorming over een eventuele aanpassing dan wel opheffing van de regio vindt plaats binnen een jaar na inwerkingtreding van deze wet.

De gebieden behouden hun bijzondere bevoegdheden ingevolge de sectorwetten.

Van Beek

Spies

Naar boven