Regeling Reis- en verblijfskosten
 
 
Het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Fryslân,
 
Gelet op het bepaalde in artikel 15:1:22 CAR/UWO;
Gezien de bereikte overeenstemming met het Georganiseerd Overleg;
 
BESLUIT:
 
vast te stellen de navolgende Regeling Reis- en verblijfskosten Veiligheidsregio Fryslân
 
 
Artikel 1. Begripsomschrijving
 
In deze regeling wordt verstaan onder:
 
  • 1.
    Medewerker: de medewerk(st)er die op basis van een aanstelling werkzaam is bij Veiligheidsregio Fryslân.
  • 2.
    Standplaats(en): de door de werkgever aangewezen plaats(en) waar de medewerker gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht, dan wel de plaats die fungeert als vertrekpunt voor de werkzaamheden. Voor de bepaling van de standplaats zie bijlage 1.
  • 3.
    Kilometers woon-werkverkeer: de dagelijks te reizen afstand tussen woning en standplaats, vastgesteld met behulp van de nieuwste versie van de ANWB-routeplanner, op basis van de snelste route.
  • 4.
    Dagvergoeding: de vergoeding woon-werkverkeer, omgerekend naar één dag.
  • 5.
    Dienstreiskilometers: de meer-kilometers die een medewerker in opdracht van werkgever met eigen vervoer maakt naar een andere locatie dan de standplaats of de plaats die fungeert als vertrekpunt.
 
Artikel 2. Reiskosten woon-werkverkeer
   
  • 1.
    De medewerker ontvangt op de dagen dat hij moet reizen om zijn standplaats te bereiken, een vergoeding voor de gemaakte kilometers woon-werkverkeer.
  • 2.
    De vergoeding bedoeld in het vorige lid bedraagt € 0,12 per kilometer onder aftrek van een forfait van 10 kilometer enkele reis.
  • 3.
    Voor medewerkers woonachtig buiten de provincie Fryslân geldt dat deze vergoeding niet meer kan zijn dan een vergoeding voor maximaal 40 kilometers enkele reis na aftrek van het forfait van 10 kilometer enkele reis.
  • 4.
    De vergoeding reiskosten woon-werkverkeer wordt maandelijks uitbetaald en is gebaseerd op de belastingwetgeving, die uitgaat van maximaal 214 werkdagen (op jaarbasis).
  • 5.
    De arbeidsomvang is niet bepalend voor de maximaal toe te kennen vergoeding, het werkelijke aantal reisdagen is bepalend.
  • 6.
    De hoogte van de vergoeding woon-werkverkeer is derhalve rechtstreeks gekoppeld aan het aantal werkelijke reisdagen en aantal kilometers en wordt op geen enkele wijze beïnvloed door de wijze van reizen.
  • 7.
    Indien de medewerker gedurende een piketweek de beschikking heeft over een piketauto en daardoor ook zijn kilometers woon-werkverkeer met deze auto rijdt, worden deze weken in mindering gebracht van het maximum aantal werkdagen, als gesteld in lid 4.
  • 8.
    Bij ziekte wordt de vergoeding voor reiskosten woon-werkverkeer nog uitbetaald gedurende de lopende maand en in de daaropvolgende maand nadat de medewerker ziek is geworden. Daarna wordt de vaste vergoeding voor reiskosten woon-werkverkeer stopgezet en gaat weer in op de 1e van de maand direct volgend op de herstelmaand dan wel de 1e van de maand nadat met re-integratie is begonnen. Het aantal dagen waarop de vergoeding wederom wordt uitbetaald is afhankelijk van het aantal re-integratiedagen per week.
  • 9.
    Bij bijzondere vormen van verlof wordt de vergoeding stopgezet dan wel aangepast per ingangsdatum van dit verlof.
  • 10.
    Medewerkers die buiten de provincie Fryslân wonen en voor wie het huisadres fungeert als vertrekpunt van de werkzaamheden, ontvangen een vergoeding voor kilometers woon-werkverkeer ter hoogte van de vergoeding als opgenomen in lid 1 tot en met 9 van dit artikel voor de kilometers van huis tot aan de provinciegrens. Alle kilometers binnen de provinciegrens worden in dit geval gedeclareerd tegen de vergoeding voor dienstreizen als opgenomen in artikel 3.
  • 11
    Indien de medewerker een extra dag moet werken en deze dag wordt niet op een later moment gecompenseerd, dan mag de dagvergoeding voor woon-werkverkeer worden gedeclareerd. Deze vergoeding moet uiterlijk in de maand volgend op de maand waarin de extra gewerkte dag viel, worden gedeclareerd.
 
Artikel 3. Vergoeding dienstreiskilometers
 
  • 1.
    Aan de medewerker die in opdracht van de leidinggevende een reis maakt, kan een dienstauto ter beschikking worden gesteld.
  • 2.
    Indien er geen dienstauto voorhanden en openbaar vervoer niet doelmatig is, kan na instemming van de leidinggevende gebruik worden gemaakt van de eigen auto.
  • 3.
    De vergoeding bedraagt in dat geval € 0,28 netto per dienstreiskilometer. Bij het uitvoeren van repressieve werkzaamheden en werkzaamheden in het kader van piket- en wachtdiensten ontvangt de medewerker bij werkzaamheden per kilometer een kilometervergoeding van € 0,28 netto .
  • 4.
    Indien openbaar vervoer wel doelmatig is, maar de medewerker ervoor kiest om gebruik te maken van eigen vervoer, wordt een vergoeding van € 0,12 per dienstreiskilometer vergoed.
  • 5.
    Aan de medewerker die in het belang van de dienst moet reizen worden de kosten van openbaar vervoer, laagste klasse inclusief de kosten van de (trein)taxi vergoed. Indien er aanleiding is om hiervan af te wijken in verband met specifieke omstandigheden, kan dit met voorafgaande toestemming van de leidinggevende worden gedaan. De dagvergoeding wordt op deze vergoeding niet in mindering gebracht.
 
Artikel 4. Vergoeding verblijfskosten
 
  • 1.
    Vergoeding voor verblijfkosten in verband met dienstreizen geschiedt, onder overlegging van de betreffende bewijsstukken zoals rekeningen, maximaal en onbelast tot de bedragen genoemd in de Reisregeling binnenland voor het burgerlijk rijkspersoneel. De meest actuele vergoedingen staan vermeld op het intranet Joost. Wijzigingen in genoemd besluit als gepubliceerd door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksaangelegenheden zijn van overeenkomstige toepassing.
  • 2.
    De in het Reisbesluit genoemde vergoedingen worden, indien vooraf overeengekomen met de leidinggevende verhoogd als de gemaakte kosten de vergoedingsbedragen overschrijden.
  • 3.
    De vergoedingen voor logies, maaltijden en kleine uitgaven overdag worden niet gegeven tijdens de uitvoering van de reguliere werkzaamheden in de provincie Fryslân.
  • 4.
    Als dienstreizen worden gemaakt voor het bezoeken/volgen van themadagen, symposia, cursus mogen de kosten van maaltijden/consumpties e.d. worden gedeclareerd voor zover deze niet bij het arrangement zijn inbegrepen.
 
Artikel 5. Declaratie
 
De vergoedingen als in artikel 3 en 4 genoemd, worden onder overlegging van bewijsstukken
uitbetaald via het salaris. Hierbij gelden de volgende voorschriften:
 
  • 1.
    De kosten voor openbaar vervoer worden vergoed op basis van de vervoersbewijzen van het openbaar vervoer dan wel (trein) taxi of een uitdraai van een OV-chipkaart
  • 2.
    Uitbetaling van de vergoeding voor reis- en verblijfskosten als genoemd in artikel 4 vindt plaats aan de hand van het daarvoor bestemde en compleet ingevulde declaratieformulier.
  • 3.
    Declaraties moeten binnen een maand na afloop van de maand waarin de reis is gemaakt, onder overhandiging van de bewijsstukken, ingeleverd worden bij de salarisadministratie.
 
Artikel 6. Vergoeding reiskosten woon-werkverkeer o.b.v. het sociaal plan Sn1B
 
  • 1.
    De medewerker die recht heeft op een vergoeding woon-werkverkeer op basis van het sociaal plan Sn1B, ontvangt deze vergoeding conform het gestelde uit dit sociaal plan. De hoogte van deze vergoeding is gebaseerd op een vastgesteld aantal extra kilometers.
  • 2.
    Aanvullend ontvangt deze medewerker een vergoeding voor de kilometers woon-werkverkeer als gesteld in artikel 2.1 waarop het aantal vastgestelde extra kilometers als gesteld onder lid 1 van dit artikel wordt verminderd.
 
Artikel 7. Wijziging standplaats
 
  • 1.
    De medewerker die door wijziging van de standplaats, op verzoek van zijn leidinggevende, meer kilometers woon-werkverkeer krijgt, kan gedurende een half jaar deze extra te maken kilometers declareren voor € 0,28 netto. Een half jaar na wijziging van standplaats zal de maandelijkse vergoeding voor woon-werkverkeer per eerste van de daarop volgende maand aangepast worden.
  • 2.
    Indien de standplaats wijzigt door vrijwillige mobiliteit, zal de vergoeding woon-werkverkeer per datum van wijziging standplaats worden aangepast.
  • 3.
    Wanneer door wijziging van de standplaats de kilometers woon-werkverkeer verminderen, wordt de vergoeding per datum van wijziging standplaats gewijzigd.
 
Artikel 8. Hardheidsclausule
 
  • 1.
    In gevallen waarin deze regeling reis-en verblijfkosten niet expliciet voorziet, zal werkgever nadere maatregelen afspreken.
  • 2.
    In gevallen waarin een onverkorte toepassing van de regeling reis- en verblijfkosten zou leiden tot een individueel onredelijke en/of onbillijke situatie zal werkgever de regeling reis- en verblijfskosten in een voor de werknemer gunstige zin aanpassen en daarvan afwijken.
 
 
Artikel 9. Citeertitel en inwerkingtreding
 
Deze regeling kan worden aangehaald als de "Regeling Reis- en verblijfkosten Veiligheidsregio Fryslân” en treedt in werking met ingang van 1 juli 2015, onder gelijktijdige intrekking van alle eerder vastgestelde regelingen betreffende dit onderwerp van Veiligheidsregio Fryslân.
 
Aldus vastgesteld door het Dagelijks Bestuur op 18 juni 2015,
 
Voorzitter, de heer F.J.M. Crone
Secretaris, de heer W.K. Kleinhuis
 
 
Bijlage 1 bepaling standplaats
De definities zijn als volgt bepaald:
  •  
    Situatie van de medewerker
    Aangewezen standplaats
    A
    Medewerker met één vaste werklocatie
    De vaste werklocatie van de medewerker.
    B
    Medewerker met meerdere vaste werklocaties
    De werklocatie waar de medewerker de meeste dagen van de week standaard aanwezig is. Zijn dit een gelijk aantal dagen, dan wordt de standplaats bepaald op basis van de dichts bij de woonplaats gelegen werklocatie.
    C
    Medewerker die binnen één werkgebied / regio op wisselende werklocaties werkt (ambulant)
    De hoofdlocatie/ uitvalsbasis in het werkgebied / de regio waar de medewerker hoofdzakelijk werkt.
    D
    Medewerker die op wisselende werklocaties binnen meerdere regio’s of het gehele werkgebied Fryslân op wisselende werklocaties werkt (ambulant)
    Woonadres
 
Begrippen
Werklocatie: De locatie waar de werkzaamheden van de medewerker worden uitgevoerd.
Standplaats: De door de werkgever aangewezen plaats waar de medewerker gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht dan wel de plaats die fungeert als vertrekpunt voor de werkzaamheden.
Regio: Het specifieke geografische deel van Fryslân waar de medewerker normaal gesproken werkzaam is. [1]:
Werkgebied: De gemeente of het JGZ-uitvoeringsgebied.
 
Aanvullingen:
De standplaats kan in alle gevallen gekoppeld worden aan een specifiek adres.
Medewerkers met meerdere aanstellingen, krijgen per aanstelling een standplaats aangewezen op basis van definitie A tot en met D.
In de bijlage zijn per definitie een aantal voorbeelden opgenomen. Aan deze voorbeelden kunnen geen rechten ontleend worden, maar dienen als achtergrondinformatie.
 
 
Enkele voorbeelden
Definitie A
  • 1.
    Functies die uitgevoerd worden op het hoofdkantoor (Harlingertrekweg, Leeuwarden): o.a. functies binnen de afdeling Bedrijfsvoering, ZC&A en beleidsfuncties JGZ.
  • 2.
    Functies die uitgevoerd worden op de brandweerkazernes: alle functionarissen binnen de kolom brandweer zijn werkzaam op één van de 8 brandweerkazernes die aangewezen zijn als ‘werklocatie’.
  • 3.
    Functies die uitgevoerd worden op een regiokantoor: de functies van regiosecretaresse en regiomanager.
  • 4.
    CB-artsen en CB-assistenten op een groot consultatiebureau (CB) of juist met een kleiner aanstellingsomvang werken vaak op een vaste CB-locatie.
 
Definitie B
  • 1.
    CB-artsen en CB-assistenten die op meerdere vaste CB-locaties werken.
  • 2.
    Een arts met 1 aanstelling, die zowel stafarts is op het hoofdkantoor, maar tevens deels werkzaam is als jeugdarts op een CB-locatie.
 
Definitie C
  • 1.
    Verpleegkundigen 0-12 jaar werken op verschillende locaties (CB’s, scholen, huisbezoeken), maar binnen één regio en vaak gecentreerd rondom een hoofdlocatie binnen de regio. Ditzelfde geldt voor doktersassistenten.
  • 2.
    De functionarissen die werken in de leeftijdsgroep 12 , werken vaak regionaal op verschillende locaties. Hierbij kan het regiokantoor als standplaats aangewezen worden.
 
Definitie D
  • 1.
    Screeners rijden vanuit huis naar cliënten en de meeste administratie wordt ook thuis uitgevoerd. Screeners werken in het gehele werkgebied van de VRF.
  • 2.
    Een aantal pedagogen werkt als ‘vliegende keep’ door het gehele werkgebied van de VRF.
  • 3.
    Logopedist.
 
[1] Op dit moment bestaat de afdeling JGZ uit zes regio’s (genoemd regio 1 t/m 6) en de Brandweer uit vier regio’s (genoemd afdeling Noord-Oost, Noord-West, Zuid-Oost en Zuid-West).

Naar boven