Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

822

Vragen van de leden Arib, Heemskerk en Dijsselbloem (allen PvdA) aan de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en voor Vreemdelingenzaken en Integratie over Marokkaanse remigranten en de Zorgverzekeringswet. (Ingezonden 10 januari 2006)

1

Hebt u kennisgenomen van het artikel over Marokkanen die terugkeer eisen in verband met de nieuwe zorgverzekeringswet?1

2

Deelt u de angst en de onzekerheid waarin op dit moment Marokkaanse remigranten als gevolg van de Zorgverzekeringswet verkeren?

3

Vindt u het acceptabel dat remigranten vanaf deze maand meer dan de helft van hun uitkering moeten inleveren voor de zorgpremies, en dat soms de premies meer bedragen dan de uitkering? Deelt u de mening dat dit gegeven het voor remigranten onmogelijk maakt financieel rond te komen? Zo ja, wat gaat u hieraan doen en binnen welke termijn?

4

Bent u op de hoogte van het feit dat deze groep mensen een veel lager inkomen heeft en dat slechts in uitzonderlijke gevallen remigranten een pensioen hebben? Zo ja, wat gaat u doen om inkomensachteruitgang bij deze groep te voorkomen?

5

Bent u op de hoogte dat de meeste remigranten bij terugkeer naar landen van herkomst het recht op verblijf in Nederland hebben verloren, en dus niet kunnen terugkomen om voor hun rechten op te komen? Zo ja, vindt u dit humaan?

6

Deelt u de mening dat deze situatie voor migranten die mogelijke plannen hadden te remigreren niet bevorderlijk is? Deelt u voorts de mening dat hierdoor de betrouwbaarheid van de overheid in het geding is, omdat migranten niet van te voren op mogelijke consequenties van remigratie zijn gewezen?

Antwoord

Antwoord van minister Hoogervorst (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie. (Ontvangen 31 januari 2006)

1

Ja.

2

Veranderingen brengen in het algemeen onrust en onzekerheid met zich mee. Dat zal in het buitenland ook het geval zijn en wellicht zelfs in heviger mate, omdat men verder van de informatiebron afzit. Daarom ben ik al in april van het vorige jaar met de voorlichting in het buitenland begonnen en heeft deze zich het gehele verdere jaar voortgezet.

3 en 4

Het doel van sociale zekerheidsverdragen is het op elkaar afstemmen van de sociale zekerheidswetgevingen van betrokken landen en dat op een manier die uitvoerbaar is voor de betrokken uitvoeringsorganen. Voor de verlening van medische zorg betekent dit, dat is gekozen voor een systematiek, waarin de zorg wordt verleend op basis van de regelgeving van het woonland en de premie wordt geheven op basis van de wetgeving van het uitkeringsland. Immers: voor verzekeringsinstellingen in het woonland is het onmogelijk de Nederlandse wetgeving (en de wetgeving van andere verdragspartners) uit te voeren, terwijl het voor de premie-inhoudende instanties in Nederland onmogelijk is premie te heffen volgens de wetgeving van alle 40 verdragspartners.

De gekozen coördinatiesystematiek heeft tot gevolg dat, net als alle andere verdragsgerechtigden, ook deze groep van personen op grond van het desbetreffende sociale verzekeringsverdrag bijdrage verschuldigd is, zoals deze is voorzien in de Nederlandse regelgeving. Dat wil zeggen dat zij de nominale «Zvw-bijdrage», en de inkomensafhankelijke «Zvw- en AWBZ»-bijdragen betalen. De Nederlandse uitvoeringsorganen zijn op grond van de onderscheiden internationale sociale zekerheidsregelingen gerechtigd deze in te houden, omdat de kosten van zorg ingevolge deze regelingen ten laste van Nederland komen.

De nominale bijdrage wordt aan de bron ingehouden op de Nederlandse uitkeringen die aan betrokkenen worden uitgekeerd.

Als een uitkering relatief laag is omdat betrokkene maar een aantal jaren in Nederland heeft gewoond of gewerkt, kan dat tot gevolg hebben dat zijn Nederlandse uitkering geheel of gedeeltelijk wordt ingeleverd ten behoeve van de premie-inning.

Datzelfde verschijnsel doet zich overigens voor bij verzekerden in Nederland die een klein inkomen hebben omdat zij slechts een paar uur per week werken.

Of een persoon vervolgens niet financieel meer kan rondkomen, hangt af van de overige inkomsten van die persoon of binnen diens huishouden.

Bij de constatering dat de remigranten na 1 januari 2006 door de invoering van de nieuwe Zorgverzekeringswet meer geld kwijt zijn aan premies dan ze aan uitkering ontvangen, plaats ik de volgende kanttekening. Het grootste probleem voor remigranten is de betaling van de nominale component. Op maandbasis gaat het dan om een bedrag van circa € 92 per verdragsgerechtigde. Dit bedrag is echter niet het bedrag dat volledig ten laste komt van betrokkene.

Betrokkenen komen, net als ingezetenen van Nederland, in aanmerking voor een zorgtoeslag indien het totaalbedrag dat aan bijdragen wordt betaald een bepaald percentage van het toetsingsinkomen te boven gaat. Voor een verzekerde met een partner wordt daarbij het gezamenlijke toetsingsinkomen in aanmerking genomen. Bovendien wordt in verdragssituaties in de regel nog standaard de no-claim teruggave vooraf in mindering gebracht op de verschuldigde bijdrage. Hieronder zijn de financiële gevolgen in een tabel verwerkt, opgesplitst naar alleenstaande en een huishouden van 2 personen.

200420052006      
 1p.2p. 1p.2p. 1p.2p.
nominale premie € 28€ 56nominale premie€ 33€ 66nominale premie€ 92€ 184
   af: no-claim€ 21€ 42af: no-claim€ 21€ 42
   resteert:€ 12€ 24af: zorgtoeslag€ 33€ 96
      resteert:€ 38€ 46

Het bedrag dat vervolgens resteert voor de nominale premie dient te worden vergeleken met de situatie onder de Ziekenfondswet. Dan resulteert er voor een alleenstaande weliswaar een hogere verschuldigde nominale bijdrage maar de stijging is veel minder groot dan doorklinkt in de vraag.

Mensen die uitsluitend recht hebben op een remigratie-uitkering ingevolge de Remigratiewet, vallen niet onder de verdragen, omdat de remigratie-uitkering niet is gelijkgesteld met een pensioen ingevolge een Nederlandse wettelijke regeling, als bedoeld in de verdragen.

Aan betrokkenen wordt, omdat zij niet onder de verdragen vallen, een financiële tegemoetkoming verstrekt bovenop de remigratie-uitkering, waarmee zij zelf een ziektekostenverzekering kunnen afsluiten. Hierdoor is er voor deze groep geen sprake van inkomensachteruitgang als gevolg van het nieuwe Zorgstelsel.

Er is een kleinere groep van rechthebbenden op een remigratie-uitkering die daarnaast recht heeft op een langlopende Nederlandse sociale zekerheidsuitkering. Die valt wel onder de verdragsregelingen. Datzelfde geldt voor de categorie die uitsluitend recht heeft op een Nederlandse langlopende sociale zekerheidsuitkering. Voor wat betreft de inkomenspositie van deze categorie verwijs ik naar de tabel hierboven.

Ik ben bereid met de verdragspartners zoals Marokko en Turkije te bezien of er specifieke knelpunten zijn in de verdragsrelatie en welke mogelijkheden er bestaanom daaraan tegemoet te komen. Het beëindigen van de verdragsregelingen over medische zorg wil ik daarbij als reële optie in de overwegingen betrekken.

De minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie zal bezien, afhankelijk van de uitkomsten van het bedoelde overleg met de verdragspartners, of en zo ja, welke maatregelen voor de ziektekostenvoorziening van remigranten in het kader van de Remigratiewet moeten worden getroffen en of zij wel onder het regime van de verdragen zullen worden gebracht.

5

Een van de voorwaarden van de Remigratiewet om in aanmerking te komen voor een remigratie-uitkering is dat men afstand doet van de Nederlandse nationaliteit. Indien een remigrant de nationaliteit van het bestemmingsland nog niet heeft, moet men zich inspannen om de nationaliteit van het land van het bestemmingsland zo spoedig mogelijk na aankomst te verwerven. Een remigrant van de Remigratiewet heeft een terugkeermogelijkheid naar Nederland gedurende één jaar na remigratie.

Mensen die niet de Nederlandse nationaliteit of die van een EU-lidstaat hebben, kunnen zich niet zomaar in Nederland vestigen. Er kan een visumplicht gelden bij tijdelijk verblijf in Nederland. Dat is het gevolg van de Vreemdelingenwetgeving. Voor remigranten van de Remigratiewet bestaat een versoepelde visumprocedure voor kort verblijf.

De sociale zekerheidsverdragen regelen dat bij tijdelijk verblijf in Nederland de verdragsgerechtigde die ten laste van komt van Nederland, in spoedeisende gevallen recht heeft op de Nederlandse zorg. Afhankelijk van de gekozen afrekeningssystematiek komt die zorg dan hetzij ten laste van het woonland, hetzij ten laste van Nederland. «Oogmerkzorg» buiten het woonland is in het algemeen van de toepassing van verdragen uitgesloten.

6

Ik deel deze meningen niet.

Iemand die wil (r)emigreren kan zich terdege informeren over wat deze stap voor hem zal gaan betekenen, in positieve en in negatieve zin. Voor potentiële remigranten bestaat een goede voorlichtingsvoorziening via het Nederlands Migratie Instituut te Utrecht, dat een landelijk netwerk van spreekuren verzorgt.

Iemand die ge(r)emigreerd is kan, net als mensen die dat niet hebben gedaan, worden geconfronteerd met wijzigingen in wetgeving. De betrouwbaarheid van de overheid is daarmee niet in het geding.


XNoot
1

 NRC-Handelsblad, 7 januari jl.

Naar boven