Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

203

Vragen van het lid Van den Doel (VVD) over de verkoop van oud-legermaterieel. (Ingezonden 12 september 1997)

1

Is het waar dat de regering de openbare verkoop van oud-legermaterieel opschort tot medio-november?¹

2

Zo ja, wat zijn de budgettaire consequenties hiervan?

3

In hoeverre is de internationale afspraak, zoals vermeld in het betreffende krantenbericht, tussen Defensie en wapenhandelaren over het niet-leveren aan spanningsgebieden juridisch afdwingbaar?

4

Hoe verhoudt de berichtgeving over het voorlopig stopzetten van de verkoop van defensiematerieel, zoals vrachtauto's, zich tot het bericht dat 500 legertrucks aan Bosnië zullen worden geleverd?

5

Vindt bij de verkoop van niet-strategisch overtollig defensiematerieel ook toetsing plaats aan de wapenexportcriteria?

6

Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Antwoord van staatssecretaris Gmelich Meijling (Defensie), mede namens de minister van Buitenlandse Zaken. (Ontvangen 28 oktober 1997), zie ook Aanhangsel Handelingen nr. 121, vergaderjaar 1997–1998

1

De openbare verkoop van vierwielaangedreven voertuigen zoals jeeps en vrachtwagens is voorlopig opgeschort. Het gaat hierbij overigens om niet-vergunningplichtige goederen.

2

Naar verwachting zal de opschorting leiden tot een lichte daling van de geraamde verkoopopbrengsten. Bedoeld effect zal naar verwachting dusdanig beperkt zijn dat vooralsnog geen budgettaire maatregelen behoeven te worden getroffen.

3, 5 en 6

Bij de export van niet-vergunningplichtige goederen vindt geen toetsing plaats aan de criteria van het wapenexportbeleid. De regering bezit thans de mogelijkheden om voor niet-vergunningplichtige goederen de regelgeving voor export aan te scherpen. Bij niet-openbare verkoop van overtollig niet-vergunningplichtig defensiematerieel – waarbij het eindgebruik bekend is – wordt gehandeld in de geest van het wapenexportbeleid. Overigens kan worden vermeld dat de rechter onlangs in kort geding heeft geoordeeld dat, in het licht van de handhaving van de internationale rechtsorde, de Staat in redelijkheid heeft kunnen komen tot het besluit om de voorgenomen export van openbaar verkochte legervoertuigen naar voormalig Zaïre te beletten.

4

In antwoord op deze vraag wordt verwezen naar het antwoord op vraag 5 van de leden Van der Hoeven en Verhagen over de levering van overtollige Nederlandse legervoertuigen aan Bosnië (Aanhangsel van de Handelingen nr. 43, vergaderjaar 1997–1998).

---

1 Telegraaf, 5 september jl.