Wijziging Delegatiebesluit Waterschap Rivierenland 2011

Reg.nr.: 201307830/ab

Het Algemeen bestuur van Waterschap Rivierenland;

gelezen het voorstel van het college van dijkgraaf en heemraden van 21 mei 2013;

Overwegingen:

Het vaststellen van gebiedsspecifiek beleid in de zin van het Besluit bodemkwaliteit is op grond van artikel 45 van de Wet bodembescherming een bevoegdheid van het algemeen bestuur. Deze bevoegdheid kan op grond van de Algemene wet bestuursrecht worden overgedragen aan het college van dijkgraaf en heemraden.

Omdat het college van dijkgraaf en heemraden met een hogere frequentie vergadert dan het algemeen bestuur, is het wenselijk de besluitvorming over gebiedspecifiek beleid te delegeren aan het college van dijkgraaf en heemraden.

Wettelijk kader:

de Algemene wet bestuursrecht, de Wet bodembescherming, het Besluit bodemkwaliteit;

BESLUIT:

Het Delegatiebesluit Waterschap Rivierenland 2011 als volgt te wijzigen:

I. aan het delegatiebesluit wordt artikel 16 toegevoegd. Artikel 16 komt te luiden:

Gebiedsspecifiek beleid op grond van het Besluit bodemkwaliteit

16. het vaststellen van gebiedsspecifiek beleid op grond van het Besluit bodemkwaliteit

II. In de toelichting wordt voorts onder de voorwaarden II sub c toegevoegd dat aan het algemeen bestuur periodiek wordt gerapporteerd over het nemen van besluiten met betrekking tot gebiedsspecifiek beleid

III. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het algemeen bestuur van Waterschap Rivierenland van 28 juni 2013.

de secretaris-directeur, drs. H.C. Jongmans MPM

de dijkgraaf, ir. R.W. Bleker