Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 10 mei 2017, nr. WJZ/17029259, houdende wijziging van de Regeling tarieven Plantenziektenwet en van de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op Uitvoeringsbesluit (EU)2017/728 van de Commissie van 20 april 2017 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2013/92/EU betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China (PbEU 2017, 107) en artikel 2, eerste lid, en 6a van de Plantenziektenwet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling tarieven Plantenziektenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt na onderdeel u een onderdeel ingevoegd, luidende:

v. GN-code:

code als bedoeld in bijlage I van verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PbEG 1987, L 256);.

B

Na artikel 2a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2b

  • 1. Het controlepercentage voor houten verpakkingsmateriaal als bedoeld in uitvoeringsbesluit nr. 2013/92/EU van zendingen van oorsprong uit China:

    • a. met GN-code 2514 00 00, 2515, 2516, 6907 of 7210 is 15%;

    • b. met GN-code 6801 00 00, 6802 of 6803 00 is 50%.

  • 2. Als vergoeding voor de kosten van fytosanitaire werkzaamheden als bedoeld uitvoeringsbesluit nr. 2013/92/EU wordt de aanvrager het volgende tarief in rekening gebracht, waarbij het gewicht van de zending naar boven wordt afgerond in tonnen:

    • a. voor een zending van oorsprong uit China die in de Europese Unie wordt ingevoerd met GN-code 2514 00 00, 2515, 2516 of 6907, € 1,40 per ton, met een minimum van € 7,00 en een maximum van € 1.400,00 per zending;

    • b. voor een zending van oorsprong uit China die in de Europese Unie wordt ingevoerd met GN-code 6801 00 00, 6802 of 6803 00, € 7,39 per ton, met een minimum van € 7,39 en een maximum van € .390,00 per zending;

    • c. voor een zending van oorsprong uit China die in de Europese Unie wordt ingevoerd met GN-code 7210, € 0,52 per ton, met een minimum van € 5,20 en een maximum van € 20,00 per zending.

  • 3. Als vergoeding voor de kosten van verwerking van inspectieaanvragen voor houten verpakkingsmateriaal als bedoeld in uitvoeringsbesluit nr. 2013/92/EU van zendingen van oorsprong uit China die niet via het elektronisch vooraanmeldsysteem CLIENT Import worden aangemeld, wordt naast het tarief, bedoeld in het tweede lid, een tarief van € 34,83 per zending in rekening gebracht.

C

Artikel 38 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a, onder 20, wordt ‘€ 48,80’ vervangen door ‘€ 57,60’ en ‘€ 1,30’ door: € 1,32.

b. In onderdeel b, onder 20, wordt ‘€ 3,20’ vervangen door ’€ 86,40’ en ‘€ 1,95’ door: € 1,98.

c. In onderdeel c, onder 20, wordt ‘€ 97,60’ vervangen door ‘€ 115,20’ en ‘€ 2,60’ door: € 2,64.

d. In onderdeel d wordt ‘€ 97,60’ vervangen door; € 98,60.

2. Het zesde lid vervalt.

D

Artikel 42 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 97,60’ vervangen door: € 98,60.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 146,60’ vervangen door: € 147,90.

3. In onderdeel c wordt ‘€ 195,20’ vervangen door: € 197,20.

E

In artikel 43, vijfde lid, wordt ‘€ 91,00’ vervangen door: € 71,50.

F

Artikel 45 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt onderdeel f onder vervanging van de puntkomma aan het eind van onderdeel e door een punt.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 48,55’ vervangen door: € 100,00.

G

Na paragraaf 6.4a wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 6.4b Aardappelspindelknolviroïde (PSTVd)

Artikel 45b
  • 1. Als vergoeding voor de kosten van het onderzoek naar PSTVd, wordt de aanvrager het volgende tarief in rekening gebracht:

    • a. € 57,60 per bezoek als starttarief;

    • b. € 56,15 per bladmonster indien blad wordt getoetst;

    • c. € 67,16 per bladmonster indien wordt bemonsterd en het blad wordt getoetst;

    • d. € 86,00 per monster voor monsters tot 30 knollen indien knollen worden onderzocht;

    • e. € 101,00 per monster voor monsters van 30 tot 100 knollen indien knollen worden onderzocht;

    • f. € 77,50 voor monstername van het eerste monster knollen;

    • g. € 57,50 per monster voor het nemen van aanvullende monsters knollen.

  • 2. Voor spoedbemonstering en spoedonderzoek worden de in het eerste lid bedoelde tarieven vermeerderd met een tarief van € 100,00.

H

In artikel 46, tiende lid, wordt ‘Nak’ telkens vervangen door: NAK.

I

Artikel 49, tweede lid, komt te luiden:

2. De artikelen 1, onderdeel v, en 2b vervallen met ingang van 1 augustus 2018.

J

In de Bijlage bij de artikelen 10 en 12 vervalt:

Soort

Land van oorsprong

Minimum %

Citrus

Mexico

10

ARTIKEL II

De Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 12n wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 12o

  • 1. Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:

    a. GN-code:

    code als bedoeld in bijlage I van verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PbEG 1987, L 256);

    b. houten verpakkingsmateriaal:

    houten verpakkingsmateriaal als bedoeld in artikel 1, onder a, van Uitvoeringsbesluit 2013/92/EU van de Commissie van 18 februari 2013 betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China (PbEU 2013, L 47).

  • 2. Het houten verpakkingsmateriaal van een zending van oorsprong uit China die in de Europese Unie wordt ingevoerd met GN-code 2514 00 00, 2515, 2516, 6801 00 00, 6802, 6803 00, 6907 of 7210, wordt onder één van de douaneregelingen, genoemd in artikel 5, zestiende lid, onderdelen a en b, van het Douanewetboek van de Unie geplaatst, indien dit verpakkingsmateriaal, blijkens inspecties als bedoeld in artikel 13 bis, eerste lid, onder b, onder iii, van richtlijn 2000/29/EG, voldoet aan de eisen, bedoeld in Bijlage IV, deel A, Rubriek I, onder 2 en 8, van richtlijn 2000/29/EG.

  • 3. Inspecties als bedoeld in het tweede lid, worden uitgevoerd op de plaats van binnenkomst of op de plaats van bestemming die door de douaneautoriteiten en door de minister is erkend overeenkomstig richtlijn nr. 2004/103/EG.

  • 4. Luchthavenautoriteiten, havenautoriteiten, importeurs of exploitanten kunnen door de minister worden verplicht om een op handen zijnde aankomst van een zending als bedoeld in het tweede lid, vooraf te melden bij het douanekantoor van de plaats van binnenkomst of bij de officiële instantie van de plaats van binnenkomst zodra zij hiervan op de hoogte zijn.

  • 5. Indien het houten verpakkingsmateriaal van een zending als bedoeld in het tweede lid, besmet is met een schadelijk organisme, genoemd in Bijlage I, deel A, van richtlijn 2000/29/EG of niet voldoet aan de eisen, bedoeld in Bijlage IV, deel A, Rubriek I, onder 2 en 8, van richtlijn 2000/29/EG, wordt een maatregel als bedoeld in artikel 13 quater, zevende lid, van richtlijn 2000/29/EG toegepast.

B

In artikel 23, tweede lid, wordt ‘1 april 2017’ vervangen door: 1 augustus 2018.

ARTIKEL III

1. Artikel I, onderdelen C tot en met G, treden in werking met ingang van 1 juli 2017.

2. Artikel I, onderdelen A, B, H, I en J, en artikel II treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 10 mei 2017

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

TOELICHTING

1. Inleiding

Onderhavige regeling wijzigt de Regeling tarieven Plantenziektenwet (hierna: tarievenregeling) en de Regeling invoer, uitvoer en verkeer van planten (RIUVP). In de tarievenregeling zijn de tarieven vastgelegd die door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (hierna: NVWA) en de keuringsdiensten Stichting Nederlandse Algemene Keuringsdienst voor zaaizaad- en pootgoed van landbouwgewassen (hierna: de NAK), Stichting Nederlandse Algemene Kwaliteitsdienst Tuinbouw (hierna: Naktuinbouw), Stichting Bloembollenkeuringsdienst (hierna: de BKD) en Stichting Kwaliteits-Controle-Bureau (hierna: het KCB) in rekening worden gebracht als vergoeding voor hun fytosanitaire werkzaamheden. Het betreft tarieven voor fytosanitaire inspecties en voor een aantal andere werkzaamheden, zoals laboratoriumonderzoek en de afgifte van certificaten.

Op grond van artikel 6a van de Plantenziektenwet stelt de Minister van Economische Zaken de tarieven als vergoeding van de door de NVWA en de keuringsdiensten verrichte werkzaamheden vast. Hiertoe kunnen de NVWA en de keuringsdiensten een tariefvoorstel doen. Voor Naktuinbouw, de BKD en het KCB, zijn de tarieven reeds op 1 januari 2017 aangepast. Met de onderhavige regeling wordt voor de NAK een nieuw tarief ter dekking van de kosten van het onderzoek naar PSTVd vastgesteld, vervallen enkele niet langer gebruikte tarieven en worden tarieven eenmalig verhoogd, geïndexeerd en geüniformeerd. Uitgangspunt is dat deze fytosanitaire tarieven kostendekkend zijn. Tevens worden de tarievenregeling en de RIUVP in lijn gebracht met het gewijzigde Uitvoeringsbesluit nr. 2013/92/EU, dat ziet op houten verpakkingsmateriaal, dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China.

Met de wijzigingen wordt uitvoering gegeven aan het Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/728 van de Commissie van de Europese Unie van 20 april 2017 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit 2013/92/EU betreffende het toezicht, de fytosanitaire controles en de te nemen maatregelen met betrekking tot houten verpakkingsmateriaal dat gebruikt wordt voor het vervoer van specifieke goederen van oorsprong uit China (PbEU 2017, 107).

2.1 Tarieven van de NAK

De tarieven voor door de NAK uitgevoerde exportinspecties consumptieaardappelen en zaaizaden dekken niet langer de kosten die de NAK hiervoor moet maken (artikel I, onderdeel C, respectievelijk onder a, b en c). Het invoeren van CLIENT Export en efficiencywinst bij bedrijven hebben geleid tot minder inspectiebezoeken, een kortere duur van de inspectie en meer inspecties per bezoek en dat heeft een negatieve invloed op de tariefopbrengsten. De tarieven voor de hiervoor genoemde werkzaamheden zijn daarom met 1% geïndexeerd. Hiernaast is het starttarief bij de genoemde exportinspecties eenmalig verhoogd van respectievelijk € 48,80 naar € 57,60, €73,20 naar € 86,40 en € 97,60 naar € 115,20 (artikel I, onderdeel C, respectievelijk

onder a, b en c). Uit onderzoek bleek dat in dit starttarief nog niet alle kosten van de NAK werden doorberekend aan de aanvrager.

De tarieven voor vergeefse reizen en spoed ten aanzien van inspecties bij pootaardappelen, consumptieaardappelen en zaaizaden (artikel I, onderdelen D en C, onder d) zijn geïndexeerd met 1% en blijven daarmee kostendekkend. Het gebruik van deze tarieven is overigens beperkt.

Een aantal nieuwe tarieven is vastgesteld voor de behandeling van een aanvraag voor onderzoek naar PSTVd (artikel I, onderdeel G onder 1).

Het tarief voor spoedbemonstering en spoedonderzoek bij bruin- en ringrot en PSTVd is bepaald op een bedrag van € 100,00 per monster (artikel I, onderdelen F en G onder 2). De afhandelingskosten bij spoed voor de NAK zijn ongeacht het type onderzoek per monster vergelijkbaar en dat rechtvaardigt ook één tarief voor de diverse spoedaanvragen monsteronderzoek pootaardappelen en voorkomt tevens onderdekking bij het tarief voor spoedbemonstering en spoedonderzoek bij bruin- en ringrot.

Twee tarieven zijn vervallen, omdat deze niet langer werden gebruikt door de NAK (artikel I, onderdeel C onder 2 en onderdeel F onder 1) en een eerdere omissie is hersteld (artikel I, onderdeel G).

2.2 Bijlage bij de artikelen 10 en 12 van de tarievenregeling

De bijlage bij de artikelen 10 en 12 van de tarievenregeling is in lijn gebracht met de lijst, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van verordening 1756/2004. Deze lijst is voor het laatst door de Europese Commissie gewijzigd en bekendgemaakt op 24 november 2016 (artikel I, onderdeel J).

2.3 Wijziging Uitvoeringsbesluit 2013/92/EU (verlenging maatregelen houten verpakkingsmateriaal uit China)

Op grond van het Uitvoeringsbesluit 2013/92/EU wordt houten verpakkingsmateriaal van bepaalde goederen ((natuur)steenproducten) van oorsprong uit China bij import in de Europese Unie onderworpen aan fytosanitaire controles om na te gaan of het verpakkingshout vrij is van schadelijke organismen, een goedgekeurde behandeling heeft ondergaan en voorzien is van een merkteken (conform ISPM 15). Op 18 maart 2015 is de werkingsduur van het Uitvoeringsbesluit 2013/92/EU verlengd tot 1 april 2017 en zijn de maatregelen ten aanzien van fytosanitaire controles op houten verpakkingsmateriaal uitgebreid tot andere goederen dan (natuur)steenproducten (Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/474). De Europese Commissie heeft onlangs vastgesteld dat nog steeds geen verbeteringen zijn opgetreden in de vermindering van vondsten van schadelijke organismen in het verpakkingshout. Om die reden zijn de noodmaatregelen nog steeds noodzakelijk en is de einddatum in het Uitvoeringsbesluit 2013/92/EU gewijzigd van 31 maart 2017 in 31 juli 2018 (Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/728). Ook zijn via dit laatste uitvoeringsbesluit Annex I en II van het Uitvoeringsbesluit 2013/92/EU in lijn gebracht met de geactualiseerde gecombineerde douane nomenclatuur in Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1821 (GN-codes).

Per 1 april 2017 is artikel 12o uit de RIUVP en zijn de artikelen 1, onder v en 2b van de tarievenregeling van rechtswege vervallen. Gezien Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/728 tot verlenging van de noodmaatregelen tot 31 juli 2018 worden met deze regeling de genoemde artikelen opnieuw opgenomen in respectievelijk de RIUVP en de tarievenregeling (artikel I, onderdelen A en B en artikel II, onderdeel A). In artikel 2b van de tarievenregeling is GN-code 6907 in plaats van GN-code 6908 vermeld. Deze wijziging heeft geen consequenties voor de te inspecteren producten en de in rekening te brengen tarieven. De producten die geïnspecteerd moeten worden blijven hetzelfde.

Verder is de einddatum in artikel 49, tweede lid van de tarievenregeling en artikel 23, tweede lid RIUVP gewijzigd in 1 augustus 2018 en ziet artikel 49, tweede lid tarievenregeling nu alleen op artikel 2b (artikel I, onderdeel I en artikel II, onderdeel B).

3. Regeldruk en uitvoeringslasten

De wijzigingen in deze regeling leiden niet tot nieuwe informatieverplichtingen en hebben daardoor geen effect op de regeldruk.

De uitvoeringslasten voor de NVWA in verband met de rapportageverplichtingen aan de Europese Commissie zoals opgenomen in het Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/728 vallen binnen de bestaande capaciteit van de NVWA.

4. Inwerkingtreding

In lijn met het kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten (Kamerstukken II 2009/10, 29 515, nr. 309) treedt een gedeelte van deze regeling in werking per

1 juli 2017 met een invoeringstermijn van twee maanden (artikel III, onder 1), Dat geldt niet voor het gedeelte van de regeling waarnaar in artikel III, onder 2 wordt verwezen. Dat deel van de regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt gepubliceerd. Hiermee is afgeweken van het eerdergenoemde kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten. Dit beleid biedt echter de mogelijkheid om een uitzondering te maken in het geval van reparatieregelgeving of indien Europese regelgeving daartoe aanleiding geeft.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

Naar boven