32 670 Voortgang Natura 2000

Nr. 83 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 oktober 2013

Hierbij informeer ik u over de voortgang en planning van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS), zoals ik in het Algemeen Overleg Natura 2000/ Westerschelde op 19 september 2013 heb toegezegd (Kamerstuk 32 670, nr. 82).

In de afgelopen periode heb ik met de gedeputeerden landelijk gebied en een vertegenwoordiging van de Unie van Waterschappen gesproken over de voortgang en de te volgen planning. Door alle partijen is benadrukt dat de PAS een belangrijk instrument is om vergunningverlening voor stikstofproducerende economische activiteiten in en rondom Natura 2000-gebieden weer op gang te brengen. Tegelijkertijd brengt de PAS de realisatie van Natura 2000-doelen dichterbij. Vandaar dat Rijk en provincies de uitvoering gezamenlijk ter hand nemen, in nauw overleg met de waterschappen en andere terreinbeheerders. Streven hierbij was erop gericht om de PAS op 1 januari 2014 in werking te laten treden (zie Kamerstuk 32 670, nr. 70).

De afgelopen periode is door alle partijen veel inzet gepleegd om de benodigde voortgang te boeken. Zo is de Plan MER in de steigers gezet, is het zogenoemde wetsvoorstel PAS aan uw Kamer verzonden, Kamerstukken 33 669, en zijn de gebiedsanalyses opgesteld voor opname in de PAS. In de gebiedsanalyses zijn de herstelmaatregelen opgenomen die ervoor zorgen dat de natuurkwaliteit in de betreffende gebieden niet verder achteruit gaat en waar nodig wordt verbeterd; zij vormen daarmee een essentieel onderdeel van de PAS. Het opstellen van deze gebiedsanalyses door Rijk en provincies en de beoordeling hiervan door deskundigen heeft meer tijd gekost dan eerder was voorzien. De voor de juridische houdbaarheid noodzakelijke onderbouwing van de maatregelen in de gebiedsanalyses is op dit moment nog niet in alle gevallen voldoende. De betreffende gebiedsanalyses worden momenteel aangepast. Ook het verzamelen van de benodigde gegevens om tot berekeningen voor ontwikkelingsruimte te komen heeft meer tijd gekost dan voorzien. Over de verdeling van de beschikbare ontwikkelingsruimte vindt de komende maanden overleg plaats tussen Rijk en provincies.

Ondanks alle inspanningen hebben Rijk en provincies gezamenlijk geconcludeerd dat voor een zorgvuldige afronding van de PAS meer tijd nodig is. Dit geldt ondermeer voor het doorlopen van de openbare inspraak en bestuurlijk besluitvormingsvormingsprocessen. De gedeputeerden landelijk gebied en ik delen het standpunt om de PAS op zo kort mogelijke termijn in werking te laten treden. Eveneens is gedeeld dat snelheid niet ten koste van de benodigde kwaliteit mag gaan. Zorgvuldigheid nu is van belang om juridische problemen later te voorkomen. Vandaar dat ik samen met de gedeputeerden een gezamenlijke ambtelijke Taskforce heb ingesteld om een strakke sturing te geven aan de afronding van de PAS.

Door provincies en Rijk is een gezamenlijk tijdpad opgesteld om tot een zorgvuldige afronding van de PAS te komen. In dit tijdpad is het ontwerp Programma Aanpak Stikstof naar verwachting in het voorjaar van 2014 gereed. Belangrijke onderdelen in het ontwerp programma zijn de omvang en verdeling van ontwikkelingsruimte, de uit te voeren herstelmaatregelen en generieke maatregelen, de wijze van monitoring en bijsturing en de passende beoordeling van de PAS. Dit ontwerp programma zal ik, samen met de Plan-MER, uw Kamer in het voorjaar toesturen. Wat vervolgens rest zijn de afrondende procedures. Deze procedures bestaan uit het doorlopen van de openbare inspraak en besluitvormingsprocedures door Provinciale Staten in een aantal provincies. Afhankelijk van het moment waarop deze procedures zijn afgerond, kan het Programma Aanpak Stikstof worden vastgesteld en de PAS in werking treden. De provincies en ik streven ernaar dat dit in de zomer van 2014 zal zijn.

Begin deze maand heb ik de beantwoording van de vragen voor het schriftelijk overleg over het wetsvoorstel PAS naar uw Kamer gestuurd (Kamerstuk 33 669, nr. 6). Een snelle invoering van de voorgestelde wetswijziging blijft wenselijk om verdere vertraging in het proces tot afronding van de PAS te voorkomen. De wetswijziging is nodig om de procedures voor de vaststelling van het programma, de regels over de ecologische onderbouwing te verduidelijken en een effectieve uitvoering van het Programma Aanpak Stikstof te verzekeren. Het programma kan pas worden vastgesteld als het wetsvoorstel kracht van wet heeft verkregen en in werking is getreden.

Ik ben vol vertrouwen dat de PAS binnen een jaar daadwerkelijk van start kan gaan. Weliswaar niet begin 2014, maar zeker in de loop van 2014. In de tussentijd zal ik uw Kamer informeren over de realisatie van belangrijke tussenresultaten.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven