29 800 XIII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2005

nr. 52
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 februari 2005

In het kader van de vierjaarlijkse evaluatie van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA), waarmee ik vorig jaar ben gestart, doe ik u hierbij alvast ter informatie het eindrapport met bijlagen toekomen van het door Berenschot, Ecorys en TNO-STB uitgevoerde onderzoek naar het feitelijk functioneren van OPTA de afgelopen vier jaar.1

Op basis van deze onderzoeksresultaten zal ik een kabinetsstandpunt voorbereiden. Het kabinetsstandpunt betreft de conclusies van de doelmatigheid en doeltreffendheid van het optreden van OPTA in de afgelopen vier jaar, alsmede het oordeel van het Kabinet over de mate waarin en de wijze waarop het sectorspecifieke toezicht op de telecommunicatie- en postmarkt gecontinueerd zou moeten worden. Zoals toegezegd zal ik hierbij mijn «visie op het markttoezicht» en de door onderzoeksbureau OXERA opgestelde «kosten-baten analyse» betrekken.

Na een consultatie van het college van OPTA en marktpartijen ben ik voornemens dit kabinetsstandpunt voor 1 juni 2005 aan uw Kamer aan te bieden.

De Minister van Economische Zaken,

L. J. Brinkhorst


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven