29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde

Nr. 124 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 juli 2011

Tijdens de begrotingsbehandeling van Justitie op 25 november 2010 (Handelingen II 2010/11, nr. 27, blz. 16–81) (het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaten van het ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 2011 (32 500-VI)) heb ik u toegezegd om aan u te rapporteren over de wijze waarop de rechtspraak aandacht geeft aan de maatschappelijke oriëntatie door rechters. De Raad voor de rechtspraak heeft mij middels een brief geïnformeerd over de activiteiten op dit terrein. Bijgaand zend ik u deze brief, waarin wordt beschreven dat de rechtspraak een nieuw stelsel ontwikkelt voor initiële opleidingen, waarbij de maatschappelijke werkervaring een vereiste zal zijn om toe te kunnen treden tot de opleiding tot rechter.1 Daarnaast worden rechters op velerlei terreinen gestimuleerd om op maatschappelijke wijze betrokken te zijn, bijvoorbeeld door contacten in het werkveld, het afleggen van werkbezoeken en intensieve samenwerking met scholen. De rechtspraak is gestart met een landelijk programma «Samenwerking en rechtspraak» waarin de rechter en Rechtspraak op nieuwe terreinen verbinding zoeken met de samenleving.

Ik ben ervan overtuigd dat met de nieuwe initiatieven van de Rechtspraak – in aanvulling op de reeds bestaande activiteiten – en hoge mate van maatschappelijke bewustwording van rechters en Rechtspraak kan worden bereikt. Deze initiatieven en activiteiten zal ik met grote interesse blijven volgen.

De minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven