27 062 Alleenstaande minderjarige asielzoekers

Nr. 139 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 mei 2024

Het lid Podt (D66) heeft op 6 april 2023 een motie ingediend1 waarin wordt verzocht om de Kamer ieder kwartaal te informeren over de stand van zaken ten aanzien van de opvang van alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv). Deze brief is een opvolging van de laatste stand van zaken amv waarover op 29 januari 20242 voor het laatst aan uw Kamer gecommuniceerd is. In deze brief ga ik in op de toegenomen instroom van amv en recente ontwikkelingen ten aanzien van de opvang van amv. Voorts ga ik in deze brief in op de aangenomen motie van het lid Markuszower (PVV) van 12 februari jl. over maatregelen om de hoge instroom van amv terug te dringen (Kamerstuk 36 410 VI, nr. 73).

Zoals bekend is de druk op de asielopvang al lange tijd hoog, zo ook op de amv-opvang. Het aantal amv dat in januari en februari 2024 in Nederland een asielaanvraag indiende lag met circa 760 aanvragen hoger dan de maanden januari en februari in 2023 (circa 410 asielaanvragen).3 De verwachting is dat de verhoogde instroom van amv in 2024 (t.o.v. 2023) door zal zetten.4 In de top drie nationaliteiten van amv die asiel aanvragen in Nederland is een lichte verschuiving geconstateerd.5 In februari 2024 bleef Syrië als herkomstland bovenaan staan met 40% van het totaal van de amv asielaanvragen. Irak steeg met 22% naar de tweede plek en Eritrea staat met 8% op plek 3.

Uw Kamer is recent bij brief geïnformeerd over de actuele situatie binnen de asielketen en de Meerjaren Productie Prognose (MPP) 2024-I.6 In deze brief wordt bijzondere aandacht gevraagd voor de verhoogde instroom, de stokkende doorstroom richting huisvesting in gemeenten en de druk die daaruit volgt op de opvangcapaciteit. Deze druk wordt ook in de amv-opvang gevoeld en ik voorzie een grote uitdaging voor het COA en Nidos om ook komend jaar voldoende (kleinschalige) opvangplekken en begeleiding voor amv te realiseren. Door gebrek aan opvangplekken worden veel amv in hotels opgevangen, terwijl dergelijke locaties onvoldoende geschikt zijn voor de opvang van amv. Daarnaast zorgen enerzijds de kenmerken en faciliteiten van de vele noodlocaties en anderzijds het continu moeten verwerven en goed inwerken van nieuw en extern personeel ervoor, dat in sommige gevallen het kwaliteitsniveau voor de jongeren om zich te kunnen ontwikkelen momenteel niet overal op het gewenste niveau is. Dit is uitermate zorgwekkend, zeker voor deze kwetsbare doelgroep. Tevens zal een verhoogde instroom van amv zorgen voor een toenemende druk op de IND en verdere druk op onderwijsvoorzieningen en zorgvoorzieningen.

Alle inzet is erop gericht om zo snel mogelijk verbetering in de opvangsituatie van amv aan te brengen. Zo wordt onder andere door het Ministerie van Justitie en Veiligheid gezocht naar mogelijkheden voor het verbeteren van de doorstroommogelijkheden voor amv en vinden met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), de VNG, het COA en Nidos frequent gesprekken plaats gericht op het versnellen van de opvang- en huisvestingsopgave van inmiddels meerderjarige amv-statushouders.

Tot het moment dat er voldoende, structurele opvangplekken voor amv zijn, zet het COA de reeds ingezette maatregelen voort. Het gaat dan om het plaatsen van amv in noodopvang (bijvoorbeeld in hotels) en het vervroegd doorplaatsen van amv vanaf 17 jaar en 9 maanden naar reguliere opvanglocaties van het COA. Ik blijf gemeenten met klem oproepen om deze groep kwetsbare jongeren zo snel mogelijk passende opvang én huisvesting te bieden.

Hierbij is het goed in herinnering te brengen dat het opvangen van amv met een verblijfsvergunning in de kleinschalige opvanglocaties van het Nidos direct meetelt voor de taakstelling huisvesting vergunninghouders van de betreffende gemeente.

Motie Markuszower over maatregelen om de hoge instroom van alleenstaande minderjarige vreemdelingen terug te dringen

Juist vanwege de kwetsbare positie van amv en mede gezien de hiervoor genoemde druk op de amv-opvang en huisvesting vind ik het met uw Kamer van belang te kijken hoe het alleen reizen van deze kwetsbare doelgroep kan worden tegengegaan. Nederland wil bescherming bieden aan mensen die vluchten voor oorlog, geweld of vervolging. Maar voorkomen moet worden dat alleenstaande minderjarige vreemdelingen op irreguliere wijze naar Nederland reizen, met het risico slachtoffer te worden van mensensmokkel of bijvoorbeeld betrokken te raken bij criminele netwerken. Daarvoor is enerzijds van belang om in samenwerking met derde landen te voorkomen dat irreguliere migratie plaatsvindt. Anderzijds is van belang om zorgvuldig te beoordelen of de vreemdeling in Nederland recht heeft op bescherming, zonder hierbij een aantrekkelijker beleid te voeren dan in andere lidstaten.

Het kabinet werkt doorlopend aan partnerschappen met derde landen om irreguliere migratie tegen te gaan, terugkeer te bevorderen en bescherming van migranten te versterken, waarbij de Europese inzet en de bilaterale inzet in elkaars verlengde liggen. Afgelopen periode heeft het kabinet stappen gezet met partners als Marokko, Tunesië, Turkije, Egypte en Nigeria. Ook de komende maanden worden benut om samenwerking met partnerlanden verder te ontwikkelen, bijvoorbeeld als het gaat om tegengaan van mensensmokkel- en handel, versterken van grensbeheer, bevorderen van terugkeer, en bescherming van migranten. Het kabinet zal de Europese Commissie voorts blijven oproepen om ambitieuze, brede en gelijkwaardige partnerschappen te ontwikkelen, en verwelkomt in dat verband de stappen die de Commissie zet t.a.v. Tunesië, Egypte en Mauritanië. Eveneens verkent het kabinet samen met enkele andere EU-lidstaten hoe op een innovatieve wijze samengewerkt zou kunnen worden met derde landen op het terrein van migratie.

Wanneer vervolgens amv toch in Nederland asiel vragen, is het van belang dat het Nederlands asielbeleid niet onnodig afwijkt van het beleid van ons omringende landen. In dat licht heb ik uw Kamer bij brief van 5 maart jl.7 geïnformeerd over de aanpassing van de geloofwaardigheidsbeoordeling en de aanpassing van het groepenbeleid, waarmee naar verwachting de verschillen in de uitvoeringspraktijk van de beoordeling van asielaanvragen tussen Nederland en andere lidstaten worden verkleind.

Ten slotte

Ik draag graag mij waardering uit voor de onvermoeibare inzet van alle partijen die betrokken zijn bij de amv-opvang en -huisvesting. Ook de komende periode blijft de inzet om te komen tot meer grip op migratie, een stabiel en duurzaam opvanglandschap voor asielzoekers, met bijzondere aandacht voor amv, die naast goede opvang ook voldoende en adequate begeleiding nodig hebben.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg


X Noot
1

Kamerstukken II 2022/23, 19 637, nr. 3089

X Noot
2

Kamerstukken II 2023/24, 27 062, nr. 138

X Noot
3

Asieltrends februari 2024 Hoofdrapport https://ind.nl/nl/over-ons/cijfers-en-publicaties/asieltrends

X Noot
4

Deze verwachting is gebaseerd op berekeningen in de Meerjaren Productie Prognose (MPP). Zie volgende voetnoot.

X Noot
5

De top 3 nationaliteiten van amv die tijdens voorgaande amv opvangbrief d.d. 29 januari 2024 een asielaanvraag indienden in Nederland waren: Syrië (48 procent), Eritrea (18 procent) en Somalie (8 procent).

X Noot
6

Kamerstukken II 2023/24, 19 637, nr. 3239.

X Noot
7

Kamerstukken II, 2023/24, 19 637, nr. 3211.

Naar boven