Gemeenteblad van Eindhoven
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Eindhoven | Gemeenteblad 2023, 518107 | verkeersbesluit of -mededeling |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Eindhoven | Gemeenteblad 2023, 518107 | verkeersbesluit of -mededeling |
Tijdelijke verkeersmaatregelen en tijdelijke plaatsing verkeerstekens in de Dirk Boutslaan in verband met bouwproject De Caai
Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven (hierna: het college) neemt een verkeersbesluit voor de volgende straat:
Voor de volgende inrichtingselementen in het plan is een verkeersbesluit vereist:
De basis voor het nemen van dit verkeersbesluit is het bepaalde in:
- de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994);
- het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990);
- het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW);
- de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb).
Op grond van artikel 15, eerste lid, van de WVW 1994 moet een verkeersbesluit genomen worden voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het BABW genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.
Het gemeentebestuur is bevoegd tot het nemen van dit besluit. De basis hiervoor is artikel 18, lid 1, sub d van de WVW 1994.
De bevoegdheid tot het nemen van verkeersbesluiten als bedoeld in artikel 15 van de WVW 1994 is krachtens het ‘Mandaatregister gemeente Eindhoven’ gemandateerd aan het hoofd van de afdeling Verkeer, Milieu en Duurzaamheid.
Op grond van het bepaalde in artikelen 34, 35 en 37 van het BABW kan het bevoegd gezag ingeval van de uitvoering van werken tijdelijke verkeerstekens plaatsen of tijdelijke verkeersmaatregelen uitvoeren. In bepaalde situaties behoeft geen verkeersbesluit te worden genomen. Onder de gegeven omstandigheden wordt dit thans wél nodig geacht, omdat de hierboven beschreven tijdelijke inrichtingselementen langer gaan duren dan vier maanden.
De onderstaande belangen zijn de basis voor het verkeersbesluit. Zij staan in artikel 2 van de WVW 1994:
Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de politie Oost-Brabant, district Eindhoven, basisteam Eindhoven Zuid.
Op 26 april 2023 heeft het college een omgevingsvergunning verleend voor bouwproject ‘De Caai, bouwdelen T2-C-T4-E_PG’ aan de Kanaaldijk-Zuid 1. Voor de realisering van dit bouwproject dient een bouwplaats te worden ingericht. In verband met de in acht te nemen bouwveiligheidszone en het faciliteren van een veilige route voor het bouwverkeer, dient een aantal tijdelijke verkeersmaatregelen te worden getroffen in de Dirk Boutslaan.
De Dirk Boutslaan is bij de gemeente in beheer en betreft op grond van de gemeentelijke wegencategorisering een ‘gebiedsontsluitingsweg’ binnen de bebouwde kom.
De bouwplaats van het bouwproject De Caai is deels gesitueerd op het noordelijke deel van de rijbaan en het trottoir van deze weg. Dit deel van de weg dient te worden vrijgehouden voor het opstellen van bouwmaterieel, dan wel het creëren van een benodigde veiligheidsruimte. Tevens dient ruimte te worden gecreëerd ten behoeve van het werkverkeer, waarbij vrachtauto’s op een veilige wijze elkaar kunnen passeren binnen de bouwhekken.
De tijdelijke inrichtingselementen staan weergegeven op tekening 23.18.0001.1 (versie 12) d.d. 23 november 2023.
Hieronder volgt een uiteenzetting van de te treffen maatregelen. Voor de exacte locaties wordt verwezen naar bovenstaande tekening, die tevens als bijlage 1 aan dit verkeersbesluit is toegevoegd.
Vanwege het bouwterrein zal er een eenrichtingsweg worden ingesteld (rijrichting west à oost). Op een deel van deze eenrichtingsweg zal een uitzondering gelden voor fietsers en op een ander deel voor fietsers en bouwverkeer. Dat betekent dat het (overige) verkeer dat in de richting van het centrum rijdt, zal worden omgeleid via de Kanaaldijk-Zuid en Gabriël Metsulaan. De parkeerplaatsen aan de noordzijde, die binnen het bouwterrein zijn gelegen, zijn gedurende de bouwperiode niet bereikbaar.
Om voldoende ruimte te maken voor het gemotoriseerde verkeer (in één richting) en het fietsverkeer (in twee richtingen), zal de rijbaan naar het zuiden worden opgeschoven. Daarbij wordt voor de richting oost naar west een fietsstrook aangelegd, voor de richting west naar oost wordt dat niet gedaan. Voor deze richting zal het fietsverkeer zich mengen met het gemotoriseerde verkeer. Door de opschuiving van de rijbaan komt eveneens een aantal parkeerplaatsen aan de zuidzijde te vervallen. Een optie waarbij de rijbaan wordt opgeschoven met behoud van het tweerichtingsverkeer voor alle weggebruikers, is verkend. Deze optie is in verband met ruimtegebrek niet haalbaar gebleken.
Ten aanzien van de tijdelijk opgeheven parkeerplaatsen zal een parkeerverbod worden ingesteld. Deze maatregel zal enige tijd voor aanvang van de werkzaamheden worden aangekondigd.
Vanwege de aangepaste verkeerssituatie zal – ter verzekering van de veiligheid op de weg – een maximumsnelheid worden ingesteld van 30 km/u.
Voetgangers kunnen van de weg gebruik blijven maken, maar zij zullen worden verwezen naar het zuidelijk gelegen trottoir.
De start van de bouwwerkzaamheden staat gepland in het eerste kwartaal van 2024. De inrichting van de bouwplaats zal reeds plaatsvinden vanaf december 2023. De werkzaamheden zullen naar verwachting duren tot het tweede kwartaal van 2027.
De tijdelijke verkeersmaatregelen zullen van kracht blijven tot het bouwproject volledig is afgerond.
De verkeersmaatregelen zijn afgestemd met de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost. Omwonenden en nabij gevestigde bedrijven zullen over de tijdelijke verkeersmaatregelen geïnformeerd worden via een wijkinformatiebrief.
Met dit verkeersbesluit stelt het college tijdelijke verkeersregels vast in verband met het faciliteren van een bouwterrein voor het bouwproject De Caai en een route voor het werkverkeer.
Deze regels dienen de hierboven genoemde verkeersbelangen van artikel 2 van de WVW 1994.
Door het instellen van de tijdelijke verkeersmaatregelen kan:
- het bouwverkeer op een goede en efficiënte wijze de bouwplaats bereiken;
- een bouwweg worden gerealiseerd, waarbij vrachtwagens voldoende ruimte hebben om elkaar veilig te kunnen passeren binnen de bouwhekken;
- de noodzakelijke bouwveiligheidszone worden gerealiseerd.
Zonder deze tijdelijke verkeersmaatregelen kunnen er onveilige en/of overlastgevende situaties ontstaan.
De verkeersmaatregelen kunnen echter ook nadelige gevolgen met zich meebrengen. Door het instellen van eenrichtingsverkeer, dient het verkeer richting het centrum de omleidingsroute via de Kanaaldijk-Zuid en Gabriël Metsulaan te nemen. De hoeveelheid verkeer op deze wegen zal hierdoor toenemen, waarbij – op drukke momenten – de kans bestaat op een verminderde doorstroming en langere reistijd.
De opheffing c.q. het niet beschikbaar zijn van een aantal parkeerplaatsen in de Dirk Boutslaan kan nadelige gevolgen met zich meebrengen, doordat er tijdelijk minder parkeergelegenheid is in de straat. Op momenten waarop de parkeerdruk hoger is, kan het voorkomen dat men iets verder van de bestemming af een parkeerplaats moet vinden.
Het college is van mening dat de mogelijke ongemakken voor weggebruikers beperkt zijn, mede doordat de maatregelen van tijdelijke duur zijn en er een alternatieve route en alternatieve parkeergelegenheid in de buurt beschikbaar zijn.
Het college heeft besloten bovengenoemde verkeersbelangen op grond van artikel 2 van de WVW 1994 zwaarder te laten wegen dan de belangen van weggebruikers bij het in stand houden van tweerichtingsverkeer en het beschikbaar houden van de parkeergelegenheden.
Het belang van de bruikbaarheid van de weg ten behoeve van het bouwverkeer en het belang van het creëren van een bouwveiligheidszone prevaleren boven het belang van het waarborgen van de vrijheid van het verkeer.
Volgens vaste jurisprudentie moeten tijdelijke verkeersmaatregelen worden beschouwd als een normale maatschappelijke ontwikkeling waarmee iedereen kan worden geconfronteerd. De nadelige gevolgen van dergelijke maatregelen mogen echter niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen belangen. De tijdelijke verkeersmaatregelen leiden volgens het college niet tot onevenredige hinder of overlast voor betrokkenen (artikel 3:4, lid 2, van de Awb).
De maatregelen worden uitgevoerd door middel van het plaatsen van:
De hierboven genoemde verkeersborden zijn conform de modellen van bijlage 1 van het RVV 1990.
De tijdelijke maatregelen zijn weergegeven op tekening 23.18.0001.1 (versie 12) d.d. 23 november 2023.
namens burgemeester en wethouders van Eindhoven,
plv. hoofd afdeling Verkeer, Milieu en Duurzaamheid
Bijlage 1: tekening 23.18.0001.1 (versie 12) d.d. 23 november 2023.
Belanghebbenden kunnen, tot uiterlijk 6 weken na publicatie van het besluit, schriftelijk bezwaar indienen bij burgemeester en wethouders, Postbus 90150, 5600 RB Eindhoven.
Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en bevat ten minste:
Het bezwaar schorst niet de werking van het besluit.
Wel kan een belanghebbende, met een spoedeisend belang, binnen dezelfde termijn een voorlopige voorziening vragen bij de voorzieningenrechter van Rechtbank Oost-Brabant, Postbus 90125, 5200 MA ’s-Hertogenbosch.
Het verzoek om een voorlopige voorziening moet voldoen aan dezelfde eisen als een bezwaarschrift.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2023-518107.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.