Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2018

 

De raad van de gemeente Dalfsen;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 oktober 2017, nummer 666;

 

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de gemeentewet;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de: “Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2018”

 

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2018

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de begraafplaats(en) “Ruitenborghstraat”, “Welsum” en de algemene begraafplaats te Nieuwleusen;

  • b.

    eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    - het doen begraven en begraven houden van lijken;

    - het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    - het doen verstrooien van as;

  • c.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • d.

    eigen urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor voor bepaalde en onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

    - het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    - het doen verstrooien van as;

  • e.

    urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

  • f.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • g.

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

  • h.

    verstrooiïngsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.

 

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

 

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

 

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

 

Artikel 5 Belastingjaar

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

 

Artikel 6 Wijze van heffing

De rechten genoemd in de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

 

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld

De rechten genoemd in de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

 

Artikel 8 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

 

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

 

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

 

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening lijkbezorgingsrechten 2017” van 3 november 2016, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening lijkbezorgingsrechten 2018”.

 

 

TARIEVENTABEL

"Tarieventabel, behorende bij de “Verordening lijkbezorgingsrechten 2018”

 

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

 

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf waarin begraven kan worden in 1 laag wordt geheven voor een periode van 30 jaar:

 

 

1.1.1

voor personen jonger dan 12 jaar (kindergraven)

907,45

1.1.2

voor personen van 12 jaar en ouder

1.412,00

1.1.3

voor een grafkelder of gemetseld graf

1.833,25

1.1.3

Het onder 1.1.1 en 1.1.2 bedoelde recht wordt alleen geheven in het geval het graf niet geschikt is om in 2 lagen te begraven dit betreft de begraafplaats Nieuwleusen.

 

 

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf waarin begraven kan worden in 2 lagen wordt geheven voor een periode van 30 jaar:

 

 

1.2.1

voor personen jonger dan 12 jaar (kindergraven)

907,45

1.2.2

voor personen van 12 jaar en ouder

1.882,70

1.2.3

voor een grafkelder of gemetseld graf

2.456,60

1.2.3

Het onder 1.2.1 en 1.2.2 bedoelde recht wordt ook geheven als geen gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid om in 2 lagen te begraven, terwijl het graf die mogelijkheid wel heeft.

 

 

1.3

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnenruimte voor de periode van 30 jaar in de vorm van:

 

 

1.3.1

een urnengraf, waarin maximaal 2 asbussen mogen worden bijgezet wordt geheven

713,50

1.3.2

een urnennis, op de begraafplaats Nieuwleusen , waarin de rechthebbende maximaal 2 asbussen kan (doen) bijzetten wordt geheven

713,50

1.3.3

een urnennis, waarin de rechthebbende één asbus kan (doen) bijzetten wordt geheven

377,55

 

 

 

 

 

Verlenging van rechten

 

 

1.4

Voor verlenging met 10 jaar van het uitsluitend recht op een graf waarin begraven kan worden in 1 laag

 

 

1.4.1

voor personen jonger dan 12 jaar (kindergraven) wordt geheven

302,50

1.4.2

voor personen van 12 jaar en ouder wordt geheven

470,65

1.4.3

voor een grafkelder of gemetseld graf

617,15

1.5

Voor verlenging met 10 jaar van het uitsluitend recht op een graf waarin begraven kan worden in 2 lagen

 

 

1.5.1

voor personen jonger dan 12 jaar (kindergraven) wordt geheven

302,50

1.5.2

voor personen van 12 jaar en ouder wordt geheven

627,60

1.5.3

voor een grafkelder of gemetseld graf

794,85

1.6

Indien de verlenging van de rechten, genoemd in de artikelen 1.4.1 t/m 1.5.3, gebaseerd zijn op artikel 9 lid 3 van de begraafverordening bedraagt het tarief het zoveelste tiende gedeelte van de termijn van verlenging

 

 

1.7

Voor verlenging met 10 jaar van het uitsluitend recht op een urnenruimte in de vorm van:

 

 

1.7.1

een urnengraf, waarin maximaal 2 asbussen mogen worden bijgezet wordt geheven

237,85

1.7.2

een urnennis, waarin de rechthebbende maximaal 2 asbussen kan (doen) bijzetten wordt geheven

237,85

1.7.3

een urnennis, waarin de rechthebbende één asbus kan (doen) bijzetten, wordt geheven

125,80

 

Hoofdstuk 2 Begraven

2.1

Voor het begraven van een stoffelijk overschot van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven

631,45

 

2.2

Voor het begraven van een stoffelijk overschot van een kind beneden één jaar of een doodgeborene wordt geheven

150,60

2.3

Voor het begraven van een stoffelijk overschot van een kind beneden 12 jaar wordt geheven

300,00

2.4

Voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 2.1, 2.2 en 2.3 verhoogd met

180,00

2.5

Onder buitengewone uren wordt verstaan de uren als bedoeld in artikel 10, lid 3 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Dalfsen 2010.

 

 

 

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

3.1

Voor het bijzetten en het verplaatsen van een asbus wordt geheven per bijzetting of verplaatsing

 

 

3.1.1

in een graf

142,90

3.1.2

in een urnengraf

142,90

3.1.3

in een urnennis

142,90

3.2

Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven

111,30

 

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

4.1

Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in artikel 19 van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Dalfsen 2010:

 

 

4.1.1

voor de aanleg van een grafkelder

102,55

4.1.2

voor het plaatsen van een gedenkteken

102,55

4.1.3

voor het aanbrengen van tekst aan urnennissen en andere gemeentelijk gedenkplaatsen middels ingraveren of anderszins

102,55

 

Hoofdstuk 5 Overboeken van eigen graven en urnennissen

5.1

Voor het overboeken van eigen graven, urnengraven of urnennissen in een daartoe bestemd register op naam van een ander wordt per overschrijving geheven

18,60

 

Hoofdstuk 6 Opgraven, verwijderen of ruimen

6.1

Voor het opgraven van een stoffelijk overschot wordt geheven

619,65

6.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven

315,25

6.3

Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven

619,65

6.4

Voor het opgraven of verwijderen van een asbus wordt geheven:

 

 

6.4.1

uit een urnengraf of urnennis

142,90

6.4.2

bij het weer terugplaatsen van de asbus wordt geheven

142,90

 

Hoofdstuk 7 Condoleance-ruimte

7.1

Voor het gebruik van de condoleance-ruimte op de algemene begraafplaats “Welsum” wordt een recht geheven per keer van

41,50

 

 

Aldus besloten door de raad van de gemeente Dalfsen in zijn openbare vergadering van 9 november 2017.

De raad voornoemd,

de voorzitter, de griffier,

drs. H.C.P. Noten drs. J. Leegwater

Naar boven