35 337 Wijziging van de Drank- en Horecawet in verband met het Nationaal Preventieakkoord en evaluatie van de wet

Nr. 18 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID VAN GERVEN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 12

Ontvangen 5 november 2020

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel L, onder 2, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt «wordt een lid» vervangen door «worden twee leden»

2. In de aanhef van het voorgestelde vijfde lid wordt «die alcoholhoudende drank verstrekken in het kader van onderwijs» vervangen door «die dienst doen in een slijtlokaliteit of horecalokaliteit in het kader van onderwijs of daar onderwijs volgen».

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 6. De personen, bedoeld in het vijfde lid, die de in het derde lid genoemde leeftijd nog niet hebben bereikt verstrekken geen alcoholhoudende drank.

Toelichting

De indiener wil met dit amendement regelen dat het niet is toestaan dat leerlingen van 14 en 15 jaar in het kader van een stage alcoholhoudende dranken mogen schenken (artikel 24).

Een van de voorstellen is het toestaan dat leerlingen van 14 en 15 jaar in het kader van een stage alcoholhoudende drank mogen schenken (artikel 24). Dat is volgens de indiener onwenselijk. Hiermee wordt immers de status van de leeftijdsgrens van 18 jaar ondergraven. Bovendien gaat het – zoals de memorie van toelichting van het wetsvoorstel ook terecht stelt – deels om kwetsbare leerlingen.1 De leeftijd waarop alcoholhoudende drank schenken toegestaan kan worden dient tenminste 16 jaar te blijven.

Wel dient mogelijk gemaakt te worden dat jonge kinderen onder de 16 jaar «dienst doen in een horecalokaliteit of slijtlokaliteit» in het kader van een stage of het verzorgen van horeca in school ter voorbereiding op een stage. Daarom dient expliciet bepaald te worden dat zij geen alcoholhoudende drank verstrekken. Het leren serveren kan natuurlijk ook met alcoholvrije dranken. En in een slijtlokaliteit kunnen ook andere werkzaamheden worden verricht (bijvoorbeeld voorraden registreren).

Van Gerven


X Noot
1

Kamerstukken II 2019/20, 35 337, nr. 3.

Naar boven