31 051 Evaluatie Wet bescherming persoonsgegevens

Nr. 11 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 februari 2013

Bij mijn streven naar een grotere veiligheid in Nederland is het essentieel dat de politie over een adequaat instrumentarium beschikt. Een van die instrumenten betreft de inzet van ANPR, Automatic Number Plate Recognition, in het Nederlands ook wel geautomatiseerde kentekenherkenning, voertuigherkenning of nummerplaatherkenning genoemd. Dit is een techniek waarbij met behulp van camera’s kentekens van voertuigen in het verkeer kunnen worden vastgelegd en langs geautomatiseerde weg kunnen worden vergeleken met kentekens van voertuigen die gezocht worden door de politie of die op naam staan van personen die bekend zijn bij de politie.

In het regeerakkoord is opgenomen dat innovatie en het verhogen van de pakkans in de strafrechtketen bijzondere aandacht krijgen. Een bredere inzet van systemen van automatische nummerplaatherkenning draagt hieraan bij. In deze brief zal ik mijn beleidsvisie uiteenzetten voor de inzet van ANPR voor politietaken, onder meer voor het innen van boetes, de executie van strafvonnissen, het opsporen van gestolen voertuigen en gestolen kentekens en de aanpak van ladingdiefstal. Deze visie is mede gebaseerd op een onderzoek dat het WODC in mijn opdracht heeft laten verrichten naar de meerwaarde van ANPR voor de opsporing. Dit onderzoek heb ik u op 27 april jl. toegestuurd.1

Het belang van ANPR voor de uitvoering van de politietaak

Ik ben van mening dat voertuigherkenning bijdraagt aan een goede uitvoering van de politietaak. Zoals ik hieronder uiteen zet, komt er daarom een bredere inzet van de systemen van automatische nummerplaatherkenning.

Een bredere inzet van ANPR acht ik noodzakelijk, omdat een goede informatiepositie van de politie essentieel is om haar taken effectief en efficiënt uit te kunnen voeren. Mede omdat in de afgelopen decennia de mobiliteit en het aantal voertuigen is toegenomen, is het zinvol om het «handmatig» waarnemen en selecteren van voertuigen door politieagenten aan te vullen met mogelijkheden tot het geautomatiseerd waarnemen en selecteren van voertuigen.

Het belang van ANPR voor de handhavingstaak van de politie

De momenteel meest gebruikte vorm van ANPR-inzet is die van directe handhavingsacties waarbij referentielijsten worden gebruikt. Bij deze acties wordt door de politie, vaak in samenwerking met andere diensten, een controletraject opgezet waarbij sprake is van een of meerdere camera’s. Motoragenten en andere opsporingsambtenaren worden ingezet voor de controle van voertuigen waarvan het gebruikte kenteken overeenkomt met een kenteken op een referentielijst. Zodra de ANPR-camera herkent dat een voertuig op een referentielijst staat, gaat de politie over tot het geven van een stopteken en wordt het voertuig stopgezet en de zaak afgehandeld. Het politieoptreden kan dan bijvoorbeeld bestaan uit een controle (toezicht op de naleving van voorschriften) of het afhandelen van een nog openstaande boete, het tenuitvoerleggen van een arrestatiebevel of nog het inbeslagnemen van het voertuig. Met deze handhavingsacties kunnen de voertuigen die op een referentielijst staan snel en efficiënt worden geselecteerd uit grote hoeveelheden voertuigen in drukke verkeersstromen. Tegelijkertijd kunnen voertuigen die niet op een referentielijst staan zonder enig oponthoud hun weg vervolgen. Onder meer langdurig openstaande boetes kunnen op deze wijze worden geïnd. Uit bovengenoemd onderzoek en andere onderzoeken2 blijkt dat ANPR een efficiënt instrument is, sneller en vollediger dan de oude, handmatige werkwijze.

Het belang van ANPR voor de opsporingstaak van de politie

In de politieregio’s IJsselland en Rotterdam-Rijnmond is in het verleden ervaring opgedaan met het gebruik van bewaarde kentekengegevens ten behoeve van de opsporing. Gebleken is dat misdrijven mede met behulp van bewaarde kentekengegevens kunnen worden opgelost. Een voorbeeld hiervan is een overval op een winkel, waarbij omstanders de verdachte hebben zien wegrijden en waarbij later blijkt dat het kenteken van het voertuig van de verdachte, kort na de overval is vastgelegd door een ANPR-camera in de nabijheid van de plaats waar de overval is gepleegd. Dit kan richting geven aan het opsporingsonderzoek en bijdragen aan het bewijs. Indien nodig voor een concreet lopend onderzoek mogen kentekengegevens, binnen de grenzen van artikel 3 Politiewet 20123, op relevante locatie en tijdstippen worden vergaard en voor de duur van het onderzoek bewaard. Ook biedt art. 126nd van het Wetboek van Strafvordering de officier van justitie de mogelijkheid bepaalde opgeslagen of vastgelegde gegevens (waaronder camerabeelden) bij derden te vorderen.

Echter, voor de opslag van alle kentekens die een camera passeren, dus bijvoorbeeld kentekens die niet overeenkomen met kentekens op een referentielijst of kentekens die niet specifiek nodig zijn voor een concreet onderzoek, ontbreekt momenteel een toereikende wettelijke basis.

Onderzoek naar de meerwaarde van ANPR

Op 27 april jl. heb ik u het onderzoek getiteld Hits en hints; de mogelijke meerwaarde van ANPR voor de opsporing toegestuurd. Dit onderzoek heeft het WODC in mijn opdracht laten verrichten om na te gaan wat de mogelijke meerwaarde van ANPR is en hoe de voorgenomen bredere inzet van ANPR verder kan worden vormgegeven. Om de mogelijke meerwaarde van ANPR vast te stellen is een beoordelingskader opgesteld waarin drie stappen worden onderscheiden:

  • 1. Techniek

    Eén overkoepelend percentage voor de betrouwbaarheid van de ANPR-techniek kan niet worden gegeven. Dit is sterk afhankelijk van de kwaliteit van de camera’s, de opstelling van de apparatuur en de keuzes met betrekking tot de instellingen. Onder goede (weers)omstandigheden en met de modernste apparatuur wordt 90 tot 94 procent van alle passerende kentekens juist gelezen. Bij minder geavanceerde apparatuur of onder moeilijkere omstandigheden, zoals mist, kan dit cijfer teruglopen.

  • 2. Referentielijsten koppelen

    Vanuit het landelijke ANPR-programmabureau worden referentielijsten aangeboden. Daarnaast kunnen korpsen ook hun eigen referentielijsten voor handhavings- en/of opsporingsdoeleinden opstellen en beschikbaar stellen. Tijdens alle ANPR-acties in 2009 in de regio Rotterdam-Rijnmond zijn in totaal ruim 265.000 kentekens gescand. Dit leidde tot ruim 6500 hits (2,5%). Aan het merendeel van de hits (75%) liggen boetes of belastingschulden ten grondslag.

  • 3. Reacties op hits

    Verreweg de meeste hits van de vaste ANPR-camera’s worden alleen geregistreerd en doorgegeven aan de instantie die de referentielijst aanleverde. Tijdens ANPR-acties wordt wel een groot deel van de hits gecontroleerd. Tijdens alle ANPR-acties in 2009 in de regio Rotterdam-Rijnmond zijn in totaal 2700 voertuigen daadwerkelijk gecontroleerd (op het totaal van ruim 6500 voertuigen dat een hit opleverde). Dat leverde € 660.000,– aan geïnde boetes en belastingschuld op, 260 in beslag genomen voertuigen en bijna honderd processen-verbaal.

Het rapport verschaft een goed inzicht in de huidige stand van zaken van het gebruik van ANPR door de politie. Ik stel vast dat de onderzoekers concluderen dat ANPR hits en hints oplevert en daarmee meerwaarde heeft voor de politie, zowel voor de handhaving als voor de opsporing. Dit rechtvaardigt naar mijn mening de huidige inzet van ANPR en bevestigt mij in mijn voornemens tot een bredere inzet van ANPR (zie hieronder). Zo wordt de inzet van ANPR op dit moment nog niet in alle politieregio’s ten volle benut. Voor de opsporing ligt de meerwaarde van ANPR (vooralsnog) vooral in het richting geven aan opsporingsonderzoeken. Dit zijn belangrijke conclusies.

De onderzoekers geven aan dat de meerwaarde voor de vervolging (het gebruik van ANPR als bewijsmateriaal) tot nu toe nauwelijks wordt toegepast en daarom beperkte meerwaarde heeft. Ik ga er echter vanuit dat ANPR in de toekomst, zeker na de door mij beoogde verbreding van de inzet van ANPR (zie hieronder), ook vaker als bewijsmateriaal kan worden opgevoerd in de vervolging. Het onderzoek laat al zien dat ANPR belangrijke aanknopingspunten biedt voor de opsporing. Zo zijn er ernstige delicten mee opgelost en overvallers uit de ene regio zijn in de andere regio aangehouden.

Voorts geven de onderzoekers aan dat de huidige inzet van ANPR meer hits opleveren dan waarop de politie kan reageren. De politie moet daarom meer gaan filteren en prioriteit geven aan informatie die echt relevant is. Deze aanbeveling is van belang vanuit het beginsel «select before you collect». Dit is bijvoorbeeld vorm te geven door de kwaliteit van de referentielijsten verder te vergroten en referentielijsten selectief aan te zetten. Ik ben van mening dat de hits die nu geen opvolging krijgen niets afdoen aan de successen die worden geboekt met de hits die wél opvolging krijgen. Deze successen, waaronder aanhoudingen, inbeslagneming van voertuigen en rijbewijzen en het innen van openstaande boetes, zijn helder omschreven in het onderzoek.

Privacyaspecten

Ingevolge artikel 3 Politiewet 2012 heeft de politie tot taak te zorgen voor de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven. Ter uitvoering van haar taak is de politie bevoegd tot het verrichten van alle handelingen die hiervoor nodig zijn, waaronder het via ANPR camera’s waarnemen en vergaren van kentekens van personen die met het oog op die taak aandacht behoeven. De door politieambtenaren ten behoeve van de politietaak door middel van ANPR gescande kentekens zijn voorts als politiegegevens aan te merken. De Wet politiegegevens (Wpg) is hierop van toepassing. De Wpg staat de verwerking van politiegegevens toe, voor zover deze, op het moment van de eerste verwerking (bij ANPR is dat het scannen en eventueel vastleggen van de kentekens) noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de politietaak. De woorden «voor zover noodzakelijk» verwijzen naar het beginsel van noodzakelijkheid en de hieruit afgeleide beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit, zoals neergelegd in art. 8 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden en de jurisprudentie van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. In de regel zal het via ANPR vastleggen van kentekens om deze te vergelijken met referentiebestanden op artikel 8 Wpg (dagelijkse politietaak) kunnen worden gebaseerd. De verwerking van een kenteken is dan gericht op de directe of uitgestelde opvolging naar aanleiding van een «hit». Voor de opslag van kentekens die op het moment van vastlegging (nog) niet noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de politietaak, ontbreekt momenteel een toereikende wettelijke basis.

Bij de inzet van ANPR acht ik het steeds van belang goed te letten op privacyaspecten. Daarbij staat voorop dat de huidige inzet van ANPR altijd plaatsvindt binnen de kaders van de bestaande wetgeving. Binnen de wettelijke kaders vindt bovendien steeds een afweging plaats betreffende de proportionaliteit en subsidiariteit van de inzet van ANPR, waarbij telkens het belang van privacy wordt meegewogen.

Bij nieuwe wetgeving op het gebied van ANPR wordt eerst een Privacy Impact Assessment uitgevoerd, zodat vooraf is onderzocht welke risico’s er zijn op het gebied van privacy en welke risicobeheersende maatregelen eventueel dienen te worden getroffen. Nieuwe wetgeving op het gebied van ANPR wordt conform het regeerakkoord voorzien van een horizonbepaling en een evaluatiebepaling. Als onderdeel van deze evaluatie wordt expliciet bezien of zich de geïnventariseerde of eventueel nog andere onvoorziene privacyrisico’s hebben voorgedaan.

De inzet van ANPR door de Koninklijke Marechaussee

Waar in deze brief wordt gesproken over de inzet van ANPR voor politietaken geldt dat tevens de politietaken van de Koninklijke Marechaussee. Met andere woorden, de Koninklijke Marechaussee kan wat betreft haar politietaken op dezelfde wijze als de politie gebruik maken van ANPR. De Koninklijke Marechaussee kent, naast andere functionaliteiten, een ANPR-functionaliteit binnen het systeem @migoboras.

Dit systeem wordt sinds 1 augustus 2012 aangewend voor de ondersteuning van het Mobiel Toezicht Veiligheid. Hiervoor verwijs ik u graag naar de brief d.d. 13 december 2011 die u heeft ontvangen van de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel over cameraondersteuning in het kader van het mobiel toezicht veiligheid (MTV).4 Momenteel wordt onderzocht hoe het systeem kan worden aangewend voor de rechtshandhaving. Hierover wordt u te zijner tijd nader geïnformeerd.

Voornemens

Op basis van de conclusies en aanbevelingen van bovengenoemd onderzoek van het WODC ben ik voornemens de inzet van ANPR breed in te voeren en zoveel mogelijk te gebruiken. Daarbij dient altijd te zijn voldaan aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit, in het bijzonder in relatie tot de persoonlijke levenssfeer van burgers. De inzet van ANPR wordt op de volgende vier punten verbreed:

1 Meer ruimte voor de opsporing

Het is momenteel niet toegestaan kentekens van alle voertuigen die ANPR-camera’s passeren (hierna: passagegegevens) te bewaren; slechts de passagegegevens van voertuigen die op referentielijsten voorkomen (de zogenaamde hits), dan wel de kentekens die in het kader en ten behoeve van een concreet lopend onderzoek zijn vergaard, mogen worden bewaard.

Het bewaren van alle passagegegevens gedurende een korte tijd draagt bij aan de opsporing en vervolging van strafbare feiten. Het stelt de politie in staat in de bewaarde gegevens terug te zoeken na een aangifte of de ontdekking van een strafbaar feit. Aangifte of ontdekking van een strafbaar feit vindt niet altijd onmiddellijk plaats. Van specifieke delicten, bijvoorbeeld zedendelicten, wordt soms pas na enkele weken aangifte gedaan.

Ik ben daarom van mening dat ten behoeve van de opsporing en vervolging de politie bij wet de bevoegdheid moet krijgen om passagegegevens van alle voertuigen gedurende vier weken te bewaren, waarbij de bewaarde gegevens uitsluitend mogen worden geraadpleegd voor de opsporing van bepaalde misdrijven of de aanhouding van een voortvluchtige verdachte of veroordeelde. Het hiertoe strekkende wetsvoorstel is samen met de beleidsvisie aan Uw Kamer aangeboden. Het wetsvoorstel is voorzien van een Privacy Impact Assessment.5

2 Verbreding naar alle politieregio’s

Ook binnen het huidige instrumentarium is er ruimte voor verbreding. ANPR wordt momenteel (nog) niet in alle politieregio’s ten volle benut. Dit acht ik onwenselijk. Met de invoering van de nationale politie komen de huidige mogelijkheden tot inzet van ANPR in alle regio’s via een gestandaardiseerde procedure beschikbaar. De doorontwikkeling van ANPR-toepassingen zal dan centraal plaatsvinden. Daarmee wordt de beschikbaarheid van ANPR feitelijk verbreed naar heel Nederland. Dat houdt uiteraard niet in dat ANPR overal in Nederland even veel wordt ingezet (dit wordt immers telkens door het bevoegd gezag bepaald), maar wel dat het instrument overal beschikbaar is. Een uitvoeringskader ten behoeve van een zorgvuldige toepassing van ANPR is in voorbereiding en zal in het voorjaar 2013 gereed zijn.

Enkele voorbeelden van ANPR-toepassingen die nu door de politie reeds (op verschillende terreinen) in het kader van haar taakuitoefening worden toegepast en voortaan in alle regio’s worden ingezet, zijn:

Boetes innen

In een aantal gevallen worden de acceptgiro’s en aanmaningen van het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) systematisch genegeerd door de geadresseerde. Hieraan kunnen allerlei redenen ten grondslag liggen. In het geval van langdurig openstaande boetes, bijvoorbeeld voor aan de kentekenhouder opgelegde verkeersovertredingen, kunnen de kentekens op een referentielijst worden geplaatst en kan ANPR bijdragen aan het alsnog innen van die openstaande boetes. Dit betreft zaken die zich in de executiefase bevinden,

Executie strafvonnissen

Bij de tenuitvoerlegging (executie) van strafvonnissen kan ANPR een rol vervullen. Voor de tenuitvoerlegging van vonnissen kan een betekening, dagvaarding, oproeping, kennisgeving, aanzegging of andere mededeling zijn voorgeschreven. In gevallen waarin niet duidelijk is waar een veroordeelde zich bevindt of waarin hij zich aan de tenuitvoerlegging tracht te onttrekken, kan ANPR worden ingezet om de veroordeelde via een voertuig te traceren. Ook kunnen personen gesignaleerd staan voor een bevel tot vrijheidsbeneming in verband met de tenuitvoerlegging van een vonnis.

Openbare orde

Met behulp van ANPR kan worden nagegaan of bepaalde voertuigen zich naar een evenement of manifestatie begeven. Zo kunnen voertuigen met daarin personen die in relatie tot het evenement een gebiedsverbod hebben eenvoudig in de verkeersstroom worden opgemerkt en worden stilgehouden.

Toezicht verkeer en vervoer

Omdat ANPR gericht is op het herkennen van voertuigen, is het bij uitstek een instrument voor toezicht en handhaving van wetten en regels op het gebied van verkeer en vervoer. Op grond van de Wegenverkeerswet 1994 is de politie aangewezen als toezichthouder. Met behulp van ANPR is het mogelijk het toezicht op personen aan wie de rijbevoegdheid is ontzegd in bepaalde situaties te verscherpen.

Gestolen voertuigen en gestolen kentekens

Bij de opsporing van voertuigcriminaliteit ligt de inzet van ANPR voor de hand. Zo is het betrekkelijk eenvoudig om gestolen voertuigen (en/of gestolen kentekens) op een referentielijst te plaatsen. Zodra deze voertuigen langs een ANPR-camera rijden, kan de politie ingrijpen. Ook als de politie niet meteen kan ingrijpen, kunnen mobiliteitsdata van gestolen voertuigen interessant zijn voor de opsporing, bijvoorbeeld het antwoord geven op de vraag waar een gestolen voertuig de grens heeft gepasseerd of waar een gestolen voertuig zich beweegt. Zowel gestolen voertuigen als gestolen kentekenplaten worden soms gebruikt om de politie te misleiden, bijvoorbeeld door met gestolen kentekenplaten een inbraak of overval te plegen of illegale drugs te vervoeren. Een ander voorbeeld is dat met gestolen kentekenplaten snelheidsovertredingen op naam van een ander worden geregistreerd.

Ladingdiefstal

Bepaalde delicten kunnen niet of lastig zonder voertuig worden gepleegd. Een typisch voorbeeld van zo’n delict waarbij ANPR een rol kan spelen in de opsporing ervan is ladingdiefstal. Dit betreft meestal diefstal van de lading van vrachtauto’s die geparkeerd staan langs snelwegen. Deze vorm van diefstal vindt gewoonlijk plaats met een voertuig dat nodig is om op de parkeerplaatsen te komen en de buit mee te vervoeren. De inzet van ANPR als waarnemingsmiddel kan dan richting geven aan het opsporingsonderzoek.

Mobiel banditisme

Met mobiel banditisme word gedoeld op snelle en relatief eenvoudige vermogenscriminaliteit die door bendes wordt gepleegd en een «hit and run» karakter heeft. Vaak gaat het om voertuigcriminaliteit en inbraken. Op deze vorm van criminaliteit is door de politie lastig grip te krijgen, omdat de daders zeer mobiel zijn en in veel gevallen niet in Nederland wonen. Vaak is het voertuig waarmee het misdrijf wordt gepleegd het enige aanknopingspunt voor de opsporing. Als een getuige het kenteken daarvan heeft gezien, kan het betreffende voertuig op een referentielijst worden geplaatst.

Bewaken en beveiligen

ANPR kan ook een rol spelen in het bewaken en beveiligen van personen, objecten en diensten. Daarbij wordt ANPR, bijvoorbeeld op aanwijzing van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid, vooral ingezet als instrument ter observatie en preventie.

3 Ruimer gebruik van intelligente toepassingen

Bovengenoemde toepassingen van ANPR zijn vooral gericht op het vergelijken van ANPR-gegevens met kentekens op referentielijsten. Daarnaast zijn er ook complexere toepassingen van ANPR, zoals het analyseren van ANPR-gegevens en het opstellen en gebruiken van profielen.

Zo kan onder andere mede met de inzet van ANPR een profiel van drugsrunners worden opgesteld en kan, opnieuw met de inzet van ANPR, gericht worden gezocht naar drugsrunners. In Zuid-Limburg is hiermee de pakkans van drugsrunners aanzienlijk verhoogd. Een ander voorbeeld is de zogenaamde convoy analysis, waarbij wordt gezocht naar voertuigen die bij elkaar rijden om na te gaan of sprake is van «bij elkaar horende» kentekens. Zo kan bijvoorbeeld na een overval waarbij een gestolen voertuig is gebruikt toch een spoor worden gevonden dat wijst in de richting van de daders (terwijl anders de sporen vaak leiden naar degene wiens voertuig is gestolen).

Het KLPD maakt gebruik van profielen op basis van rijgedrag in het systeem iTrechter. Daarmee kan verdacht rijgedrag worden gedetecteerd. Een voorbeeld van verdacht rijgedrag is «parkeerplaats-hoppen» waarbij een voertuig in relatief korte tijd stopt op meerdere parkeerplaatsen langs de snelweg. Dit rijgedrag wordt vaker waargenomen bij ladingdiefstal.

Uit bovengenoemd onderzoek blijkt dat analyse van ANPR-gegevens meerwaarde oplevert. De wijze waarop intelligente analyse plaatsvindt in concrete gevallen als ladingdiefstal en drugsrunners zal nader worden onderzocht om te bezien onder welke voorwaarden en waarborgen zulke analyse en het gebruik van profielen ook in andere situaties kan worden ingezet. Dit zal naar verwachting best practices opleveren over het gebruik van intelligente toepassingen. Deze zullen eind 2013 gereed zijn.

4 Bredere samenwerking met andere organisaties

De bestaande mogelijkheden voor het OM en de Belastingdienst om ANPR-gegevens te vorderen c.q. op te vragen zijn voldoende. De samenwerking met andere organisaties kan wel worden verbeterd als het gaat om het delen van camera’s. Bij het delen van camera’s zal de opzet van de samenwerkingsovereenkomst van Schiphol als model worden gebruikt. De wijze waarop, ten behoeve van de veiligheids- en beveiligingstaken van de luchthaven Schiphol, de samenwerking bij het delen van camera’s tussen betrokken partijen formeel is geregeld, kan als model worden gebruikt wanneer grootschaliger samenwerking bij het delen van camera’s wordt nagestreefd.

Tot slot

De hierboven genoemde toepassingen worden reeds ingezet. Echter, het gebruik van veel toepassingen is nu nog incidenteel en beperkt tot bepaalde regio’s. Daarom zal ik bovengenoemde toepassingen van ANPR in alle regio’s bevorderen, opdat ze breed worden ingezet. Daarbij zal de rechtmatigheid van de inzet van ANPR uiteraard steeds het uitgangspunt zijn.

Soms is op lokaal niveau een besluit nodig voor een concrete toepassing van ANPR. Dat kan op driehoeksniveau (bijvoorbeeld het besluit om een ANPR-camera op een bepaalde locatie in te zetten) of op operationeel niveau (bijvoorbeeld de beslissing om ANPR-camera’s in surveillanceauto’s te activeren). Voor handhavingsacties die periodiek plaatsvinden, kan een eenmalige afweging plaatsvinden in het kader van het vaststellen van het jaarplan van het desbetreffende politiekorps. Het kan ten slotte ook noodzakelijk zijn om ad hoc deze afweging te maken. Dat deze afweging (steeds) is gemaakt door het bevoegd gezag, moet transparant worden vastgelegd.

In een apart uitvoeringskader zal voor het politie- en justitiedomein worden uitgewerkt hoe de inzet van ANPR concreet dient plaats te vinden, met aandacht voor praktische zaken zoals de samenwerking tussen verschillende betrokken organisaties, het werken met referentiebestanden, een cameraplan, het delen van camera’s en camerabeelden en registratie en raadpleging van gegevens. Het uitvoeringskader zal voorjaar 2013 gereed zijn.

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

Tweede Kamer, vergaderjaar 2011–2012, 31 051, nr. 10.

X Noot
2

Kamerstukken II 2010–2011, 31 051, nr. 8.

X Noot
3

voorheen artikel 2 Politiewet 1993.

X Noot
4

Brief van de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel over cameraondersteuning MTV-controles aan de Tweede Kamer, d.d. 23 december 2011, kenmerk 2011–2000581304.

X Noot
5

Conform de toezegging van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie aan de Eerste Kamer naar aanleiding van de motie Franken d.d. 17 mei 2011. Kamerstukken I 2010/2011, 31 052, nr. D.

Naar boven